3- I
Een oud-werknemer aan het woord
Voortzetting van het bedrijf
Naast de gebruikelijke werkzaamheden kreeg Johan in
1938 een bijzondere opdracht. Op de splitsing van de Bak-
kummerstaat en de Van der Mijleweg werd in dat jaar de
Beatrixklok onthuld in verband met de geboorte van de
prinses. Weda mocht toen de letters en cijfers schilderen.
In 1942 werd het gezin naar Koog aan de Zaan geëva
cueerd. De schilderswerkplaats verhuisde toen naar de
garage van Schotten aan de Dorpsstraat 63.
Twee jaar later sloeg het noodlot toe. Op 5 augustus 1944 zat
Johan met zijn zoon Ab in een trein die aan de noordwest-
kant van station Uitgeest door Amerikaanse vliegtuigen werd
beschoten. Johan werd daarbij dusdanig gewond dat hij op
oudejaarsdag van dat jaar op 59-jarige leeftijd overleed.
Johan Weda en Johanna van Eijk kregen drie kinderen,
waarvan de zoons Theo (1918-1989) en Ab (1919-1997)
en dochter Tilly (1923-2006).
Ook zijn er namen terug te vinden van knechten die
bij de oprichter in dienst waren. Dat waren onder
meer Tool, Hemstede, Appelman, Groen, Kuilman en
Tervoort die ongeveer 80 cent per uur verdienden. De
baas hield dat tarief ook aan als hij zelf meewerkte.
De prijzen gingen weliswaar in de jaren ’30 iets
omhoog, maar van grote verschillen was geen sprake.
In 1936 werkte het bedrijf mee aan de verbouw van het
oude raadhuis. Ook werden er toentertijd borden met
letters beschilderd voor wegen, plantsoenen etc. Voor
het PWN deed Weda regelmatig onderhoudswerk
aan het pompstation en ook de banken van het
kampeerterrein werden van een verfje voorzien.
middenstandsdiploma behaald.
Rond 1946 traden zij in loondienst bij hun moeder. Zus
Tilly hielp mee in de huishouding en in de zaak.
Met ingang van 1 januari 1945 nam weduwe Johanna de
zaak over, alhoewel het gezien de oorlog onduidelijk is in
hoeverre er nog van bedrijfsvoering sprake was. Theo was
op dat moment actief bij de Binnenlandse Strijdkrachten
en Ab werkte bij de politie. Beide broers, die eerder bij
hun vader aan de slag gingen, hadden de ambachtsschool
gevolgd en zowel het patroonsdiploma schilderen als het
70
Piet Kloes, geboren in 1938 in Egmond-Binnen, had
in 1952 de ambachtsschool in Alkmaar afgerond en
moest van zijn vader maar meteen aan het werk. Hij
vertelde over zijn kennismaking met Weda en hoe
zijn carrière er verder uitzag: “Omdat ik tijdens de
schoolvakanties al wat ervaring in het schildersvak
had opgedaan bij een oom van me in Beverwijk en er
in Egmond maar één schilder was, ben ik op de fiets
gestapt naar Bakkum en belde bij Weda aan. Daar
trof ik vader Ab en werd direct aangenomen voor een
loon van vijf gulden in de week. Dat ontvingen we
zaterdagmiddag in een zakje zonder loonstrookje. We
spaarden wel zegels voor vakantiedagen en pensioen.
De werkdagen waren van 7.30 tot 17.30 uur en ’s
zaterdags tot 12.30 uur. In totaal dus zo’n 48 uur
per week. Het eerste wat ik leerde was het afbranden
van oude verflagen. Dat gebeurde toen nog met
carbidbranders. De werkzaamheden bestonden naast
het buiten en binnen schilderen onder andere uit
behangen, glas zetten, het aanbrengen van letters
op bijvoorbeeld auto’s en het werken met bladgoud.
k
Eir--
Johan Weda met een schildersknecht.
Ab Weda in de jaren ’40.