Biesterbos en architect professor Holt is een verhaal apart. Met
het oog op de bezwaren van omwonenden liet de gemeenteraad
dit project eerst vallen bij de behandeling van plan Geesterduin op
23 juni 1971. Na een indringend betoog van het college over met
name de financiële consequenties, besloot de raad een dag later om
de flat alsnog in het plan te handhaven.
Noordend
In 1969 werd met de voorbereiding van het bestemmingsplan
Noordend (ca. 1200 woningen) gestart. Er was in die tijd maar be
perkte aandacht voor cultuurhistorische elementen. Wegen werden
rechttoe rechtaan getekend en oude boerderijen werden snel als niet
belangrijk bestempeld. Ook de na de oorlog herbouwde boerderijen
van Liefting en Vergouw aan de Alkmaarderstraatweg werden ge
sloopt.
Door de verlegging van de Soomerwegh is de prachtige Mariahoeve
van Jan Schermer nog net gespaard en in Molenweide is de plaats
van de oude korenmolen vrij gehouden van bebouwing. Een herken
baar element is ook een stukje van de oude Alkmaarderstraatweg
bij het oorlogsmonument.
Bij de vaststelling van het bestemmingsplan Noordend op 1 juni
1970 staakten de stemmen. Voor de vierde keer in de geschiedenis
stak de raad een stokje voor geplande hoogbouw. De gemeenteraad
verlangde dat alle geplande hoogbouw langs de Soomerwegh zou
worden vervangen door laagbouw. Dit zijn de locaties die we nu
kennen als Plantenhove, Bloemgaarde en Molenweide. Het aange
paste plan werd op 11 juni 1970 met algemene stemmen aangeno
men.
De exploitatiebegroting van het toekomstige bestemmingsplan
moest worden opgesteld, met een raming van opbrengsten ver
kregen door verkoop van bouwgrond voor woningen tegenover de
kosten van riolering, wegen en renteverliezen. Van het ambtelijk ap
paraat werd een voorstel verwacht van de uitgifte van bouwkavels
en een advies over de categorieën te bouwen woningen, afgestemd
op de woningbehoefte. De ambtenaren mochten daartoe zelfstandig
onderhandelen met o.a. de drie grote, eerder genoemde bouwbedrij
ven in Castricum. Resultaten van deze onderhandelingen werden
natuurlijk regelmatig teruggekoppeld naar bestuurders en daarbij
ontstond nog al eens frictie, afhankelijk van de positie die ingeno
men werd.
Naast het opzetten van een grondexploitatie, moest de verwerving
van gronden en het pachtvrij maken in gang worden gezet. Dit ge
schiedde in samenwerking met een extern ingehuurde deskundige.
De aankooponderhandelingen verliepen niet altijd even prettig en
gemakkelijk. Veel agrariërs waren hierbij zeer emotioneel betrokken
en dat leidde soms tot gespannen situaties. Natuurlijk begrijpelijk,
maar soms ook weer niet, als bleek dat diezelfde agrariër delen van
zijn eigendom reeds vrijwillig had verkocht aan bouwbedrijven.
De nog altijd aanwezige achterdocht, het mogelijke 'lek' binnen de
gemeente, dat al bij de ontwikkeling van Molendijk speelde, had tot
gevolg dat ambtenaren die betrokken waren bij de planontwikke
ling, dagelijks (wekenlang) werden 'opgesloten' in een kamer van
het gemeentehuis naast de kamer van de toenmalig secretaris Mok.
De gemeentesecretaris stak de sleutel in zijn zak en de ambtenaren
konden bellen voor de welbekende noodzakelijke onderbrekingen.
Hiermee wordt de situatie wel getypeerd.
De drie grote aannemersbedrijven
bleken ook niet stil gezeten te heb
ben. Om het bouwprogramma zoveel
mogelijk aan hun bedrijven te kun
nen koppelen en om er voor te zorgen
dat zij onderling ook aan hun trekken
kwamen, hadden zij al in 1968 een
merkwaardige overeenkomst geslo
ten, waarbij zij elkaar gelijke winst
mogelijkheden beloofden. Deze over
eenkomst werd later inzet van een
harde juridische strijd. Bouwbedrijf
Flink ontkende het bestaan van de
overeenkomst, nadat zijn bouwbedrijf
er goed uitkwam bij de verdeling door
de gemeente van het aantal te bouwen
woningen. De twee andere bedrij
ven spanden een rechtszaak aan. De
overeenkomst kwam natuurlijk boven
wateren Flink werd in 1971 in het on
gelijk gesteld.
Na grote commotie, rechtszaken en
diverse raadsvergaderingen werd ten
slotte een verdeling van bouwgrond
overeengekomen, waarmee de ge
meenteraad op 22 juni 1972 instem
de. De drie aannemers Biesterbos,
Flink en De Nijs hebben zeker goede
Het bestemmingsplan Noordend dat
in 1970 werd vastgesteld. De hoog
bouw Molenweide, Plantenhove en
Bloemgaarde was geschrapt en daar
voor moesten afzonderlijke plannen
worden gemaakt.
21