geleden vestigde er zich Xenos, dat zijn deuren begin dit jaar sloot om elders op het nieuwe Bakkerspleintje zijn bestaan voort te zetten. Het oude pand van Xenos is ver bouwd tot zes winkels, waarvan er vier hun entree hebben naar het Bakkerspleintje en twee naar de Dorpsstraat. Dorpsstraat 60 (nu winkel- en appartementengebouw) We keren terug naar 1822, in welk jaar de kadasterkaart op de plaats van het latere Dorpsstraat 60 reeds bebouwing vertoont: huis, erf, stal en bijbehorende tuin (kadasternum mer 367), met als eigenaresse Cornelia Voerman, weduwe van de in 1800 overleden Arie de Bie. Zij woonde daar waarschijnlijk al vanaf haar kortstondig huwelijk in 1799 en exploiteerde er, naar wij aannemen, een winkel, want zij wordt in archiefstukken ook 'winkelierster' genoemd. In 1819 deed een zekere Doris Ineke zijn intrede in de familie De Bie door zijn huwelijk in dat jaar met de enige dochter, de in 1799 geboren Elisabeth de Bie. Op leven en loop baan van de in Uitgeest geboren Doris Ineke, een tuinman en bloemist, zijn we reeds in het voorgaande artikel over de Dorpsstraat ingegaan. Hij was in 1833 de koper van het grote bouwland met kadasternummer 363 en stond aan de wieg van de bewoningsgeschiedenis van dit gedeelte van de Dorpsstraat. Hij ondernam zijn vele activiteiten onge twijfeld vanuit het huis van zijn schoonmoeder, van welk pand hij in 1836 eigenaar werd. Het pand telde toen zes bewoners, te weten Doris Ineke, zijn tweede echtgenote Marijtje de Bie (een nicht van zijn eerste echtgenote), hun vijfjarige zoon Herman, twee minderjarige dochters Corne lia en Trijntje uit zijn eerste huwelijk met Elisabeth de Bie en schoonmoeder Cornelia de Bie-Voerman. Marijtje de Bie overleed in 1840. Doris Ineke trouwde voor de derde maal in 1843 met Mietje Grapendaal. Uit dit huwelijk werden nog twee zoons, Hendrik en Willem, en een dochter Neeltje geboren. Cornelia Voerman heeft dit alles niet lang meer meegemaakt, want zij overleed in december 1847. Doris Ineke ging het na een bewogen leven wat kalmer aan doen, want in juni 1861 op de leeftijd van bijna 65 jaar, verkocht hij zijn bezit - omschreven als huis, stenen keuken en schuur, waarin stalling voor koeien en paarden met vrije poort, kadasternummer 367 en bijbehorende grond, kadas ternummer 365 - voor 4660 gulden aan Johannes Frederik Rommel, zijn buurman van De Rustende Jager. Het huis bleef waarschijnlijk nog enige tijd verbonden met de fa milie Ineke, want volgens een genealogische bron zou een zoon van Doris Ineke, Willem Ineke, die in 1866 op 19-ja- rige leeftijd in het huwelijk trad met Regina van Diepen, in het ouderlijk huis zijn blijven wonen. Wellicht heeft ook Doris Ineke er nog zijn laatste jaren doorgebracht. Hij stierf in 1865. Wat de verdere geschiedenis van het pand betreft komen we pas later, in een lijst uit 1898, als bewoonster de 'vrouw van J. Beusman' tegen. Dit was de toen 70-jarige Margaretha van der Wal, waarvan we weten dat ze in 1884 door haar man Jan Beusman in de steek was gelaten. Het pand bleef nog geruime tijd in handen van de familie Rom mel. In 1901 kwam het tot een verkoop aan Bernard Res. In de akte van verkoop is ook sprake van de schuur, die direct achter de panden van de smederij was gelegen. Bernard Res zijn we reeds eerder als bewoner van de Dorpsstraat tegen gekomen. Hij ging kort na zijn huwelijk met Trijntje Fraijman in 1893 wonen in de latere boer derij van Twisk, Dorpsstraat 11gehuurd van Otto Kehl, die inmiddels in het gedeelte van de Dorpsstraat, dat we nog zullen bespreken, een bloemenwinkel was begonnen. Res was enige tijd bollenkweker, maar hij gaf dit beroep al snel op, om op 28-jarige leeftijd een bestaan te begin nen als gemeenteontvanger, waartoe hij per 1 januari 1896 werd benoemd. Je kunt je afvragen hoe iemand het brengt van bollenboer tot gemeenteontvanger. Bij zijn afscheid in maart 1936 gaf Res in een interview met de Alkmaar- sche Courant een kort en bondig antwoord op deze vraag. Je had om bij de gemeente benoemd te worden helemaal geen administratieve- of andere diploma's nodig, "als je maar een eerlijke jongen was". Hij noemde zijn arbeid heel eenvoudig, vanwege het voor een kleine gemeente 69 In het kader van de vernieuwing van het Bakkerspleintje zijn in het pand, waar tot voor kort Xenos was gevestigd, zes winkels ondergebracht Het gezin van Bernardus Res en Trijntje Fraijman. V.l.n.r. Bernardus Res, Maria Res, Trijntje Fraijman, Anna Res, Johannes Res.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2010 | | pagina 71