kwamen bijzondere terugmeldingen. Deze terugmeldingen vorm
den de sleutel voor de onthulling van geheimen over de plaatsen
waar de vogels overwinteren. Zo kwamen er berichten uit West-
Afrikaanse kustzeeën: Dakar, Senegal, Kreta, Ghana, Port Étienne
(Mauritanië).
PWN
In de moeilijke jaren voor de Tweede Wereldoorlog, de crisistijd,
vond Kortenoever op de Volkshogeschool Allardsoog te Bakkeveen
als leider van praktische werkzaamheden voor jongeren, een zeer
veelzijdige werksituatie. De taken die hij moest uitvoeren waren
vormend. De sfeer in Bakkeveen werd gekenmerkt door een grote
mate van inspirerende saamhorigheid. Werken en vorming gingen
hand in hand. Er ontstond een voedingsbodem voor samenwerking
en communicatie. Kortenoever heeft in latere uitdagingen die hij
aanging veel gehad aan zijn in Bakkeveen opgedane ervaringen.
Per 1 april 1940 werd Kortenoever aangesteld bij de afdeling ter
reinen van het Provinciaal Waterleiding Bedrijf van Noord-Holland
(PWN) en aanvankelijk belast met toezicht op de werkzaamheden
in het Heemskerkse duinterrein. Vervolgens werd hij ingezet op de
kwekerij aan de Zeeweg, werk waarvoor hij een opleiding had ge
noten en waarin hij de nodige ervaring had opgedaan.
Op 7 mei 1942 trouwde Kortenoever met Betty Frapon. Betty werk
te als verpleegster in een kinderziekenhuis in Baam. Tijdens een
volksdansfeest in Hilversum heeft Kortenoever Betty leren kennen.
Slechts kort verbleef het jong paar in het Gooi.
Het PWN bood woonruimte aan in het duingebied bij de Kruisberg
in Heemskerk. Dit huis droeg de naam 'Voerhok', omdat baron Van
Tuyll van Serooskerken, de voormalige eigenaar van het duinge
bied, het huis gebruikte om voer op te slaan voor de fazanten, die
voor de jacht waren gekweekt. Kortenoever verbouwde de schuur
tot een woning, waardoor het 'voerhok' kon worden omgedoopt tot
'voerhuis'. Tot vandaag de dag draagt het huis die naam.
Het huis was aanvankelijk nauwelijks geschikt als woning. Een ste
nen vloer, een pomp, geen elektriciteit, het was niet eenvoudig om
te starten. Het gemis aan comfort werd ruimschoots gecompenseerd
door de prachtige natuur rondom het huis. Vlakbij stonden nog
enige woningen, waaronder het jachthuis van baron Van Tuyll van
Serooskerken, dat door het echtpaar Baltus werd bewoond. De ba
ron kwam er regelmatig logeren en nam dan deel aan jachtpartijen.
Verder woonden er nog drie gezinnen, onder andere het gezin van
Bruinekool, een jachtopziener die nog in dienst was geweest van de
baron en daarna in dienst trad van het PWN.
Oorlog
De leden van deze kleine gemeenschap konden gedurende de oor
logsjaren in het duingebied blijven wonen. Als tegenprestatie voor
dit woonrecht moesten de mannen wachtlopen om zo te voorko
men dat de bossen gekapt werden. Dit ging soms met een knipoog
naar de naar hout op zoek zijnde dorpsbewoners. Het was spannend,
maar op de een of andere manier waren alle partijen tevreden. Het
wachtlopen bij het pompstation van het PWN was extra moeilijk,
omdat rondom de brandbommen naar beneden kwamen. Alle bewo
ners van de Kruisberg hebben deze moeilijke situaties overleefd.
Ook werden er dennen geplant bij de Weierij aan de Bredeweg in
het Bakkumse duingebied. Een deel van deze dennen is op dit mo
ment als volgroeid bos, rijp voor de kap, terug te vinden.
