sterdam binnenvoeren, vierde de jubelende stad de komst van de Koningin. Baard: "Zoo was dan in de zomer van 1945 eindelijk het moment gekomen waarop een deel van de nationale kunst schatten na een al te lange onderbreking zijn plaats in de nieuwe samenleving kon hernemen. Op de binnenplaats van het Rijksmuseum werd de Nacht wacht ontrold en weer opnieuw op het raamwerk aange bracht. Het schilderij bleek tot ieders opluchting alle be proevingen goed te hebben doorstaan. Na de oorlog zijn de Duitse bunkers grotendeels gesloopt of onder het zand verdwenen. Niet echter de bergplaats van de gemeente Amsterdam. Nadat het zelfs nog even een opslagplaats is geweest voor de aardappelen van groente boer Stengs, bepleitte Sandberg in 1952 bij de wethouder voor Kunstzaken van Amsterdam om de kluis weer voor kunstopslag geschikt te maken. Hij stuurde een tekening van de gewenste aanpassingen overeenkomstig adviezen van een militair bureau en in verband met beveiliging te gen atoombommen ook van de directeur van het Instituut voor Kernphysisch Onderzoek. In zijn brief aan de wethouder herinnerde hij aan de drama tische meidagen van 1940, toen in allerijl de voornaamste kunstwerken van het Rijksmuseum naar de gemeentekluis in Castricum werden overgebracht en hoe de Nachtwacht op een grasveldje werd opgerold. Sandberg was duidelijk trots op de kluis, want hij liet de wethouder weten: "De kluis was de eerste in Holland en wat ligging, outillage en camouflage betreft, zeker de beste. Naar aanleiding van de Hongaarse opstand waarschuwde Sandberg in 1956 het gemeentebestuur opnieuw. Tever geefs drong hij aan op herstel en modernisering van de kluis. Als voorzitter van het Filmmuseum kreeg hij het in 1958 wel voor elkaar dat de bergplaats voor het bewaren van brandbaar filmmateriaal in gebruik kon worden ge nomen. Aan de Willemslaan verrees een houten barak die tot 1969 als kantoor en werkplaats van het Filmmuseum dienst deed. Deze stond gedeeltelijk op de nog aanwezige betonnen baan van een VI lanceerinrichting. Tegenwoor dig is dezelfde barak een deel van het clubgebouw van de Kennemer Ijsbaan. De kunstbergplaats vervult tot op de dag van vandaag nog een belangrijke functie en bovendien is het een stuk cul tuurhistorisch erfgoed van nationale betekenis. Niek Kaan Bronnen: Publicaties: Baard, H.P., Kunst in Schuilkelders, Den Haag 1946; Dantzig van, R., Het leven van Willem Arondéus, Amsterdam- Antwerpen 2003; Entrop, M., Onbekwaam in het compromis, Willem Arondéus kunstenaar en verzetsstrijder, Amsterdam 1993; Hendriks, A., Huis van illusies, Amsterdam 1996; Jong, L. de, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede We reldoorlog delen 2, 6 en 13, Den Haag 1975; Kalf, J., Bescherming van Kunstwerken tegen Oorlogsgevaren, Den Haag 1938; Leeuw-Marcar, A., Willem Sandberg portret van een kunste naar, Amsterdam 1981; Martinet, J., Brieven van H.N. Werkman 1940-1945, Amster dam 1968; Os, H.W., Werkman, H.N., Groningen 1965; Petersen, A., Brattinga P., Sandberg: een documentaire, Amster dam 1975; Rikhof, F., Kunst in een bunker, Ons Amsterdam, jaargang 48, nr. 3; Romein, J., Nieuw Nederland, Amsterdam 1945; Soeting, M., Het Stedelijk Museum in Amsterdam tijdens de Tweede Wereldoorlog, Jong Holland no. 2, jaargang 17, 2001. Archieven: Filmmuseum Amsterdam, met dank aan de heer H.de Smidt; Gemeente Castricum, met dank aan de heer H. Stigt; Ned. Instituut voor Oorlogsdocumentatie; Provinciaal Waterleidingbedrijf, met dank aan de heer H. Post- huma; Stedelijk Museum Amsterdam; Stadsarchief Amsterdam. De tegenwoordig met een hek extra beveiligde toegang tot de kluis aan de Helmweg in het Geversduin. Het bouwwerk is vanwege de historische achtergrond terecht als gemeentelijk monument aangewezen. 28

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2008 | | pagina 30