Emma Lommen-Maury (1897-1960).
Miep Gies, die de familie van Anne Frank hielp onderdui
ken, is wel een van de bekendste 'Wienerferienkinder').
Burgemeester Lommen krijgt een eremedaille van het
Oostenrijkse Rode Kruis voor de gastvrijheid die de kin
deren in de gemeente hebben ondervonden.
Mevrouw Lommen is al enkele jaren voorzitter van de
plaatselijke afdeling van de R.-K. Vrouwenbond als ze in
april 1923 wordt gekozen in het bondsbestuur in het bis
dom Haarlem. Ook in die organisatie is ze heel actief.
Samen met de dames Aukes en Leenaers organiseert ze een
inzameling voor de oprichting van een grafmonument bij
de dorpskerk voor verloskundige juffrouw Vahl, die op 31
juli 1931 door een aanrijding met de tram van het zieken
huis Duin en Bosch om het leven is gekomen. Het tijdens
een plechtige bijeenkomst onthulde monument, een gebro
ken zuil, staat op het noordelijk deel van de begraafplaats
bij de dorpskerk. Op de voet staat de tekst: 'Deze steen werd
haar geschonken door de vrouwen van Castricum
Piet Ooms en de kat van mevrouw Lommen
Dienstbode Geert de Graaf ontdekte een keer dat de
kat van de burgemeester had gepoept op het bed van
het echtpaar. Zij zei tegen mevrouw Lommen dat ze
het één keer zou opruimen, maar dat de kat echt weg
moest als het nog eens zou gebeuren. Het gebeurde
toch weer en Geert besloot Piet Ooms te laten komen.
Piet handelde onder andere in dierenhuidjes.
Hij kwam aan de deur en de kat werd gelokt. Me
vrouw Lommen kwam vragen wat er aan de hand was.
Ze zag tot haar schrik de kat in de handen van Piet
Ooms en riep: Hier met dat beest." Piet reikte haar
het dier aan, maar de levensgeesten waren al gewe
ken. Volgens de overlevering viel mevrouw Lommen
flauw in de gang. Geert de Graaf was vast een goede
dienstbode, want ze heeft er nog lang gewerkt.
Notabelen
Thomas (Tom) Stuyt (93), zoon van notaris Stuyt, her
innert zich 'oom Piet en tante Emmy' nog heel goed.
Oom Piet zag hij als een bedachtzame, rustige man en
tante Emmy, die het goed met zijn moeder kon vinden,
was een 'levenslustige Haagsche tante'. Het burgemees
tersechtpaar en ook dokter Schoonhoff, dokter Leenaers
en zijn vrouw, pastoor Engering en mevrouw Benders,
echtgenote van de directeur van Duin en Bosch, komen
vaak bij Tom's ouders op bezoek voor een praatje en een
glaasje.
De notabelen hebben zo hun eigen kringetje. Tussen de
leefwereld van de autochtone hardwerkende arme dorpe
lingen en die van de notabelen zit een wereld van verschil
die moeilijk overbrugd kan worden. Ze blijven feitelijk
vreemdelingen in het dorp en dat geldt ook voor de kinde
ren. Tom Stuyt verbaast zich erover dat de dorpsjongens
altijd op klompen lopen. Zijn vader legt hem uit dat ze
vaak door de modder moeten baggeren en voegt eraan toe:
"Ze hebben trouwens geen geld om schoenen te kopen.
Zijn ouders merken dat hij erg 'boers' begint te praten.
Vooral zijn moeder is bezorgd over het 'verwerpelijke'
dialect dat hij snel oppikt. Tom's onderwijs baart ook zor
gen. Als het 'plukkerstijd' is in juni, moeten de kinderen
aan het werk op de akkers van hun vaders om bonen en
aardbeien te plukken en krijgen ze vrij van school. Zo kan
het niet langer. Tom wordt na het vierde leerjaar van de
katholieke dorpsschool gehaald en naar een internaat in
Amersfoort gestuurd, waar voor hem een ander leven be
gint.
Lommen in de slag met de gemeenteraad
Net als in Ursem wachten de gemeenteraadsleden van
Castricum eerst eens af wat voor vlees ze in de kuip heb
ben. Ze moeten wennen aan de nieuwe man, die in tegen
stelling tot oud-burgemeester Mooij niet als een van hen
wordt beschouwd. Lommen wordt op vele manieren op de
proef gesteld.
Het voorstel om het secretariepersoneel van twee naar drie
vaste ambtenaren uit te breiden, wordt kort na zijn aantre
den al afgestemd. Een tijdelijk ambtenaar vindt de raad
wel mooi genoeg. Uiteindelijk lukt het Lommen toch om
de raad te overtuigen.
De oude raadsleden verzetten zich tegen alles wat ze be
schouwen als nieuwlichterij. "We zullen die Lommen wel
klein krijgen.
De samenstelling van de raad begint wel te veranderen.
Voor 1919 bestond er nog een financiële drempel om te
mogen stemmen, maar in dat jaar wordt het algemeen
kiesrecht ingevoerd. De raad bestaat dan uit vijt leden van
de Rooms-Katholieke Staatspartij (RKSP), en de combi
natie CHU-ARP en de SDAP hebben ieder een zetel. De
overwegend rooms-katholieke bevolking stemt natuurlijk
vooral op de kandidaten van de RKSP, maar behalve ka
tholieke raadsleden met een agrarische achtergrond wor
den ook twee verplegers van Duin en Bosch en een kan
toorbediende in de raad gekozen.
53