Wat zegt de vondst van de duinbeek over het verleden
De donkere cultuurlaag, die aanleiding was de bouwput
beter te bekijken, is een laag veen met ingestoven zand. Of
de laag door de mens bewerkt is, hebben we niet kunnen
vaststellen. Het beekprofiel laat ons alsnog getuige zijn
van de overstuivingen van rond de tiende eeuw na Chr.
De vondsten wijzen zeker op duinbewoning hier in de pe
riode van 1000 tot 1300 en mogelijk van de periode daar
voor. Gezien de omvang van de beek zal er veel water
door gestroomd zijn. Tevens laat het zien dat de duinen
zeer waterrijk zijn geweest. De beek ligt in de oude dui
nen en is dichtgestoven door het zand van de latere jonge
duinen.
Rino Zonneveld
Literatuur:
Vos, P.C., R.A. van Eerden, J. de Koning, 2010: Paleo-
landschap en archeologie van het PWN duingebied bij
Castricum.
Kops, J.: Tegenwoordige staat der duinen van het voor
malig gewest Holland; zijnde het eerste deel van het alge
meen rapport der Commissie van Superintendentie over
het onderzoek der duinen. Leiden, 1798.
Dank:
Met dank aan Gerard Graas voor het determineren van het
botmateriaal.
Beleidsnota archeologie vastgesteld
Op 6 oktober 2011 heeft de gemeenteraad een Beleidsnota Archeologie vastgesteld. Daaraan zijn een waarden- en
verwachtingenkaart en een maatregelenkaart gekoppeld.
De gemeenten hebben op grond van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg tot taak het archeologisch erf
goed in de bodem te beschermen. Het uitgangspunt van de wet is dat archeologische waarden via ruimtelijke orde
ning worden beschermd. Zo kan de gemeente aan vergunningen voor ingrepen in de bodem voorwaarden verbinden
om vindplaatsen te beschermen of, als dit niet mogelijk is, te laten opgraven. De beleidsnota en de kaarten dienen
ertoe om het archeologiebeleid beter af te stemmen op de lokale situatie en de omstandigheden.
Aan de vaststelling van de nota is uitvoerig overleg met verschillende instanties en belangenorganisaties voorafge
gaan. De Regionale Archeologische Werkgroep Oer-IJ heeft daarbij een belangrijke rol gespeeld.
Castricum wordt wel een schatkamer genoemd van de archeologie in de provincie. Amateur-archeoloog Derk van
Deelen en vervolgens de Werkgroep Oud-Castricum hebben zich er al vanaf de jaren vijftig voor ingezet. Bodem
vondsten uit de eerste eeuwen worden in onze gemeente soms dicht onder het maaiveld al aangetroffen. Vandaar dat
er een discussie is ontbrand over het voorstel van het gemeentebestuur een vrijstelling voor archeologisch onderzoek
toe te staan tot 50 centimeter diepte. De werkgroep 'Oer-IJ' had graag 30 cm gezien voor specifieke gebieden. De
monumentenraad heeft gepleit voor afstemming met de omliggende gemeenten. Uiteindelijk is de vrijstellingsgrens
bijgesteld tot een diepte van 40 cm.
De nota met het kaartmateriaal is te raadplegen op de website van de gemeente onder het hoofdstuk Sport, Kunst
en Cultuur (www.castricum.nB. Uitvoerige informatie over de totstandkoming van de nota op de website van Oud-
Castricum onder de taakgroep 'Archeologie'.