Elly herinnert zich ook het volgende voorval: "Terwijl 's avonds een truck met trai ler vanuit Den Haag naar Castricum kwam, werd een trailer geladen met goederen bestemd voor Den Haag en Rotterdam. 's Nachts werd deze dan door dezelfde truck met dezelfde chauffeur weer teruggereden. Het kwam voor dat die chauffeur nog een tijdje moest wachten tot de trailer geladen was. Dan bracht deze zijn tijd door in het woonhuis van Arie en Gré de Wit. Dit ging in het volste vertrou wen, terwijl de geldkist in een bureaula voor het grijpen stond. Op een ochtend kwam het bericht dat de chauffeur die nacht door de politie uit de auto was gehaald. Hij bleek lid te zijn van een bende die met name in Drenthe talloze overvallen had gepleegd." Ingrijpende veranderingen in 1956 vrachtauto's geladen. De wagens met de verste bestem ming of meeste adressen eerst. De volgorde van laden werd aangegeven door de chauffeur, die daarvoor zijn ver- voeradressen op volgorde van aflevering had gesorteerd. In de zomermaanden moesten vooral rijen fietsen en kof fers naar het kampeerterrein in Bakkum vervoerd worden. De eigenaren kwamen per trein (en met mooi weer ook wel per fiets), meestal vanuit Amsterdam. Vooral in de augustusmaand was het hectisch met het vele 'badgoed'. De zonen van Jan Beentjes kwamen vaak vanuit Amster dam om te helpen. Het was hard werken maar de stemming onder de mede werkers bleef goed. En dat waren in die jaren na de oorlog behalve de gebroeders de Wit en Cor Geluk, de medewer kers Arie Bresijn, Siep Zijlstra, Theo van der Park, Eli van Rookhuizen, Annie Zijlstra, Wim Dekker, Jan Rozemeijer, Joop Stet, 'Japie' Fatels, Nico de Winter, Nico Zwakman, Henk Zonneveld, Jan Spil, Jan Liefting, Jaap Rijke en Arie's dochter Elly de Wit die hand- en spandiensten bij de administratie verrichtte. Elly Beentjes-de Wit (1936) en Gé de Wit (1939), oudste kinderen van Arie de Wit, herinneren zich nog goed dat het plaatwerk van een trailer moest worden vernieuwd, omdat deze klem was gereden onder een viaduct in Haarlem: "Op een ochtend kwam er een telefoontje van chauffeur Nico de Winter dat zijn truck met trailer, die net was opgeknapt, door een verkeerde manoeuvre op z'n kant was komen te liggen. De com binatie was onderweg naar Den Haag en het was gebeurd bij wegrestaurant De Uiver in Sassenheim. De paniek aan de Mient was groot. In allerijl werden maatregelen genomen om de goederen zo snel moge lijk toch op hun bestemming te krijgen." Net als het wagenpark, groeiden ook de gezinnen van Cor en Arie de Wit. Beiden kregen acht kinderen. Ook over de toekomst werd nagedacht. Zowel de verwachting dat jongens uit beide gezinnen in het bedrijf zouden wil len werken, als verschil van inzicht bracht hen in 1956 tot het besluit uit elkaar te gaan. De vennootschap werd ontbonden. Arie kocht in Haarlem een stadsbestel- en afhaaldienst. De lijndienst Alkmaar -Den Haag- Rotter dam werd verkocht aan Siep Zijlstra en zijn compagnon Nico van der Velden. Garage De Toekomst ging naar Cor Geluk. Cor de Wit behield de bodedienst op Amsterdam en zette dus in feite het expeditiebedrijf voort. Zo ontston den er dus vier bedrijven. De Toekomst in Bakkum Garage 'De Toekomst' kwam toe aan exmedefirmant Cor Geluk. Daarmee werd zijn uittreden uit de vennootschap gecompenseerd. Hard werken leverde hem genoeg op om Medewerkers van De Wit in de jaren 50, v.l.n.r.: Jan Beentjes, Ber de Wit, Eli van Rookhuizen, Jaap Fatels, Arie de Wit, Nico Stokman, Siep en Annie Zijlstra. 52 Garage De Toekomst met Caltex-benzinepompen.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2016 | | pagina 52