De logboeken In het archief van het Stedelijk Museum van Amsterdam zijn de agenda's opgeborgen die in gebruik zijn geweest als logboeken van de kluis. De allereerste aantekening is gemaakt op woensdag 3 april 1940: 'Bewaking door Si- liakus'. De agenda's leveren veel informatie op over het gebruik van de bergplaats en ook over de verschillende bezoekers die er een kijkje kwamen nemen. De eerste schilderijen van de schepen werden vanaf begin april naar de kluis gebracht. Op 7 mei kwam volgens de agenda het laatste transport aan. Ook zaken die nog in het Stedelijk Museum waren achtergebleven, werden aange voerd. bij het vervalsen van paspoorten en de aanslag op het bevolkingsregister van Amsterdam en moest vervolgens onderduiken. In 1945 volgde hij jhr. Röell op als directeur. Onder Sandbergs leiding ontwikkelde het museum zich tot een internatio naal vermaard centrum voor moderne kunst. Het was zijn overtuiging dat eigentijdse kunst betekenis heeft voor het begrijpen van de wereld waarin wij leven. Na zijn pensionering in 1962 bleef Sandberg actief als tentoonstellingsmaker en ontwerper. Hij speelde een belangrijke rol in de opbouw van het Israël Museum in Jeruzalem en gaf college aan de Harvard Universiteit in de Verenigde Staten. De logboeken van 1940 tot en met 1943. Op vrijdag 10 mei, de dag van de Duitse inval, ging het werk gewoon verder. Genoteerd werd in de agenda: "Drie wagens met schilderijen en kisten vanuit het Stedelijk Mu seum gebracht en verschillende werkzaamheden verricht door personeel onder leiding van jhr. Sandberg. De dagen daarop kwamen er kunstwerken aan uit het Rijksmuseum dat nog zonder schuilplaats zat. Bewaker Siliakus bezorgde de fiets van jhr. Sandberg en een brand blusser. Jhr. Willem Jacob Henri Berend Sandberg (1897-1984) Willem Sandberg was vanaf 1937 conservator en van 1945 tot 1962 directeur van het Stedelijk Mu seum van Amsterdam. Na het gymnasium en mi litaire dienst ging hij naar de Rijksacademie voor beeldende kunsten, waar hij het maar kort uithield. Hij werd grafisch ontwerper en deed onder andere in Parijs ervaring op. Sandberg was nauw betrokken bij het verzet. Zo bezocht hij in 1941 Duitsland, op verzoek van de illegaliteit, om te peilen of er kans was op een op stand tegen het Hitler-regime. Hij was betrokken Nachtwacht De Nachtwacht stond begin mei 1940 nog in de ridder zaal van kasteel Radboud. De aanwezigheid van een mij nenveger in de haven van Medemblik baarde zorgen. Het schip zou vijandelijke vliegtuigen kunnen aantrekken, waardoor het kasteel en dus de kunstwerken gevaar lie pen. Dat het gevaar niet denkbeeldig was, bleek ook wel, want de mijnenveger beschoot daadwerkelijk een vlieg tuig, dat waarschijnlijk in het IJsselmeer terechtgekomen is. Bij Kornwerderzand op de Afsluitdijk was het Neder landse leger in gevecht met de Duitsers. Een doorbraak van de vijand naar Noord-Holland was te verwachten. Op 13 mei, tweede pinksterdag, nam de hoofddirecteur van het Rijksmuseum dr. Schmidt Degener het besluit om de Nachtwacht naar de bergplaats in Castricum te brengen. Hij nam daarmee een zware verantwoordelijkheid op zich. De oorlog was heel dichtbij. Met deze wagen en op dezelfde manier werd op 4 september 1939 de Nachtwacht naar kasteel Radboud in Medemblik gebracht en vervolgens op 13 en 14 mei 1940 naar Castricum (foto Rijksmuseum). Baard heeft in zijn boek de spanning rond het zonderlinge transport goed weergegeven: Om half acht 's avonds ver trok het konvooi vanaf het kasteel. Voorop gingen enkele 21

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2008 | | pagina 23