Wethouders:
De drie wethouders gedurende deze raadsperiode zijn per
1-9-1970 J.J. Bollen (gemeentewerken), A. Kooiman (on
derwijs en personeelszaken) en P. Wagenaar-Maan Voogd
Bergwerf (sociale zaken en volksgezondheid).
Met een inwoneraantal van ruim 20.000 heeft de gemeen
te nu recht op een vierde wethouder. In de vergadering van
25-9-1970 besluit de raad over te gaan tot de benoeming
van J.W. Mulder, die de portefeuille met jeugd- en sport
zaken, cultuur en recreatie krijgt. Wethouder Kooiman
verlaat de gemeenteraad om gezondheidsredenen (notu
len 2-10-1970). C.J. Baltus is op 19-11- 1970 benoemd tot
zijn opvolger als wethouder van financiën, economische
aangelegenheden en jeugd- en sportzaken. Naar aanlei
ding van een beschuldiging van corruptie stelt wethouder
J.J. Bollen op 21-1-1972 zijn zetel beschikbaar, maar blijft
wel raadslid. Hij wordt als wethouder op 14-2-1972 op
gevolgd door J.P. van Hemert, waarbij laatstgenoemde de
portefeuille van Baltus overneemt; Baltus krijgt gemeen
tewerken. J.W. Mulder stelt op 8-2-1974 zijn wethouders
zetel beschikbaar in verband met zijn toetreding tot de
CCC-fractie. Mulder was in 1970 gekozen voor de PPR,
maar moest deze fractie verlaten op 25-9-1971 en heeft
als onafhankelijk raadslid (wethouder) gefunctioneerd.
Op 7-3-1974 wordt Mulder als wethouder herbenoemd.
Ontwikkelingen in deze raadsperiode
Opvallend gedurende deze raadsperiode is het grote aantal
vertrekkende raadsleden.
Er vindt bebouwing plaats van het plan Noordend (bloe
men-, planten- en vogelnamen). Behalve de eengezinswo
ningen is er in de plannen op diverse plaatsen ook hoog
bouw voorzien, een geheel nieuw fenomeen voor Castri-
cum. Aan De Loet in Molendijk-Zuid worden in 1972 drie
torenflats van tien woonlagen gerealiseerd en in 1974 de
verzorgingsflat Sans Souci. Een nieuwe 'skyline' van Cas-
tricum ontstaat.
In de gemeenteraad en met de ondernemersorganisaties
vinden uitvoerige discussies plaats over de grootte van een
nieuw winkelcentrum. In 1973 wordt door burgemeester
Van Boxtel de eerste steen gelegd voor het nieuwe winkel
centrum Geesterduin. Ook wordt in dat jaar het overdekte
zwembad 'De Witte Brug' geopend.
In de eerste helft van de zeventigerjaren is er sprake van
hectische toestanden in de plaatselijke politiek. De komst
van nieuwe politieke groeperingen, zoals Nieuw Links,
D'66, de PPR, ir. Stam c.s., die alle uit waren op een pro
filering, maakt het bestuurlijk heel complex. Toch wordt
er rond die tijd veel gepresteerd. Gerealiseerd worden het
zwembad, het winkelcentrum Geesterduin, de nieuwe bi
bliotheek en Geesterhage, De Santmark, woningbouw in
Molendijk, het bestemmingsplan Noordend, de noodbouw
Bonhoeffercollege, de sporthal, het Creativiteitscentrum,
de Culturele Werkgroep en het jongerencentrum De Bak
kerij, enz. Een krant schreef in 1973: "Over Castricum
kun je zeggen dat die plaats, als je er een week niet ge
weest bent, alweer veranderd is."
De gemeenteraad stelt in 1970 een groot bedrag beschik
baar voor het gereed maken van een plan voor een tun
nel onder de spoorlijn ten zuiden van de Oude Haarlem
merweg in het kader van de aanleg van de 'zuidelijke
invalsweg.' Vanwege de financiële consequenties en het
ontbreken van de medewerking van de provincie krabbelt
de gemeente vervolgens wel wat terug. Het verschijnen in
1971 van de nota 'Castricum in het wegennet' zorgt voor
de nodige opschudding. In deze nota pleiten drie raads
leden: ir. G.H.A. Hoogenboom, ir. A. Kuijper en A.J.S.
Mooijman voor een aangepaste wegenstructuur, waarin de
eerder geplande westelijke randweg vervalt en doorgaand
verkeer wordt omgeleid.
Het gemeentebestuur start een inspraakprocedure om te ko
men tot een nieuwe toekomstvisie. Inwoners nemen plaats
in diverse werkgroepen, die aan de slag gaan op basis van
een uitgebreid schema van inspraakavonden. De conclusie
van de volksraadpleging is dat Castricum zich in de toe
komst moet beperken tot slechts het bouwen voor de eigen
woningbehoefte. Het toekomstige woningbouwprogramma
wordt vertraagd, zodat de gemeente langer kan beschikken
over uitgeefbare grond voor sociale woningbouw. De groe
ne ruimte tussen Castricum en de omliggende gemeenten
moet zoveel mogelijk worden gehandhaafd.
De gemeenteraad behandelt op 29 november 1973 het
voorstel van het gemeentebestuur om de conclusies uit de
inspraak grotendeels over te nemen. De uitspraak van de
gemeenteraad betekent een grote breuk met het verleden:
woningbouwprogramma's worden voortaan afgestemd
op de plaatselijke behoefte, er wordt rekening gehouden
met natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische
waarden en het behoud van het karakter van Brakersweg,
Doodweg en Breedeweg wordt nagestreefd. De aanleg
van een zuidelijke randweg, nu met een gelijkvloerse
spoorwegovergang, wordt nog wel opengehouden, maar
een westelijke randweg wordt afgewezen.
De Kabouters in Castricum
Op 5 februari 1970 kwam in sociëteit Aknathon van de
katholieke studentenbeweging in Amsterdam een aantal
personen bijeen met een gemeenschappelijke geschiede
nis van actievoeren tegen veronderstelde maatschappe
lijke misstanden. Roel van Duijn, toen al jaren bekend
als Amsterdamse actievoerder, medeoprichter van het in
1967 opgeheven Provo en namens die beweging zelfs lid
geworden van de gemeenteraad, las een verklaring voor,
waarin hij de oprichting aankondigde van de 'Oranje Vrij
staat': een alternatieve samenleving naast de bestaande
maatschappij. De bewoners daarvan noemden zich 'ka
bouters', een naam die voortkwam uit de vergelijking van
de nieuwe staat met een paddenstoel, "die zich voedt met
de rottende boom van de oude maatschappij en zo zelf een
nieuwe maatschappij vormt
28