Op 28 juni 1943 werden de huizen aan de Kruisberg getroffen door
granaten afkomstig van zwaar geschut dat voor de jeugdherberg
Koningsbosch stond. Daar vandaan werd er geoefend met als doel
een vlot dat in zee lag. Er was duidelijk sprake van afzwaaiers. De
bewoners van de Kruisberg ontkwamen ternauwernood.
Kortenoever vertelde over dit incident dat ze voor het huis een
Duitse wacht heen en weer zagen lopen. Ineens zagen Betty en hij
zelf die wacht hard wegrennen. Een onbekend geluid drong het huis
binnen. Na een korte discussie besloten ze het huis te verlaten, in
strijd met de geldende richtlijn om bij onraad een schuilplaats bin
nenshuis te zoeken. Het is maar goed geweest dat ze dat advies niet
opgevolgd hebben. Samen zijn ze zijn het duin uitgerend en achter
hen sloegen granaten kraters in de grond. De achterkant van het
Voerhuis werd eraf geschoten. Een stuk muur bungelde alleen nog
aan een kraan.
Na deze 'miniramp' kregen de Kruisbergbewoners enkele uren de
tijd om zich tijdelijk te vestigen op het Duinerwalletje, een gedeelte
van het dorp Heemskerk dat vlak bij het duingebied ligt. Toch kon
den de bewoners hier niet blijven. De gezinnen kregen een evacu
atieadres toegewezen op de Oosterweg, totdat hun woning bij de
Kruisberg weer hersteld was.
In december 1943 kwam er een Lancasterbommenwerper neer boven
de Kruisberg. Het vliegtuig spatte gewoon uit elkaar. Jan Zonneveld,
buurman van de familie Kortenoever, vertelt erover: "De dennen
rond de Kruisberg achter de boerderij waren in een klap zonder
top. Zonneveld herinnerde zich dat hij samen met Kortenoever de
massieve banden van het staartwiel van de Lancaster heeft kunnen
bemachtigen. Uit dit wiel sneden ze rubberen stroken die ze als ban
den voor fietsen konden gebruiken. Toen de Duitsers lucht kregen
van deze onderneming, hebben ze de resten van het rubber begraven
in de kippenren bij het Voerhuis. Na de oorlog is Jan Zonneveld nog
op zoek gegaan naar het rubber; het was onvindbaar.
Heel veel jaren later, na de dood van de heer Kortenoever, brak diens
zoon Dirkjan de volière af in diezelfde kippenren. Bij het uitgraven
van de palen kwamen resten rubber te voorschijn. Voor Dirkjan was
de hoeveelheid rubber niet te verklaren. Nu anno 2006, door het
relaas van Jan Zonneveld, valt het kwartje. Het rubber maakte ooit
deel uit van het staartwiel van een neergestorte Lancaster.
Dat het duingebied ook een schuilplaats kon zijn voor onderduikers
is moeilijk voor te stellen. Op de zolder van het Voerhuis logeerden
regelmatig mannen die een onderduikadres nodig hadden. Het wa
ren oud-NJN'ers, die de naam 'oude sokken' kregen, nadat ze 23
jaar geworden waren en de NJN verlieten. De 'oude sokken' kregen
in het Voerhuis een tijdelijk onderkomen.
Een van hen, Pieter Groot uit Westzaan, vertelt over deze tijd: "De
Moffen hielden voor in het duin iedereen tegen. Maar ondanks de
oorlogstijd was de omgang met de Duitsers soms soepel. Het ge
drag was onvoorspelbaar en wie toch het duin in wilde gaan, nam
een groot risico.
Jaap Kaal, een andere oud-NJN'er, en Pieter Groot reden langs de
versperring van de Duitsers. Ze werden niet aangehouden en konden
Het Voerhuis bij de Kruisberg in Heemskerk waar de Kortenoevers
ruim zestig jaar hebben gewoond.
54