sofd van
is wet.
wart en
den met
inktvis-
kwamen
tentoon-
werden
errit Jan
Mare en
t Sipkes
aar niet-
:aad van
aniseerd
iden, de
iet duin-
naar de
Jnemen.
laten en
ee.
:enoever
ren ken-
:enoever
tamelijk
erd door
'erd bre
in plaats
Holland
ellingen
was om
taar met
nte ten-
oorlich-
tworden
chteloo,
i tegen-
In dat
;uw na
dat de
ond het
met ty-
rwerpen
n. Zelfs
in, maar
snetten.
duinpan
n duin-
hillende
inrich-
ma was
telingen
mderde-
laats in
mine in
cum en
le duin-
Het ringen van een jonge vogel.
Wekelijks overleg medewerkers van het PWN in kantoor Fochteloo.
V.l.n.r.: ir H. Veenendaal (directie PWN terrein), J.A.C. Klok (beheerder terrein
Castricum), J. Joosse (administrateur), E.J. Kortenoever (Wegwijsmuseum),
D. van der Zee (chef jachtopziener), W. van Hiele (hoofd terreinen), H. Donker
(camping Geversduin), H. Hartman (camping Bakkum), J.B. Verink (beheerder
terrein Bergen, Egmond, Bakkum-Noord), H.J. van Elven (beheerder duingebied
Heemskerk), C. Klaassen (administratie).
Vrienden voor het leven
Voor niet-katholieken was 'het Nut' een belangrijke vereniging. Het
Nut had een bibliotheek en organiseerde daarnaast veel activiteiten
voor de leden. Een van die activiteiten was de duinexcursie, die
twee keer per jaar plaatsvond. Aan die excursies namen ook heel
jonge deelnemers van 12 jaar deel. Een van die jonge deelnemers
of misschien zelfs de jongste, Jan Huisman, vertelde over die tijd:
"Samen met een vriend Piet Honig ging ik vooraf aan de excursie
op zoek naar nesten die tijdens de excursie getoond kunnen worden.
Het ging om nesten van de nachtegaal en staartmees.
Kortenoever nodigde de jongens uit om mee te gaan met een ex
cursie naar het Zwanenwater. De excursie was bestemd voor le
den van de Vereniging voor Vogelbescherming. Op de fiets naar
het Zwanenwater, een flinke afstand. De jongens bleken de enige
jongeren en argwanend werd aan Kortenoever gevraagd of de jon
gens wel lid waren van Vogelbescherming. Kortenoever gaf als ant
woord dat het jeugdleden waren. Waarschijnlijk zijn Huisman en
Honig in naam de eerste jeugdleden geweest. De vriendschap tussen
Kortenoever, Huisman en Honig bleef gedurende hun hele leven
bestaan. Tot aan de dood van Kortenoever bleven ze samen genieten
van staartmezen die vlak voor het raam van de verpleeginstelling
kwamen.
Piet Honig heeft lange tijd in Canada gewoond. Kortenoever en
Huisman zijn samen nog naar Vancouver gereisd om daar samen
met Piet Honig te genieten van de rijke natuur. Vol verhalen over
vogels die ze nooit hadden gezien, maar waarvan ze de namen wel
kenden. Kortenoever had een uitgebreide postzegelverzameling met
als thema flora en fauna.
Jaarlijks bezoekt Honig nu nog steeds het duingebied, meest in de tijd
dat de nachtegalen zingen. Wie in de maand juli gaat wandelen bij de
Kruisberg, kan op de hoogte van het Voerhuis een geel bloeiende plant
vinden; een plant die veel lijkt op het zonneroosje dat in sommige tui
nen staat. Het is een door Kortenoever meegenomen plant uit Canada,
die zich in de ruige kalkarme grond van de duinen goed thuis voelt.
De laatste 'griel'
Naast de diverse taken die bij zijn baan hoorden, had Eldert ook
als vrijwilliger een taak op zich genomen die dicht bij zijn werk
lag. In 1945 slaagde hij voor het examen controleur vogelwet. De
taak werd beschreven als 'onbezoldigd rijksveldwachter' van het
Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk. Na
het examen volgde een beëdiging. Optreden kon deze bijzondere
ambtenaar pas als de overtreder na diverse gesprekken niet wilde
luisteren. In het bijzijn van de plaatselijke politie werd dan een pro-
ces-verbaal opgemaakt.
Kortenoever is actief geweest om de laatste 'griel', een bijzondere
vogel, in Nederland van de ondergang te redden, wat helaas niet
gelukt is. De griel komt nu alleen nog in Afrika voor. In het PWN-
terrein werd deze vogel nog tot 1950 waargenomen. De vogel werd
extra in de gaten gehouden en de eieren werden in het nest regelma
tig geteld. Er werden steeds eieren gemist en Kortenoever kreeg in
de gaten dat een man de eieren roofde voor een privé-verzameling.
Samen met de plaatselijke politie werd een huiszoeking gedaan,
waarbij ze maar liefst twintig eieren vonden. Het opmaken van een
proces-verbaal en inbeslagname van de eieren volgde.
Elfstedentocht
Kortenoever bleef naast zijn drukke werkzaamheden tijd vrijmaken
voor een van zijn sportieve hobby's. In Bakkum, bij de Vereniging
Kennemer Ijsbaan, trainde hij samen met een groep mannen het hele
jaar voor deelname aan een eventuele Elfstedentocht, maar ook voor
de dorpentochten in Noord-Holland zoals de Molen-Merentocht. In
de winter, als er voldoende ijs was, reden ze vele wedstrijden op de
ijsbaan in Bakkum.
Om sterke benen te krijgen renden ze, gekleed in een voor die tijd
opvallend strakke schaatsbroek, duin op duin af. In 1956 was het zo
ver, de groep stond ingeschreven voor de Elfstedentocht en ondanks
het slechte ijs en de strenge vorst wisten ze de tocht te volbrengen.
57