Boxtel is geboren en getogen in
Brabant, is dan reeds tien jaar
werkzaam als wethouder in de
gemeente Breda en wordt als een
bekwaam bestuurder gekwalifi
ceerd. Hij komt naar Castricum
in een periode van toenemende
politieke spanningen en bestuur
lijke vernieuwingen. Er zijn
volop vragen over het toekom
stige inwonertal van Castricum,
de wegenstructuur, winkelcen
tra en andere voorzieningen.
De inwoners willen 'inspraak',
een tot dan toe nieuw begrip.
Bijna overenthousiast slaat de
nieuwe burgemeester de hand
aan de ploeg. Zijn retorische gaven zijn groot en
de raadsvergaderingen duren tot diep in de nacht,
maar ondanks alle politieke problemen wordt er
veel gepresteerd. Met zijn inzet voor de oprich
ting van de carnavalsvereniging 'de Windtrappers'
heeft hij zijn zuidelijke afkomst niet verloochend.
Vanaf 1970 wordt in Castricum carnaval gevierd
onder de naam 'Pieperduin'.
Burgemeester W.C.A.M. van Boxtel.
Willem Stam
De in 1959 door Hendrik Koekoek opgerichte Boerenpar
tij boekte bij de Provinciale Verkiezingen in 1966 onver
wacht succes met het behalen van 44 zetels, wat vertaald
naar de verkiezingen voor de Tweede Kamer 10 zetels zou
hebben opgeleverd. Dit succes zette zich in hetzelfde jaar
voort ook in Castricum bij de gemeenteraadsverkiezingen,
waar in de raad namens de Boerenpartij twee raadsleden
zitting kregen. Dit waren de tuinder Arie Zonneveld en ir.
Willem Stam. Op Willem Stam, die in de periode 1966
tot 1974 met onderbrekingen deel van de raad uitmaakte,
gaan we hier wat nader in, omdat hij zich in die periode
ontpopte als een van de meest opmerkelijke, kleurrijke,
maar ook controversiële Castricumse politici.
De in 1922 in Wormerveer geboren Willem Stam komt
naar voren als iemand die moeilijk zijn politieke draai kon
vinden, want voor zijn toetreden in 1965 tot de Boerenpar
tij had hij al het hele politieke spectrum, van uiterst links
naar rechts, doorlopen. In de oorlogsperiode was hij aan
gesloten bij de communistische illegaliteit. Na de oorlog
werd hij als Delfts student voorzitter van de Progressief
Democratische Studentenvereniging, vervolgens was hij
lid van de PvdA, tot hij in 1956 toetrad
tot de VVD.
Willem Stam was bevriend met de
journalist Henk Hofland, die in een
radiorubriek in februari 2008 herinne
ringen aan zijn vriend ophaalde en hem
daarbij karakteriseerde als iemand 'met
een diepe weerzin tegen alles wat zich
als gezag aandiendeStam begreep al
snel de politieke betekenis van publi
citeit en zette in tegenstelling tot veel
politici zijn ideeën met betrekking tot
de politiek en de Boerenpartij in 1966
duidelijk op schrift in een boekje 'De
Boerenpartij, een politieke verken
ning', met een voorwoord geschreven
door Hendrik Koekoek. Hij kritiseerde
daarin het partijstelsel in Nederland en Raadslid ir. W. Stam.
richtte zijn blik op de toekomst met de Boerenpartij als
kiem van een nieuwe politieke ontwikkeling.
Stam had zijn gedachten nog nauwelijks op schrift gesteld
- zijn boekje lag in mei 1966 in de boekhandel - of hij
raakte betrokken bij een crisis in de Boerenpartij. Het du
bieuze oorlogsverleden van leden van de partij vond Stam
onacceptabel. In een artikel in het Dagblad Kennemerland
in september 1966 trok hij fel van leer tegen Koekoek en
karakteriseerde hem als een clown en een onbenullige
figuur. Dat het langzamerhand niet goed zat met de ver
houding tussen Stam, die als ideoloog van de Boerenpartij
werd gezien en boer Koekoek, blijkt uit een kort citaat uit
de hiervoor genoemde column van Henk Hofland: "Stam
was ontevreden over de prestaties van Koekoek. Hij stelde
mij voor bij hem op huisbezoek te gaan. Graag. We reden
naar de boerderij in Bennekom. Op het erf liepen een paar
neerslachtige geiten. We werden met wantrouwen begroet,
kregen een kop koffie waarop het dikste vel zat dat ik ooit
op een kop koffie heb gezien. Van het gesprek herinner ik
mij niets. Kort daarop verliet Stam de partij.
Leden van de Boerenpartij wisten
na een 'zuivering' door een politieke
noodraad een voortzetting van de par
tij te bewerkstelligen, wat Stam echter
niet weerhield om samen met Arie Zon
neveld in oktober 1966 uit de partij te
treden. Daarbij maakte hij bekend zijn
lidmaatschap van de Castricumse ge
meenteraad te willen voortzetten na
mens de op te richten partij Progressief
Rechts. Hij refereerde hierbij aan de
z.i. niet partijgebonden ideeën die hij
had gepubliceerd. Stam had met deze
nieuwe politieke partij duidelijk lande
lijke ambities, wat blijkt uit de bijeen
komst op 1 november 1966 in Hotel
Polen te Amsterdam, waar het voorlo
pig bestuur, met Stam als voorzitter en
25