Een groep Wilfriedverkenners in 1950. V.l.n.r. helemaal achteraan staand: hopman Jan de Groot en kapelaan Cees Bakkerdaarvoor staand: Nico Rozemeijer, Hans de Nijs, Piet Deen. Johan Zonneveld, Kees Bakker, Alfons van Westen, Co van de Ven, hopman Joop Zijlstra, Mats de Nijs, André Bakker, Kees de Nijs en Jan Nebeling; gehurkt: Chris Dijkman, Kees Tromp, Nico de Graaf, Jan Louwe, Jan Beentjes, Jan Hoebe, Wim Nanne, Mats Kaandorp, Kees de Nijs (in het gips). Joop Marcker, Jan van Amsterdam en Henk Poet. hopman Brakenhoff, groepsvoorzitter Lambers en de vaandrigs Theissling en Brakenhoff. In 1984 stonden de le Burgess Hill en St. Wilfried op een terrein in West-Sussex, waar 2400 scouts uit 23 landen bijeenkwamen op het 'WS84 Camp'. De patrouilles waren tijdens dat kamp gemengd. De Castricumse deelname werd grotendeels bekostigd door de verkenners zelf. Zij hadden in de voorafgaande seizoenen auto's gewassen op de parkeerterreinen van het Bakkerspleintje en winkelcentrum Geesterduin. Daarna waren de verkenners nog geruime tijd actief tot ook voor hen het doek viel in 2002. De rowans In 1964 werd de rowanafdeling opgezet, waaraan de oudere verkenners vanaf 15 jaar konden deelnemen. Daarvoor was het fiat nodig van het landelijk comité van Scouting Nederland. De eerste acht rowans werden in Egmond aan den Hoef bij de Zusters Carmelitessen geïnstalleerd. Biet Hein van Cranenburgh werd chef van de rowanafdeling en aangezien deze groep de 72e was in Nederland, kreeg die de naam 'RA 72'. De rowans kregen hun eigen plek in de blokhut op de Zanderij, maar daarvoor moest de hut wel worden uitgebreid. In de hut hadden ze de ruimte voor allerlei hobby's en zelfs hun huiswerk mochten ze er maken. Een van de activiteiten was fotograferen en ontwikkelen. Dit groeide uit tot het 'Film-Dia-Foto-Weekend-Castricum', waaraan andere groepen uit de omgeving ook meewerkten. Andere projecten in die tijd waren het maken van een speelfilm 'De Gevangene' en het maken van kunststof kano's. Ook werd er veel gesport en de rowans hielden zich regelmatig bezig met oriënteren en kaartlezen. Op een van de eerste rowankampen werden de jongens met de vrachtwagen (ook van Stet) naar Limburg gebracht, vanwaar ze verdel gingen naar België. Tegen het einde van de vakantie bleek echter dat het geld op was en werd er in kleine groepjes naar Limburg gelift, waar Stet ze weer oppikte. Later werd er per trein, autobus of een personenbusje gereisd en dat was wat makkelijker. Tijdens de vakantie werd er met de rugzak van de ene plaats naar de andere gelopen en et- werd gekampeerd bij een boer. kerk of school, 's Avonds werd er vaak een kampvuur gebouwd, waarbij werd gezongen en gitaar gespeeld. Deze loopvakanties zorgden voor een goede groepssfeer en een nauwe band tussen de jongens. Een goed voorbeeld hiervan was de trektocht door het Sauerland in 1965. Er werden toen vanuit Duitsland eigengemaakte ansichtkaarten naar het thuisfront gestuurd. De rowankampen waren vaak zwaar, maar er zijn nooit grote ongelukken gebeurd. Aan het eind van de vakantie werd er een rovvanraad voor het nieuwe seizoen gekozen. In 1978 kreeg Piet Hein van Cranenburgh versterking in de leiding met Marcel de Geest. Het begin van dat jaar was echter niet de beste tijd voor de rowans, want de sfeer en motivatie waren minder geworden. Op 21 juni kreeg men ook nog eens met een geweldige tegenslag te maken. Toen werd de hut door vandalen in brand gestoken en was de stemming begrijpelijk erg down. Na het zomerkamp zetten de rowans en leiding de schouders er echter onder en er kwam een strijdplan om de hut weer op te bouwen. In vier zaterdagen lukte het om, met behulp van ouders, vrijwilligers en bouwbedrijf M.J. de Nijs. een heel nieuw pand uit de grond te stampen. Zo kon op 17 december 1978 de nieuwe hut officieel geopend worden. Toen bleek dat, hoe raar het ook klinkt, deze brand had bijgedragen aan het herstel van het saamhorigheidsgevoel en teamverband binnen de groep. In 1979 gaf Piet Hein van Cranenburgh. na ruim 15 jaar leiding te hebben gegeven, het stokje over aan Marcel de Geest. Ook de rowans hielden zich in de loop van hun bestaan met diverse activiteiten bezig. Ieder jaar werd er vlak voor Kerstmis een kersttocht georganiseerd. Na de kerstviering werd dan iedereen naar het strand gereden en liep men naar 'het licht'. Eerst gebeurde

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2005 | | pagina 33