«feu.
1 Tekening van het noordoost-profiel.
De opeenvolgende grondlagen
De onderkant van de bouwput bestaat uit natte zandhou-
dende klei. Direct daarboven bevindt zich achtereenvol
gens ongeveer 60 cm veenhoudende klei en ongeveer 40
cm verzadigd zand, dan volgt het nulpunt van het huidige
NAP, daarboven ongeveer een meter aardvochtig zand en
tot het maaiveld ongeveer 60 cm de bouwvoor.
De beek ligt in zand met fijne schelpdeeltjes die door de
wind zijn afgezet. In de bovenste zandlaag zijn nauwelijks
of geen schelpdeeltjes meer aanwezig. Op basis van de
geomorfologie, de wetenschap die de vormingsprocessen
van het landschap bestudeert, is bekend dat verstuivingen
vanaf de achtste eeuw plaatsvinden.
Archeologische vondsten in de duinbeek
In de beek zijn verschillende voorwerpen aangetroffen.
Op de diepste plek (0 m NAP) werden de kaak van een
rund, botmateriaal en een aantal stukjes van een kogel-
pot uit de 8e of 9e eeuw gevonden. Ook zijn twee stukjes
Pingsdorf en drie stukjes rood Andenne gevonden, waar
onder een stukje lensbodem. Het aardewerk dateert uit de
12e en 13e eeuw.
Ook wat ondieper in de beek (0.4 m +NAP) werden stuk
jes Pingsdorfaardewerk, kogelpot en botschilfer gevon
den.
Boven in de beek (0.9 m +NAP) is een gelige, grof gema-
gerde scherf gevonden. Dit is mogelijk de rand van een
Pingsdorf baksel uit periode 1225-1250 na Chr. Enkele vondsten: v.l.n.r.: twee fragmenten Pingsdorfaardewerk,
een stukje kogelpot en twee stukjes botschilfer.
90
Noordwest
Zuidoost
millimeters
Maaiveld
1750 NAP
Bouwvoor verploegd
Lichtgeel zand
Lichtgeel stuifzand
Geel zand Humeus
Donkerbruin humeuze zand/veen laag
Humeus zand
460 NAP
Donkerbruin humeus zaptf
Lichtgeel zand met fijne schelppartikels (stuifzand)
0 NAP
Blauwgrijs zand met zeer fijne schelppartikels (stuifzand)
400 NAP
Veen met ingestoven zand
Profieltekening
Ouinenboschweg 28
Castricum
Schaal 1:20
CAS DBW 26-2
1000 mm
2000
4000 mm
3000 mm