Engels majoor, zijn bedacht. Vanaf dat moment was
het een serieuze sport en werden de eerste kampi
oenschappen in Engeland gehouden.
Tot de zeventiger jaren van de vorige eeuw was
tennissen zeker geen volkssport en werd doorgaans
met het etiket 'elite' bestempeld. Langzamerhand
werd de sport steeds meer bereikbaar voor alle la
gen van de bevolking en steeg de populariteit fors.
TENNISCLUB BAKKUM
Op 26 oktober 1926 werd 'Tennisclub Bakkum' opgericht.
De vereniging was in eerste instantie bestemd voor perso
neelsleden van Duin en Bosch en hun gezinsleden. Een
enkel buitenlid werd toegelaten. De club begon met 30
dames- en 13 herenleden. Het 'journaal' uit de eerste jaren
laat zien dat men voor het lidmaatschap 4,80 per jaar
betaalde en dat dit bedrag door het merendeel van de leden
in termijnen van 40 cent werd voldaan.
Wilhelm van Keeken werd de eerste voorzitter-secretaris.
Hij zou dat meer dan 25 jaar blijven, bijgestaan door Wim
Martens, die de functie van penningmeester bekleedde.
De club sloot zich spoedig aan bij de landelijke tennis-
bond. In 1927 werd met twee seniorenteams deelgenomen
aan de competitie. Voor de jeugd en de ongeoefende jon
gere spelers trad men in hetzelfde jaar toe tot de Zaanse
bond.
In 1930 werd de tegelbaan vervangen door een baan van
rood gewapend beton. Daarnaast beschikten de spelers
over een zeer primitieve outillage, bestaande uit een hou
ten clubhuisje dat tegelijkertijd dienst deed als keukentje en
'tribune'. Achter een gordijn konden de spelers zich verkle
den voor de competitie. Jaren later schreef Piet Kuijper, de
man die in zijn functie van bewegingstherapeut veel bete
kend heeft voor de sportbeoefening binnen Duin en Bosch,
hierover de volgende regels in zijn gedicht:
Bij mij op zolder ligt een oud verschoten gordijn
dat speelde een leuke rol in mijn tennisleven,
de meer dan zestig tennisjaren vonden hier de basis,
van mijn sport en hobby in een eindeloos fijn beleven.
Later verkleedde men zich in de mandenmakerij en ook
in het theehuis in de buurt van de tennisbaan. Overigens
speelden de mannen toen vaak in gewone kleren, in lange
broek met bretels.
Bij de ontvangst van teams gingen de leden van TC Bak
kum doorgaans per fiets naar het station om de tennissers
op te wachten. De tassen werden vervolgens op de fietsen
geladen en zo trok men richting Duin en Bosch. Ook werd
wel het trammetje gepakt dat toen nog naar het ziekenhuis
reed.
Het voordeel van de betonnen baan was dat tegenstanders
die meestal gewend waren aan het langzamere gravel,
door de soms technisch zwakkere Bakkummers nog wel
eens werden verslagen. Als het geregend had, bleven er
grote plassen liggen. Die werden dan met grote jute zak
ken opgedweild. Een nadeel was ook dat ballen en schoe
nen sneller sleten en ook verstuikte enkels waren soms het
gevolg.
Voor de ballen betaalde ieder een dubbeltje per week. Zo
dra er genoeg geld bijeen was, werden er weer nieuwe ge
kocht, maar nooit meer dan drie tegelijk per groep, want
dat werd te duur.
Voordat de jongeren mochten tennissen bij TC Bakkum,
werden zij door Van Keeken verplicht ballen te rapen bij
competitiewedstrijden. Zijn verklaring was: "Daar leer
je van, want dan kijk je goed. Deze bezigheid werd wel
beloond met een gulden per dag, waarover Herman Hor
jus, bekend speler uit die tijd, eens opmerkte: "Was je met
meerdere ballenjongens, dan moest je die gulden delen.
Was je alleen, dan rende je je rot!Het was ook een ijze
ren wet dat de ouderen eerst met nieuwe ballen speelden,
waarna de jeugd ze pas kreeg.
TW/'.'.'c
Het primitieve houten
clubhuisje deed tegelijker
tijd dienst als keukentje en
'tribune'