Twee tragische ongevallen in Bakkum
Stilte heerst er op de in 1963 formeel gesloten be
graafplaats op het terrein van het vroegere Provinci
aal Ziekenhuis Duin en Bosch in Bakkum. Zachtjes
ritselen de bladeren aan de bomen en er klinkt gezang
van bosvogels. Het is alsof bij het betreden van de
paden het knisperen van de schelpen al te veel geluid
maakt. Welke voorbije levens gaan er schuil achter
enige raadselachtige teksten op grijze en soms ver
zakte grafstenen?
Op de begraafplaats bevinden zich onder meer graven van
mensen die in de geschiedenis van Duin en Bosch en de
Castricumse gemeenschap een belangrijke functie hebben
vervuld. Zo is het graf van Dr. Jacobi, de grondlegger en
de eerste geneesheer-directeur van Duin en Bosch, nog al
tijd aanwezig. Dat geldt ook voor het graf van Wilhelm
E. van Keeken, destijds hoofd Economische Dienst van
het ziekenhuis en medeoprichter van de Bakkumse ten
nisclub.
Ook liggen er jonge mensen begraven waarvan het over
lijden diepe indruk heeft gemaakt op de plaatselijke be
volking. Hiertoe behoren de twee volgende tragische on
gevallen in Bakkum.
De gesloten begraafplaats op het terrein van het vroegere
Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch.
De gebroeders Koeman
Op het eerste grafveld, links van het toegangspad, bevindt
zich een graf met twee achter elkaar geplaatste stenen. Het
is het graf van Gerrit en Henk Koeman, kinderen van Vol-
gert Koeman en Johanna Maria Blei. Volgert was verple-
Volgert Koeman
en Johanna
Maria Blei
met hun twee
kinderen Gerrit
en Henk.
ger, die met zijn gezin nabij het ziekenhuis woonde in een
van de zogenaamde 'broederwoningen'. Hun zoon Ger
rit, geboren op 23 januari 1916, overleed op 12 december
1921 als gevolg van een infectieziekte. Op de slecht lees
bare grafsteen staat: 'Hier rust onze lieve jongen Gerrit
Koeman, Overl. 12 Dec. 1921Gerrit was nog geen 6 jaar
oud. Zijn broer Henk kwam in 1929 op 12-jarige leeftijd
op tragische wijze om het leven door een ongeval. Voor de
aanleg van de Prof. Winklerlaan en de bouw van enkele
woonhuizen tegenover de huidige Antoniusschool is een
stuk duinterrein afgegraven. In dit voormalige stukje duin,
nabij het huis van zijn ouders, had Henk in de herfstvakan
tie met zijn vrienden een diepe kuil gegraven en deze af
gedekt met boomstammetjes, takken, een oud vloerkleed
en daar weer aarde bovenop. Het werd een onzichtbare
hut, die ook de maanden daarna door de jongens werd be
zocht. Toen Henk op een bepaald moment alleen in de kuil
was, stortte deze in. De andere jongens konden met hun
blote handen weinig beginnen en renden naar de ouder
lijke woning van Henk om hulp te halen. Helaas duurde
dit te lang. Na enige tijd werd de jongen levenloos uit het
zand gehaald.
Tiny van Vlaanderen-Boot (1925) kan zich het ongeval uit
de verhalen van haar moeder nog goed herinneren: "Wij
woonden destijds naast het gezin Koeman, omdat mijn
vader ook verpleger was bij Duin en Bosch. Mijn broers
Joop en Cor waren vrienden van Henk en hadden mee
geholpen aan het maken van de hut. De jongens waren
daar erg enthousiast over. Ze hadden er allerlei dingen
in verborgen en brandden er kaarsen. Toen de kuil was
ingestort, waren mijn vader en die van Henk met behulp
van buren lange tijd bezig om het zand weg te krijgen.
Henk was echter niet meer te redden. Het werd daarna een
61