Zijtje Rechtops bezittingen aan de Breedeweg bij haar overlijden in 1798 61 Hoe het huis van onze opa en oma (of werd ze, zoals de mijne, nog ‘opoe’ genoemd?) er vroeger uitzag, herinneren de ouderen onder ons zich misschien nog vaag. Mogelijk hebben ze er zelfs een duidelijk beeld van dankzij het ver plichte zondagse bezoek. De kolenkachel, de leunstoelen links en rechts, allebei met een mooi gehaakt wit kleedje boven op de rug van de stoel; bij die van opa een groen- teblik (de woorden antimakassar en kwispedoor kenden we niet, maar we bewonderden de precisie waarmee hij de uitgekauwde pruimtabak erin wist te spugen); een pen dule, tafel met stoelen. Soms aan de muur een kruis met een palmtakje en misschien een schilderij van de Goede Herder. De keuken zie je misschien ook nog voor je: de geëmailleerde pannen, het petroleumstel, de pollepel waaruit je water dronk. Zo zag een eenvoudig huis er dus voor 1950 zo’n beetje uit. In het Regionaal Archief in Alkmaar bevinden zich de akten van de Castricumse schout en notaris Joachim Nuhout van der Veen uit de jaren 1778-1811. Daarin is ook de inventaris bewaard van de boedel van wijlen Zijtje Willemsdochter Rechtop, weduwe van veehouder Cor- nelis de Graaf. Hij is de stamvader van de Castricumse familie van die naam (zie 13e Jaarboek, 1990). Zijtje was in 1773 met hem getrouwd. Het was zijn tweede huwelijk. Bij zijn overlijden waren er vier minderjarige kinderen. Een jaar na zijn dood is Zijtje in 1790 opnieuw getrouwd met bakker Jan Schavemaker. Diens tweede vrouw was waarschijnlijk zojuist in het kraambed overleden. Hij had nog jonge kinderen. Na zijn dood in 1796 moet Zij tje zijn verhuisd naar de nog steeds bestaande boerderij aan de Breedeweg, met het huidige nummer 72, die naast de katholieke schuilkerk stond. Cornelis de Graaf had die boerderij in 1767 gekocht. Ruim een jaar na haar overlijden (ze is op 1 februari 1798 begraven) is op 9 mei 1799 op verzoek van de voogden van de minderjarige kinderen van wijlen Cornelis en Zij tje Willemsdr. Rechtop door henzelf een inventaris opge maakt. Deze twee, Jan Glorie en Pieter de Graaf, de oudste nog levende zoon van Cornelis, hebben die samen met de notaris en twee getuigen ondertekend. De notariële akte met de titel ‘Staat en inventaris van alle zodanige goederen, effecten en schulden’ van Zijtje bestond uit drie onderdelen. Eerst werd een overzicht gegeven van alle grondbezit. Zij bezat in Castricum 15 percelen land, die allemaal met hun Hoe was dat 200 jaar geleden of meer? Met een beetje geluk kom je bij het zoeken in het archief of tussen je familiepapieren een inventaris tegen van het bezit van een voorvader of ‘voormoeder’. Het gaat dan in de meeste gevallen wel om een redelijk gegoed iemand. In zo’n inventaris, meestal na de dood van een langstlevende echt genoot opgemaakt, vind je vaak per kamer opgetekend wat er werd aangetroffen. Later voegden ze er zelfs de geschatte waarde van alle spullen of van de belangrijkste stukken aan toe. Het is alsof je zo’n huis binnenloopt en alles zelf ziet. En heb je heel veel geluk, dan weet je waar dat huis stond en is het zelfs bewaard. Z1^'7/ - - De stalkant van de boer derij. Let op de stalramen en de twee grotere ramen rechts. TV"' -‘Z? I

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2017 | | pagina 62