De Wit in 'vrachtrijderij'
De broers Cor en Arie de Wit vestigden zich in
1929 met hun ouders in Castrieum en namen er
een 'vrachtrijderij' over. In die tijd een opkomende
bedrijfstak. Samen met ondernemende mensen als
Cor Geluk en Siep Zijlstra wisten zij de bodedienst
op Amsterdam uit te bouwen tot een bloeiend
transportbedrijf.
In 1956 gingen deze vier ondernemers uit elkaar,
waarna ieder voor zich gezonde bedrijven oprichtte
in Castricum, Bakkum, Den Haag en Haarlem. In
drie van de vier ondernemingen nam een nieuwe
generatie de zaak over. Inmiddels is in Haarlem
een derde generatie Castricumse De Wit aangetre
den en is in Castricum en omgeving 'Aad de Wit
Verhuizingen' een bekende naam geworden.
Rond 1856 werden de eerste gemotoriseerde wagens
voor goederenvervoer gebouwd, aanvankelijk aange
dreven door stoommachines, maar rond 1895 komen
de eerste, door benzinemotoren aangedreven vracht
wagens op de markt. Rudolf Diesel kwam al snel erna
met zijn dieselmotor. In het begin van de 20e eeuw
verdrongen vrachtdiensten de 'beurtvaart' over het
water. Sommige vrachtbedrijven beschikten zowel
over beurtvaartschepen als vrachtwagens. Steeds meer
wegen werden bestraat en er ontstond behoefte aan
een groter wegennet. Het duurde nog tot 1927 voordat
de overheid een Rijkswegenplan vaststelde. Inmid
dels groeide het wagenpark en ook het vrachtvervoer.
Er ontstond een fijnmazig netwerk van bodediensten
en bodehuizen. De vele bodediensten vormden een
onmisbare schakel tussen de dorpen en steden.
In bodehuizen en bestelhuizen konden goederen wor
den afgegeven voor bezorging in de stad. Ook dien
den ze als overslagpunt om de goederen van de ene op
de andere bodedienst over te brengen. Administratief
werden de goederen begeleid door een 'beurtvaart-
adres', later 'vervoeradres' of 'vrachtbrief' genoemd.
Voor Castricum en Bakkum was Alkmaar het dichtst
bijzijnde 'knooppunt'. Verschillende bodehuizen ves
tigden zich aan de Paardenmarkt. In het 'Adresboek
van Alkmaar uit 1919 staat slechts één vrachtrijder op
Castricum vermeld, namelijk Steeman Czn. In dat van
1922: C. Steeman Zoon en A. Veldt. In 1939 was
het aantal behoorlijk uitgebreid en reden de volgende
transportbedrijven op:
Amsterdam: Steeman's Vrachtdienst en Gebrs. De
Wit.
Bakkum: J. Lute, Steeman, P. Kuijper, NV Stad
Alkmaar, De Winter en C. Koper.
Castricum: J. Lute, J. van der Molen, Steeman's
Vrachtdienst, P. Kuijper, W. v. Heerik,
Teerhuis-De Rover.
Rotterdam: Gebrs. P. en P. Zuidam, Fa. S. Visser en
Gebr. De Wit.
Het begin: gebroeders Beentjes
De in Castricum geboren broers Jan
Beentjes (1895-1982) en Piet Beentjes
(1896-1971) starten in 1922 aan de 2e
Groenelaan te Bakkum een vracht
rijderij onder de naam Firma Gebr.
Beentjes en openen lijndiensten op
Alkmaar en Amsterdam. Zij zijn zoons
van Bank Beentjes en Marijtje Leve
ring. In 1922 kopen ze een stuk grond
aan de Mient en bouwen een dubbel
woonhuis: de nummers 51 en 53 (in
perceel 53 is nu fietsenhandel Simon
Zijlstra gevestigd). Achter woning 51
komt een schuur en in 1928 bouwen
ze een garage achter perceel 53.
Jan en Piet Beentjes met hun vrachtauto naast
het pand Mient 51-53.
47