de mensen bij haar terecht konden
voor groeisels en gezwellen die als
kanker werden aangemerkt.
Hendrika (Rika) Hopman was 19
jaar toen ze min of meer tegen haar
zin het werk als genezeres over
nam van Maartje Glorie 1847-
1922). Rika was als dienstbode
bij Maartje in dienst gekomen en
zorgde voor de huishouding en de
opvang van patiënten in het huisje
aan de Burgemeester Mooijstraat
3. Het bij velen nog bekende si
garenmagazijn Heeremans was er
later gevestigd.
Het recept van Maartje Glo
rie, waarin honing, knoflook,
'kreeftsogenpoeder' en een be
paalde witte wijn belangrijke be
standdelen waren, is in haar oude
woning teruggevonden. De patiënt
moest bij gebruik van het medicijn
ook 24 uur wakker gehouden wor
den. Volgens de instructie moest het
gebruikt worden voordat de kanker
'open' of'getakt' is, anders zou uit
snijding van het kwaad (door een
dokter) de enige remedie zijn.
Over de vraag waar het recept oor
spronkelijk vandaan kwam, be
staan verschillende lezingen. Het
zou Frankrijk kunnen zijn, maar
ook een Castricumse pastoor of
kapelaan wordt soms genoemd.
Jan de Ruijter (1894-1992)
zat in het begin van de vorige
eeuw op de lagere school in
de Schoolstraat. Hij vertelde:
"Wij waren schooljongens
van Bakkum en moesten on
der de middag overblijven.
Dan gingen we altijd naar
het station. De trein kwam om ejfe over twaalf an. We
keken uit naar mensen, die naar de kankerjuffrouw toe
moesten. Daar kregen wij dan wel eens een dubbeltje
van als we ze de weg wezen naar het huis van Maartje
Glorie. Ik heb ze zien komen, mensen heel uit Zeeland
vandaan.
Theo Glorie 1932).
werd ons nog wel eens gevraagd of we wisten waar de
Kankerjuffrouw woonde. De mensen kwamen van heinde
en ver. Mijn zuster heeft bij haar gewerkt en dan moest ze
knoflook schoonmaken, die werd versnipperd en met wat
andere kruiden in zakjes gedaan. Mevrouw Glorie had het
er druk mee. Ze had een wit schort voor en het haar netjes
in de krul.
Theo Glorie (1932): "Mijn moeder heeft na het overlijden
van Maartje eerst nog patiënten geholpen in de boerde
rij 'Papenbergvan haar opa. Mensen gingen naar de wc
die tegenover de boerderij stond als ze iets moesten uit
trekken. Ze maakte helemaal geen reclame. Het ging van
mond tot mond. Soms zat de hele gang vol thuis. Wij von
den het wel eens vervelend dat we ons verhaal niet kwijt
konden, als we uit school kwamen. Tussen de bedrijven
door moest ze het brood voor de kinderen klaar maken en
dat smaakte nog al eens naar knoflook. Intussen zijn we al
aardig op leeftijd, maar niemand van ons lust knoflook.
In de woning van de familie Glorie aan het On-
derlangs was een extra kamertje naast de voordeur
bestemd voor Rika's praktijk en zij had net als
Maartje over de klandizie niet te klagen. Piet Stuif
bergen: "Als je op de weg aan het spelen was dan
Fr*tüW^H
Maartje Glorie (1874-1922)
was de eerste 'kankerjuffrouw'
in Castricum. Ze hield praktijk
in haar woning aan de
Kramerswegtegenwoordig
Burgemeester Mooijstraat 3.
Omstreeks 1918 nam haar
dienstbode Rika Glorie-
Hopman die taak over.
Rika Glorie-Hopman
(1899-1977).
Rika Hopman staat links bij de boerderij Papenberg
van haar grootvader Piet Stuifbergen. Na haar huwelijk
met Simon Glorie had ze haar kruidenpraktijk aan het
Onderlangs en na de oorlog aan de Verlegde Overtoom.
Naast haar v.l.n.r Jan, Piet, Antje en Trijn Stuifbergen.