Overheid en tuinders in Castricum scherp tegenover elkaar STRIJD OVER ONTEIGENING Aan weerskanten wordt meer begrip gevraagd De gemeente had inmiddels al ruim 11 ha tuingrond onteigend en 40 ha aangekocht. Toch was er op 1 augustus 1952 nog een nieuw veilinggebouw geopend aan de Kramersweg. De situatie rond het oude gebouw in de bocht van de Dorpsstraat was onhoudbaar. Het gemeentebestuur had zich wel afgevraagd of een nieuwe veiling wel bestaansmogelijkheden zou hebben. Verschillende instanties op tuinbouwgebied adviseerden echter positief, waarop de gemeente raad besloot aan de verplaatsing mee te werken. De inkrimping van de tuinbouwgronden zou zich echter voortzetten. Vooral in de zestiger jaren besloten veel agrariërs om te stoppen. Velen gingen bij de Hoogovens werken. Zo liep de agrarische pro ductie steeds meer terug. Op 23 september 1967 werd de veiling opgeheven en was Castricum tuinderdorp af. In het 19e jaarboek is de geschiedenis van de veiling beschreven. De kop van een bericht in het Dagblad Kennemerland van 17 april 1953. Groot Castricum Stedenbouwkundige Gouwetor kreeg opdracht om een structuurvi sie voor de verdere ontwikkeling van de gemeente te maken. Zijn plan dat in 1957 werd afgeleverd, voorzag in een geweldige uitbrei ding van Castricum tot 40.000 inwoners; een woonstad die in de toelichting Groot-Castricum wordt genoemd. Een nieuw centrum en noordelijke, zuidelijke en oostelijke invalswegen en een westelijke randweg kenmerken het plan. De zuidelijke invalsweg zal de spoor lijn kruisen middels een viaduct. Bij het kruispunt van de hoofdwe gen is het centrum gedacht. De provinciale commissie was het er in februari 1960 helemaal mee eens. Aan de gemeenteraad is het plan dan nog niet voorgelegd, in afwachting van een nieuw streekplan. Inmiddels werd, uitgaande van de structuurvisie, een plan ge maakt voor de ontwikkeling van de zogenaamde bomenbuurt ten westen van de Kleibroek, op in 1953 nog gespaarde tuingrond. De raad verzette zich tegen de daar geplande etagebouw in drie lagen. Het plan werd in 1959 zonder etagebouw vastgesteld. beid is er voor "omdat Noord-Kennemerland anders een groot vlak van huizen zal worden. Door vaststelling in 1960 van het plan in hoofdzaak 'Oost' (een nader uit te werken plan) wordt alvast ruimte gereserveerd voor de wijken Kooiweg, Molendijk, Noordend en een grote uitbreiding richting Uit geest. Wethouder Veldt sprak bij de vaststelling met weemoed over zijn jeugd toen Castricum nog klein was en bestond uit een agrarische bevolking en daar ook door werd bestuurd. Hij kon zich de bezwa ren van de agrariërs goed indenken, maar het algemeen en nationaal belang zal moeten prevaleren. Hij benadrukte de grote offers die hier door van de agrarische bevolking worden gevraagd. Burgemeester Smeets verwoordde in een nieuwjaarsrede de groei ambitie van de gemeente als volgt: Wij kunnen niet onverschillig staan tegenover de woningnood, die niet alleen hier. doch in nog ergere mate in de grotere centra in de omgeving heerst. Wij hebben begrepen, dat wij een taak hebben te vervullen, door degenen die in Amsterdam, de Zaanstreek of de IJ mond hun werk hebben, doch daar geen woning kunnen krijgen, aan woonruimte te helpen. Wij hebben er ons mee verzoend, dat Castricum, in een tijdsbestek van 20 jaren tot 35 d 40 duizend inwoners zal uitgroeien. Het raadslid Verkerk liet herhaaldelijk een tegengeluid horen: "Niet wat ons gemeentebestuur wil wordt tot richtsnoer van ons handelen genomen, maar met een zeker fatalisme wordt het als een axioma aanvaard, dat 'hogere machtenuitgemaakt hebben dat Castricum een stad met circa 35.000 inwoners moet worden. Streekplan Noord-Kennemerland In het ontwerp-streekplan Noord-Kennemerland wordt de structuur visie van Castricum overgenomen. Bij de vaststelling van het streek plan op 10 december 1962 worden de uitbreidingsmogelijkheden van Castricum in oostelijke richting echter plotseling ingekrompen met enkele honderden meters. Wel wordt er enige compensatie ge geven aan de noord-oostzijde, waardoor op grondgebied van kim men wordt gebouwd, wat een grenswijziging nodig zou maken. Het voorstel van een meerder heid van het college om een proefeenheid hoogbouw te re aliseren wordt in maart 1960 eveneens verworpen. Alleen de fractie van de Partij van de Ar- Uitbreiding van Castricum vol gens het in 1962 vastgestelde streekplan Noord-Kennemerland. 13

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2007 | | pagina 13