Wederopbouwplan 1947. Hierin is de oostelijke omleiding opnieuw aangeduid en is ook een westelijke randweg opgenomen. De Brink wordt als het nieuwe middelpunt van de gemeente gezien. werd verlaagd tot 'knechtsschap' van de burgemeester, had hij ont slag genomen. In 1945 keerde hij weer in die functie terug, tot de eerste verkiezingen werden gehouden. De heren P. de Vries en G. Meijer vormden in september 1946 het nieuwe college. De Vries (KVP) was al raadslid in 1923 en was ook in 1931 en 1935 tot wethouder gekozen. Meijer (Partij van de Arbeid) kon als vertegenwoordiger van de 'nieuwkomers' worden beschouwd. Hij had in 1939 Amsterdam voor Castricum verruild en had een wo ning betrokken in de toen net opgeleverde Prinses Julianastraat. Het herstel van beschadigde woningen had de eerste prioriteit, zodat zoveel mogelijk oud-inwoners naar Castricum terug konden komen. Door het dubbel bewoonbaar maken van de panden werd geprobeerd meer gezinnen te huisvesten. Het aantal inwoners dat op 1 januari 1945 nog maar 3733 bedroeg, was een jaar later al gestegen tot 6625. Ook op papier werd aan het herstel hard gewerkt. Ir. F..I. Gouwetor van het adviesbureau Verhage, Kuiper en Gouwetor kreeg opdracht een Wederopbouwplan op te stellen. Castricum zou na de herbouw een fraaier en gerieflijker woonoord moeten worden dan het ooit was geweest. Op 18 december 1947 werd het Wederopbouwplan van kracht. gende woningbouwcomplex bestond uit 42 woningen aan de Leo Toepoelstraat en de Jan Hobergstraat. De woningbouwvereniging Goed Wonen bouwde aan de Poelven 45 duplexwoningen, die elk voor 2 gezinnen bedoeld waren. Wederopbouwplan In de toelichting op het Wederopbouwplan staat dat in stedenbouw kundig opzicht de atbraak. voor de ordening van de bebouwing en het behoud van natuurschoon, aantrekkelijke perspectieven opende. Het verdwijnen van de met de achterzijde naar de spoorbaan ge legen huizen aan de Mient en het openen van het uitzicht op het duinlandschap vanaf de hele westzijde van het dorp en vanaf de Vinkebaan, wordt een belangrijke verbetering genoemd. Er zou dus geen sprake zijn van terugkeer van die bebouwing. "De betekenis van Castricum als forensendorp kan alleen maar gebaat zijn met het behoud, c.q. herstel van het natuurschoon in zo groot mogelijke omvang en tot zo dichtbij het dorp als mogelijk is. Het gezicht vanaf het dorp op de hoge duinen is wel zo uniek, dat alleen al op grond hiervan herbebouwing ontoelaatbaar geacht moet worden. Met woningbouw is niet gewacht tot het plan helemaal klaar was. Afgestemd op het plan van 1936 bouwde de r.-k. woningbouwver eniging St.-Joseph 37 woningen tussen het Schoutenbosch en de Oudeweg op het voormalige voetbalveld van Vitesse'22. Het vol Het Wederopbouwplan heeft in belangrijke mate het gezicht van het dorp bepaald. Gestreefd werd naar het karakter van forensendorp met als middelpunt een grote brink, geïnspireerd door de beroemde brink van Zuid-Laren. Daar was ook het toekomstig raadhuis ge il

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2007 | | pagina 11