Castricum en de Eerste Wereldoorlog
Buiten onze landsgrenzen woedde tussen 1914
en 1918 een gruwelijke oorlog die miljoenen
slachtoffers eiste. Duitsland, Oostenrijk en Tur
kije stonden tegenover de geallieerden Frankrijk,
Groot-Brittannië en Rusland. Toen de Verenigde
Staten in 1917 de kant van de geallieerden kozen,
raakten die aan de winnende hand.
Nederland was neutraal, maar het leger was wel
gemobiliseerd om die neutraliteit te handhaven.
Tienduizenden vluchtelingen stroomden ons
land binnen. We kregen te maken met schaar
ste aan voedsel en groeiende werkloosheid door
het teruglopen van de internationale handel,
maar het was niets vergeleken bij de ellende op
de slagvelden. Wat maakten de Castricummers
en Bakkummers 100 jaar geleden mee tijdens de
'Grote Oorlog'. Veel is er in de archieven niet
van terug te vinden, maar de oorlog is toch zeker
niet ongemerkt voorbij gegaan.
Castricum in 1914
De gemeente telde nog geen 3500 inwoners. De bebou
wing was hoofdzakelijk te vinden langs de eeuwenoude
wegen. Veeteelt en tuinbouw waren de voornaamste
bronnen van bestaan met het provinciaal ziekenhuis als
grootste werkgever.
Ten tijde van het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog,
werd in Castricum na een jarenlange voorbereiding de
gemeentelijke gasfabriek in bedrijf gesteld. Voor ver
lichting hadden de mensen nog alleen een petroleum
lamp of kaarsen en om te koken werden hout, turf of
steenkolen gebruikt. Er was geen waterleiding, elektri
citeit, riolering of zelfs maar een vuilnisophaaldienst.
Alleen de Rijksstraatweg/Dorpsstraat was bestraat en
de andere wegen hooguit gedeeltelijk.
Veel gezinnen telden zes of meer kinderen. Er waren
twee openbare lagere scholen, een aan de Schoolstraat
en een aan de Van Oldenbarneveldweg. Het bijzonder
onderwijs zou pas zes jaar later zijn intrede doen. Dat
was het dorp in 1914.
Mobilisatie
Iedereen tot 40 jaar die in militaire dienst was geweest,
werd op 31 juli 1914 onder de wapenen geroepen.
Om 15.00 uur werden de mobilisatieoproepen op de
gemeentehuizen aangeplakt en onder het luiden van
de kerkklokken onder de aandacht van de bevolking
gebracht. Zo'n 180.000 mannen spoedden zich de vol
gende dag naar hun mobilisatiebestemming. De treinen
waren tjokvol met militairen. Op de stations heerste
grote drukte. Van een dienstregeling was geen sprake
meer. Overal was de spanning voelbaar. Iedereen leefde
in grote onzekerheid, want het was toch nog lang niet
zeker dat Nederland buiten de oorlog zou blijven. In de
militieregisters komen we honderden namen tegen van
Jan Zonneveld links vooraan
met zijn kameraden. Jan
(1895-1976) was gehuwd met
Cornelia Louter en een zoon
van Aldert Zonneveld en
Geertje Tromp.
39