Tweehonderd jaar geleden einde gemeente Bakkum Simon Zuurbier De vroegere kapel, zoals Andries Schoemaker haar schetste in 1726 ('s-Gravenhage, Koninklijke Bibliotheek). Na de Franse overheersing werden op 1 mei 1817 deze samenvoegingen weer teniet gedaan. Dat gold alleen niet voor de samenvoeging van Bakkum en Castricum, wat niet zijn oorzaak vond in het geringe inwoneraantal van Bakkum. Wimmenum werd namelijk ook weer zelfstan dig met 68 inwoners. Het kwam vooral doordat Bakkum toch al nauw verbonden was met Castricum, vanwege het feit dat we al sinds 1749 toebehoorden aan dezelfde ambachtsheer en dezelfde schout hadden. Ook zou het opnieuw inrichten van een plaatselijk bestuur voor Bak kum wel eens lastig geweest kunnen zijn. Nog in 1811 wordt Jan van Bruijnswaard benoemd als burgemeester van Bakkum. Direct na zijn aanstelling heeft hij hemel en aarde bewogen om hem dit niet aan te doen, want hij achtte zich door zijn hoge leeftijd, zijn slechte gehoor, zijn onvoldoende opleiding en het niet beheersen van de Fran se taal niet capabel om dit ambt te vervullen. Desondanks werd hij niet ontslagen. Op 1 januari 1812 ging de nieuwe gemeente officieel he ten: Castricum en Bakkum. Tot burgemeester werd Jacob Nuhout van der Veen benoemd, zoon van de voormalige schout. Op 5 januari daaropvolgend werd de nieuwe gemeente raad op het raadhuis van Castricum geïnstalleerd. De raadsleden zijn Wouter de Bie, Fulps Ranke, Gerrit Brasser, Evert Asjes, Pieter Schavemaker, Arie Admiraal, Simon Duinmaijer, Albert Knaap en Willem Brakenhoff. Van hen hebben de laatste vier deel uitgemaakt van het bestuur van de opgeheven gemeente Bakkum. Op 1 januari 2012 was het tweehonderd jaar geleden dat Bakkum en Castricum werden samengevoegd. Tot dat moment was Bakkum een zelfstandige ge meente met ongeveer 110 inwoners en een eigen gemeentebestuur. De grens tussen beide gemeen ten liep ter hoogte van de huidige Zeeweg en de Schulpvaart. Het grondgebied van de toenmalige gemeente Bakkum is het gedeelte van de gemeente Castricum dat wij nu Bakkum-Noord noemen. Het gemeentebestuur van Bakkum vergaderde in het recht huis; dat stond aan de oostzijde van de Heereweg bij de Achterlaan. Het rechthuis was ondergebracht in de voor malige Cunerakapel; de geschiedenis van deze kapel gaat vele eeuwen terug (zie hiervoor het uitvoerige artikel van Chris ten Raa in het 25e Jaarboek van Oud-Castricum). In 1576 was de kapel verlaten en in het begin van de 17e eeuw werd zij ingericht als 'regthuys' voor bestuur en recht spraak door schout en schepenen en tevens als schooltje. Tot in de Franse tijd, in 1812, heeft het gebouw als zodanig dienst gedaan. Nadien was het nog geruime tijd als woon huis in gebruik. Omstreeks 1870 werd het pand gesloopt. De gemeentelijke samenvoeging vond plaats in de Fran se tijd. Bij keizerlijk decreet werden per 1 januari 1812 meerdere gemeenten in onze regio samengevoegd en wel naast Bakkum bij Castricum ook Wimmenum bij Bergen, Limmen bij Heiloo, Groet bij Schoorl en Veenhuizen met Oterleek bij Heerhugowaard. 87

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2012 | | pagina 89