pieter kieft
Arrestatie van de burgemeester
28
De gezondheidszorg in Castricum laat veel te wensen
over. Na 1806 is hier niet meer een geneeskundige
gevestigd. Pas in 1828 gaat de 29-jarige en nog
ongehuwde Bernardus Res in Castricum werken
als heelmeester. Hij trouwt twee jaar later met de
dienstbode van de pastoor en zal zijn beroep tot zijn
overlijden in 1845 uitoefenen. Hij is de stamvader
van de Castricumse familie Res.
In de periode 1830 tot 1835 is een groot project in
het duingebied in uitvoering, dat tot doel heeft om
uitgestrekte duinvalleien voor landbouw en veeteelt
geschikt te maken. Dit gebeurt onder andere door
de aanleg van wegen, kanalen en sloten, die moeten
zorgen voor een goede waterhuishouding en door
de bouw van meerdere duinboerderijen. Het brengt
gedurende die periode werk voor vele tientallen
grondwerkers.
Bij een opgave in 1812 heeft de gemeente 630 inwoners.
Bij de volkstelling van 1830 is het totaal aantal inwoners
toegenomen tot 791. In 1812 zijn er 41 schelpenvissers,
21 veehouders en 21 dagloners. Pieter Kieft wordt
als onderwijzer in 1813 opgevolgd door Antonie van
Rozenhagen. Het onderwijs wordt gegeven in een
afgescheiden gedeelte in de oude dorpskerk. Vanwege
herhaalde dronkenschap wordt Antonie ontslagen. Zijn
opvolger is vanaf 1825 Cornelis Schut. Er zijn heel
veel klachten van de ouders over het slechte onderwijs
dat door meester Schut wordt gegeven. Hij is de enige
leerkracht voor meer dan 100 kinderen. Er is geen geld
voor een ondermeester.
In 1821 worden in aanwezigheid van een landmeter
met de schout Pieter Kieft en de schepenen Jan
Franszoon Brakenhoff en Gerrit Tromp, vooruitlopend
op de oprichting van het Kadaster, officieel de grenzen
van het grondgebied van de gemeente Castricum
bepaald. Beide schepenen zijn voor dit doel benoemd
tot aanwijzers. De vaststelling van de grens geschiedt
in aanwezigheid van en in overeenstemming met de
schout en de twee aanwijzers van de aangrenzende
gemeente. Achtereenvolgens wordt de grens
vastgesteld met de gemeente Egmond-Binnen,
Heiloo, Limmen, Uitgeest en Heemskerk.
In deze periode is 88% van de Castricumse bevolking
rooms-katholiek en de overige 12% protestant. De
rooms-katholieken gaan ter kerke in de schuilkerk
aan de Breedeweg. In 1817 wordt Bernardus
Piepers benoemd tot pastoor in Castricum. Hij zorgt
ervoor dat het schuilkerkje nog eens grondig wordt
vernieuwd en onder de druk van het stijgend aantal
gelovigen vergroot. Een beschrijving uit 1826 over
het interieur van de schuilkerk meldt circa 150
plaatsen. In 1824 wordt pastoor Piepers opgevolgd
door Gijsbertus Ruijgrok van de Werve. Predikant
van de Nederlands Hervormde Kerk is al sinds 1791
Ernst Willem Fabritius, een zwager van de vroegere
schout Joachim Nuhout van der Veen. Hij wordt in
1828 opgevolgd door Coert Daniël Canne.
Castricum tijdens het burgemeesterschap van
Pieter Kieft (1813-1836)
Om te komen tot een rechtvaardige heffing van de
grondbelasting wordt in 1832 het Kadaster opgericht.
In een aantal jaren van voorbereiding worden alle
huizen, erven, wegen en wateren, duinen en landerij
en opgemeten, genummerd en getekend op de
zogeheten minuutplans. Van elk perceel worden naam,
woonplaats en beroep van de eigenaar, de grootte
van het perceel, de soort bebouwing, de belasting
klasse en de belastbare opbrengst geregistreerd in
de zogeheten oorspronkelijk aanwijzende tafels.
Gecombineerd met de gegevens van de volkstelling
van 1830 ontstaat voor het eerst in de geschiedenis
een compleet beeld van bewoners, gezinnen, straten,
huizen en percelen land.
Op 5 januari 1836 zijn voor de officier van justitie te Alk
maar verschenen Bartholomeus Nicolaas Rommel, Corne-
lis Kuijs en Jan Kabel, allen landeigenaren en wonende te
Castricum. Zij klagen burgemeester Pieter Kieft aan voor
het gedurende een aantal jaren verhogen van de omslagen
voor de Hoogheemraadschappen van de Hondsbossche en
Duinen tot Petten en ook voor de Uitwaterende Sluizen
in Kennemerland en West-Friesland. Kieft heeft direct na
aanvaarding van de taak als ontvanger der belastingen de
In 1820 wordt de straatweg nr. 1 aangelegd tussen
Alkmaar en Beverwijk. De weg volgt deels de reeds
bestaande weg. In Castricum wordt een gehele
nieuwe weg aangelegd vanaf de afslag wat nu Burg.
Mooijstraat heet aan de Dorpsstraat tot voorbij de
grens met Heemskerk.
De handtekening van Pieter Kieft en de schepenen Brakenhoff
en Tromp onder het document dat de grens tussen de gemeenten
Castricum en Egmond Binnen in 1821 vaslegde.