Ber Veldt op de wagen van ]an Tervoortjr. Herinneringen van Ber Veldt Op 15-jarige leeftijd begon Ber Veldt (1942) in de melk zaak van Jan Veldt (overigens geen directe familie) aan de Stetweg 40. Ber was ruim negen jaar actief in deze han del en vertelt daarover het volgende: "Nadat ik twee jaar had gewerkt bij Jan Veldt, overleed hij en werd zijn zaak opgeheven. Het was toen eind jaren '50 en Jan Tervoort vestigde een zuivelwinkel in de nieuwbouw aan de Anna Paulownastraat. Ik kon daar als knecht aan de slag. Elke morgen om 7.00 uur ging ik eerst naar de melkfabriek en trok daarna gelijk de melkwijk in. Tussen de middag kreeg ik een warme maaltijd van Sjaan Tervoort, de vrouw van Jan. Zij was een eerste klas kok. 's Middags nog een paar uurtjes de wijk in en vervolgens de melkbussen en emmers schoonmaken. Tenslotte moest ik nog even de kar aanvul len voor de volgende dag. Dit heb ik zo'n 7'/2 jaar vol gehouden en toen kaapte Glorie Supermarkt mij weg. Zij betaalden mij namelijk f 50,- per week meer en dat kon Tervoort mij niet geven. Bij Glorie heb ik nog 18 jaar met plezier gewerkt tot de supermarkt werd gesloten. 44 Jan Bos had vanaf1945 een melkhandel in de Dorpsstraat. Jan Veldt van de Stetweg. Piet Schilder met rechts vakantiehulp Kees Kok. Afrekenen met een grote geldtas Kees Kok (1951) werkte van zijn zevende tot zijn veer tiende op de zaterdagen en in de vakanties bij melkboer Piet Schilder, die een winkel had aan Schoutenbosch 57. Kees kijkt daar met plezier op terug: Piet ging altijd al vroeg naar de melkfabriek aan de Breedeweg om daar zijn kar te laden met de diverse melkproducten. Daar waren grote bussen melk bij van 40 of 50 liter. Als hij weer terug kwam van de fabriek deed hij er vanuit zijn magazijn nog allerlei artikelen bij, zoals boter en frisdranken. Dan ging hij eten en om 8.00 uur trok hij zijn wijk in waar ik hem dan opzocht. Ik deed meestal de makkelijker klanten die flessen nodig hadden, want in die tijd verkocht je ook nog losse melk uit bussen van 10 liter met een maatbeker voor de mensen die met een pan naar de voordeur kwamen. Gelukkig gingen na een jaar dat ik er werkte de zware ijzeren kratten eruit en kwamen daar plastic kratten voor in de plaats. Lichter en vooral in de winter minder koud. Om half één aten we meestal een half uurtje om daarna weer door te gaan in de wijk tot een uur of drie. Meestal IB. JH»

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2012 | | pagina 46