''llijiü pastoor Engering en op 1 januari 1911 liet hij het volgende aflezen: "Wij wijzen erop dat men op dorpsfeesten voorzichtig moet zijn met wie men omgaat. Als men met protestanten omgaat, kan dit tot een doodzonde worden gerekend! Wij ontlenen dit stukje geschiedenis aan de latere pastoor Voets, die in een periode rond 1975 veel over de geschiedenis van de Pancratiuskerk in het plaatselijk nieuwsblad heeft geschreven en daarbij in een van zijn artikelen afstand nam van genoemde en an dere uitspraken van de streng in de leer zijnde pastoor Engering: "Met het woord 'doodzondewas men nogal gauw in die dagen. Gelukkig zijn we nu van die banvloek en banbliksems bevrijd. Bertus van Benthem overleed in 1919. Hel cafébedrijf kwam nu in handen van 'De Erven van Benthem', waarover de oudste dochter, Hendrika (Riek) van Benthem, geboren in 1870, de scepter ging zwaaien. Q. de Ruijter schreef over deze periode in zijn bekende boek 'Schippers van het Stet"A an de Dorpsstraat stond ook het café De Vriendschap, waar tante Riek (van Benthem) niet achter de tapkast was weg te denken en waarachter een toneelzaal was, waarin gedu rende de wintermaanden vrijwel alle toneeluitvoeringen en concer ten werden gegeven. Tekening van café 'De Vriendschap 'zoals die voorkomt in een des tijds uitgegeven bordspel, het stoomtramspel, waaruit blijkt dat het café een halteplaats was voor de stoomtram. In 1929 trad Riek van Benthem, bijna 60 jaar, in Castricum in het huwelijk met een vooraanstaande Castricummer, de 65-jarige Pieter Twisk, waarna ze het cafébedrijf welletjes vond en het verkocht aan Nicolaas Stuijt (geen familie van notaris Stuyt van Dorpsstraat 1, over wie we in een vorig artikel over de Dorpsstraat hebben ge schreven). Nicolaas Stuijt startte zijn loopbaan als caféhouder voortvarend met het aanbouwen van een serre aan de toneelzaal en het realiseren van een lichtreclame. Maar reeds in 1933 kwam er een einde aan zijn ambities - het waarom is niet duidelijk - en noemt de VVV-Gids als nieuwe eigenaar van 'De Vriendschap, v.h. Stuijt', de naam Th. Jak. We hebben getracht wat meer over hem te weten te komen en waarschijnlijk betreft het hier Theodorus Jak, in 44 1905 in Krommenie geboren en in 1932 gehuwd met Cornelia van Steen. Hoe dan ook, ook Jak hield het slechts korte tijd uit, want op 7 december 1935 vestigde zich Wilhelmus Theodorus (Willem) Beentjes vanuit Velsen op het adres Dorpsstraat 75. Deze Willem Beentjes, in 1901 geboren in Velsen en in 1927 ge huwd met Helena Braam, was een eigenaar die vrij lang stand wist te houden, wat wijst op doorzettingsvermogen, dat in deze branche wel nodig was. Het echtpaar Beentjes bleef kinderloos. Over de vele activiteiten die Willem Beentjes ontplooide en die het belang van het café als een soort sociaal centrum in het dorp illustreren, werd regelmatig gepubliceerd in de plaatselijke krant: toneelvoorstellin gen, muziekuitvoeringen, vergaderingen, recepties, feestavonden etc. De indeling van het cafépand was in de loop der tijd nogal eens aan wijzingen onderhevig, waarvan de details niet steeds even duidelijk zijn. Wel duidelijk is dat in de loop der tijd aan de linker voorzijde een apart zaaltje werd gesticht met een eigen ingang, wat goed zicht baar is op latere foto's. Deze ruimte werd voor vergaderingen en recepties benut, maar tijdens een periode voor de oorlog was er ook de r.-k. parochie-bibliotheek gevestigd. Veel oudere Castricummers weten dat nog wel. Piet van Westen, actief in het onderwijs in Castricum en ook een bekende koordirigent, had daar toen het be heer over. De boeken waren allemaal bruin gekaft, hadden een num mer en waren opgeborgen in afgesloten boekenkasten. Op zondag, na de hoogmis, was de bibliotheek een paar uur open. Je kon dan een catalogus inkijken en moest tenminste 5 nummers op schrijven van de boeken die je wilde lenen. Meester van Westen keek dan na welke nummers er be schikbaar waren om uit te lenen. Later werd de bibliotheek ondergebracht bij Kees Stuifbergen, de koster van de parochie. In januari 1948 meldde het Nieuwsblad voor Castricum en Omstreken: "Het welbekende ca fébedrijf 'De Vriendschapis van eigenaar ver anderd en wordt thans geëxploiteerd door de heer Roozendaal uit Heerhugowaard. De krant wenste hem veel succes. Het betreffende pand kwam op 2 januari 1948 inderdaad in handen van Piet Roozendaal, ge- j boren in 1908, die met zijn gezin verhuisde vanuit Heerhugowaard naar Castricum. Voor zijn komst exploiteerde hij een kleine kruide nierswinkel aan het Verlaat in Nieuwe Niedorp. Hij was gehuwd met Elisabeth Jonker en hun vijf dochters werden allen in Heerhugowaard geboren. Bij de vestiging in Castricum was de jongste dochter Gerda l'A jaar. Zij woont thans nog in Castricum en had levendige herinneringen aan de omstandigheden waaronder zij opgroeide: "We woonden in een deel van het café aan de rech terkant, waar nu de snackbar is gevestigd. We sliepen boven, een duistere zolder onder het puntdak, met slechts enkele kleine ramen, ter grootte van een dakpan. Later is aan de achterkant een dak kapel aangebracht. Achter het café en de uitgebouwde toneelzaal was vroeger nog een tuin, waar mijn vader groente verbouwde en ook kippen hield. We keken daar uit op de loodsen van de firma Eierglorie. Achterlangs kon je ook heel gemakkelijk komen bij de smederij van Dorus de Groot aan de Schoolstraat, een prettige buur, die altijd klaarstond om bij problemen te helpen. Piet Roozendaal was geen eigenaar van het café, maar hij pachtte het van de Amstelbrouwerij, die het in deze periode moet hebben opgekocht. Hiermee hangt waarschijnlijk samen dat hij direct na zijn vestiging vroeg om een vergunning voor de bouw van een bierkelder, die 15 mei 1948 werd verleend. Roozendaal hield de toneelzaal in bedrijf, maar verlegde het accent al dadelijk naar meer amusement in de vorm van dansavonden, waaraan de feestcultuur, die na de bevrijding was ontstaan, niet vreemd zal zijn geweest. In april 1968 trok de toen 60-jarige Piet Roozendaal zich terug en

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2006 | | pagina 47