De hond van Berwout uit. Op een koude winterochtend was het zo glad dat ik met bakfiets en al het perron afgleed en tussen de rails belandde. Ze hebben toen de seinen gelukkig snel op rood gezet. Na de verhuizing van het kantoor naar de Ruiterweg begonnen we daar ook nachtdiensten te draaien en daar zat je dan helemaal in je eentje te sorteren, eerst in wijken en daarna in straten. Elke postbode had zijn vaste adresjes waar hij pauzeerde met een kopje koffie. De invoering van de bui- tenbussen betekende het begin van een meer afstandelijke relatie van bezorgers en ontvangers.” Ook Jan Doekes en Breunis de Witte hebben dat net als Nico de Graaf zo ervaren. Ze begonnen beiden al op De directeur van de PTT uit Beverwijk reikte bij haar thuis, ter gelegenheid van haar afscheid, een bronzen legpen ning en een draagspeld uit. Omdat toen al gesproken werd over de aanstaande reorganisatie, was het een gespannen gebeurtenis. Het kantoor in Castricum werd op 1 januari 1967 een hoofdpost kantoor, waarvan de leiding in handen kwam van een nieuwe directeur. De eerste die deze functie vervulde, was Pieter Kingma, afkomstig uit Friesland. Het hulppostkantoor in Limmen en het postagentschap in Bakkum ressorteer den onder de nieuwe organisatie. De PTT vond, volgens eigen richtlijnen, aanstelling van een hoger opgeleide directeur nodig. Het was voor Klaasse een hard gelag dat hij na 30 jaar trouwe dienst zijn leidinggevende functie ver loor. Het werd en wordt door zijn nabe staanden nog steeds erg onrechtvaardig gevonden. Hij stond voor de moeilijke beslissing om als kantoorhouder elders te gaan werken of in Castricum te blijven. Zijn verbonden heid met Castricum gaf de doorslag en hij bleef hier tot zijn pensionering op 1 oktober 1973. Postman Klaasse werd tijdens een druk bezochte afscheidsreceptie op 29 septem ber 1973 in Funadama uitgebreid gehuldigd voor zijn vele aan de Castricumse samenleving bewezen diensten. In april 1974 reikte de burgemeester hem een koninklijke onder scheiding uit. Met de uitbreiding van het dorp na de oorlog groeide de PTT mee. Het aantal bestellers steeg in 1973 tot circa twintig man. Nico de Graaf was in 1957 als reserve hulp- besteller bij het korps gekomen. Jan Doekes en Breunis de Witte begonnen beiden in 1964. Een vaste baan, wat vrij heid en het buiten zijn waren belangrijke beweegredenen om voor het beroep van postbode te kiezen. Nico de Graaf kreeg zijn eerste opleiding van Arie van Wonderen, een van de drie Bakkumse bestellers. Bij zijn afscheid haalde Nico nog even een Bakkums avontuur aan: “Huize Vogelwater en de boerderij Berwout, net over de gemeentegrens in Egmond, moest ik ook bedienen. Bij de boerderij kwam er een grote hond op me af die ik met moeite kon afweren. Ik vroeg of ze de hond vast wilden zetten, anders zou ik de post bij Huize Vogelwater afge ven. Honden hebben vaak iets tegen postbodes. Toch ging het de volgende keer weer mis. De hond sprong nu dwars door de glazen deuren van Berwout. Toen was de maat vol en gaf ik aan Klaas Peijs van het hulppostkantoor door dat ik voortaan niet verder ging dan Vogelwater. Later werkte ik vanuit het kantoor in de Burgemeester Mooijstraat. We stonden elke morgen om vijf uur en ook ‘s middags om half drie met de bakfiets op het perron om de trein met de voor het dorp gesorteerde post op te wachten. Kwam je te laat, dan moest je uren wachten. Als je geluk had gooide de conducteur de postzakken nog vlug de trein de aankomst van de posttrein. Gerard P Klaaase, houder van het postkantoor in de Burgemeester Mooijstraat vanaf1938. Postbodes in afwachting van Het noodpostkantoor dat van 1963 tot 1973 dienst heeft gedaan. 11

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2018 | | pagina 11