geen bijzondere bouwwerken verrezen, wegen aangelegd
of andere nu nog aanwijsbare elementen uit die periode
bewaard gebleven. Alleen de Openbare School wordt met
3 lokalen uitgebreid. De financiële toestand van de ge
meente blijft onveranderd slecht.
Johannes Mooij wordt op 21 juni 1888 geïnstalleerd als op
volger van Jacob Boreel en is tot nu toe de enige burgemees
ter die in Castricum geboren en getogen is. Johannes was een
zoon van veehouder en wethouder Comelis Mooij en Antje
Schermer, ging op kostschool in Bodegraven en naar het se
minarie Hageveld in Voorhout. In 1878 trouwde hij met boe
rendochter Neeltje Kuijs; ook haar vader, Jan Kuijs, zat tot
zijn overlijden in 1862 in de gemeenteraad. Voor zijn benoe
ming tot burgemeester en gemeentesecretaris was Johannes
Mooij bloemkweker, landbouwer en gemeenteontvanger. Hij
is 30 jaar burgemeester van Castricum en daannee degene
die dit ambt hier het langst heeft bekleed.
Belangrijke ontwikkelingen in Castricum tijdens zijn ambts
periode zijn de bouw van zuivelfabriek 'De Holland' aan de
Breedeweg (1905), van de Gemeentelijke Gasfabriek aan
de Oude Haarlemmerweg (1914) en de bouw en ingebruik
name van Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch (1909).
De komst van Duin en Bosch gaf een enorme impuls aan
de plaatselijke gemeenschap. In de periode van 1906 tot
1916 steeg het aantal inwoners van 2285 tot 3993een toe
name met 75%. Rond 1911 werd een nieuw raadhuis, een
nieuwe r.-k. Pancratiuskerk en een nieuw hotel-restaurant
'De Rustende Jager' gebouwd. Ook kwamen er in 1915
twee tuinbouwveilingen.
Op zijn verzoek wordt Johannes Mooij per 1 juni 1918
ontslagen en op 1 augustus daaraanvolgend door burge
meester Lommen opgevolgd.
De nieuwe Kieswet van 1919
Het in de 19e eeuw geldende censuskiesrecht had tot gevolg
dat het aantal kiesgerechtigden relatief gering was: alleen
mannen die een goed inkomen hadden mochten stemmen.
Slechts zeer langzaam werd het kiesrecht uitgebreid, omdat
de gegoede burgers, vooral liberalen en conservatieven, de
dienst uitmaakten. Zij voelden niets voor een toenemende
invloed van de arbeidersbeweging op het bestuur. Ook van
uit religieuze kringen was er een beweging om het kiesrecht
uit te breiden, mede om via wetgeving een einde te maken
aan de ongelijkheid in de financiering van het onderwijs.
Het openbare onderwijs kreeg geld uit de staatskas, terwijl
Bij eerste foto van de gemeenteraad in het toen nog nieuwe raadhuis. Vermoedelijk genomen op 2 september 1913 bij de installatie van
Gerrit Louter als raadslid, die plaats heeft aan het hoofd van de tafel, geflankeerd door veldwachter Bleijendaal. Aan de achterwand
een foto van het nog jonge prinsesje Juliana en van een wapenbord van de familie Geelvinck, als ambachtsheren van Bakkum. Niet
alle personen op de foto zijn bekend. We herkennen uiterst links Piet Twisk en naast hem Piet Kuijs; de tweede en derde van rechts
respectievelijk Piet Va/kering en burgemeester Mooij.
14