W E 1 Éf 1 72: veehouder Klaas Glorie 73: nachtwacht Jacob Krom 71: Willem de Vries in het eerste huisje op de Doodweg Neeltje hertrouwt in 1832 met de 35-jarige Jacob Jans- zoon Castricum, dagloner en geen directe familie van haar overleden man Jan Castricum. boerenbedrijf voort. Bij de boedelscheiding in 1853 wordt haar zoon Frans Glorie de nieuwe eigenaar van de boer derij. Hij woont dan al een aantal jaren op deze boerderij met zijn vrouw Neeltje de Groot; zij krijgen 13 kinderen. Op deze boerderij, die tot in 2015 in het bezit is geweest van de familie Glorie, woont in 1830 Klaas Glorie (1777 1835) met zijn vrouw Antje Nanne, hun vijf kinderen van 8 tot 16 jaar oud en een boerenknecht en werkbode. Klaas en Antje, beiden in de Oosterbuurt geboren, zijn in 1803 getrouwd. Klaas is veehouder en ook kerkmeester van de r.-k. kerk. De boerderij was oorspronkelijk in het bezit van zijn vader Jan Glorie. Klaas krijgt die na het overlijden van zijn vader bij de boedelscheiding in 1815 met een aantal percelen land op zijn naam. Bij de start van het Kadaster in 1832 staat Klaas te boek met twee boerderijen (nr. 72 en 73) en ruim 23 hectaren land. Na zijn overlijden in 1835 zet zijn vrouw Antje Nanne het boerenbedrijf voort. Bij de boedelscheiding wordt haar zoon Frans in 1853 de nieuwe eigenaar. Antje Nanne overlijdt in 1865. In het eerste huisje vanaf de Kerkbuurt op nr. 71, dat toen nog de Achterweg heette, woont Willem de Vries, met zijn vrouw Adriaantje Stuifbergen en hun drie kinderen Pieter, Aagje en Grietje van resp. 3, 4 en 10 jaar oud en ook de tienjarige Jan Rietveld. Omdat Jan’s beide ouders, Pieter Rietveld en Trijntje de Vries, waren overleden in resp. 1829 en 1824, was hij ondergebracht bij zijn oom. Willem staat ingeschreven met het beroep arbeider; bij andere gelegenheden komen we hem ook tegen als schel penvisser en landbouwer. Hij koopt in 1826 dit huisje met het erf voor 140 gulden. Om dit te kunnen betalen, leent hij 138 gulden van aannemer Fulps Ranke. Na een aantal jaren gaat het Willem financieel kennelijk wat beter, want in 1840 koopt hij een stukje grond van 870 m2 bij zijn huis. Adriaantje Stuifbergen overlijdt in 1849 en Willem Hier woont de 49-jarige Jacob Pietersz Krom (1776-1831) met zijn vrouw Guurtje Knaap en hun 15-jarige zoon Wul- bert. Jacob was eerder boer, landbouwer, later nachtwacht en dagloner. Hij is geboren in Akersloot, trouwt in 1809 met de Castricumse Guurtje Knaap en woont sindsdien in Cas- tricum. Hun 21-jarige zoon Pieter is boerenknecht en woont in de Oosterbuurt op nr. 81 en dochter Antje als werkmeid in Bakkum; zij trouwt in 1838 met Klaas Stuifbergen. De boerderij is in 1791 gekocht door Jan Glorie; na zijn overlijden in 1813 wordt deze boerderij door zijn zoon Klaas geërfd. Hij woont zelf aan de overkant van de Bree- deweg (nr. 72) en verhuurt dit pand aan Jacob Krom. Klaas Glorie overlijdt in 1835 en zijn vrouw Antje Nanne zet het - Nummer 73, nu de boerderij van Niek Kuijs. De boerderij van de familie Glorie links en daarachter rechts de vorige boerderij (zie nr. 73). Op het weiland links heeft de schuilkerk gestaan. Op de achtergrond boer derij (nr. 75 in 1830). 55 I -

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2017 | | pagina 56