Overzicht van de ligging van de boerderijen, de ontgonnen kavels
en de loop van de hoofdafwatering (uit boek Jelles).
Ook in september van 1830 worden plannen genoemd om een
schuur direct aan de vaart (het Koningskanaal langs de Zeeweg) te
bouwen met de deur aan het water om zo gemakkelijk het water uit
de vaart direct in een bak te scheppen of te pompen en het via een
goot naar de stalgoot te brengen voor de koeien. Bij de inrijdeur
voor de hooiwagens zal aan weerszijden een stal worden gebouwd
voor de plaatsing van vier paarden. Tegenover de paardenstal komt
dan later een woning voor de boer; hierin hoeft dan geen grote
hooizolder te worden ondergebracht.
Bouw van boerderij Johanna's Hof
In februari 1832 heeft Gevers in het Commissarishuis overnacht. Hij
is op dat moment kapitein van de le compagnie van het veldbataljon
der Haagse Schutterij te Standaardbuiten bij Zevenbergen. Gevers
rapporteert: "De bewoner V. d. Berg en zijne vrouw schijnen
wel tevreden, zoo ook Tromp aan het Zeeduin en Jacobs aan de
Duinwoning, die thans een knecht heeft en een eigen ploeg en
ijverig werkt. Willems heeft zich aangeboden als blijvend opziener
maar naar het zeggen van den heer Kros zoude het in zijn belang
zijn en niet tot schade der onderneming dat Willems niet voor het
najaar in het duin kwam. Hij zou dan in de nieuw gebouwde woning
kunnen komen".
Op 3 maart 1832 is ereen beschrijving en schetsplan opgemaakt voor
de te bouwen boerenwoning. De schatting is dat deze in september
1832 door Willems kan worden betrokken, die op dat moment zelf
in Bakkum buiten het duingebied woont, terwijl zijn gezin nog in
Spaarndam verblijft. Er wordt gerekend op een stalcapaciteit van 16
koeien en 5 paarden.
Op 23 mei 1832 wordt de nieuwe woning voor de somma van 5000
gulden aanbesteed aan Klaas de Vries, timmerman en Fulps Ranke,
metselaar, beiden wonende in Castricum. In een brief van 31 juli
van Kros aan Gevers wordt gemeld: "De woning vordert tans zeer
goed. Er is hoop dat in deze week de balken gelegd zullen worden
en aan het kapwerk een begin zal komen".
In september bericht Kros dat Willems waarschijnlijk in november
zijn nieuwe woning kan betrekken en mogelijk, als hij zijn huis hier
spoediger kan verhuren, nog wel eerder. Ook is er een plan gemaakt
Plan voor de aanleg van erf en omliggende terrein rond de boerderij.
Ook de Johanna 's laan en Johanna 's bosch worden genoemd.
voor de aanleg van het erf van Johanna's Hof. De tekening geeft
de geplande inrichting van het erf met een tuin en een boomgaard
achter de boerderij. Daarbij wordt o.a. vermeld: "Voor het huis een
bloemrond en het overige bezood; om het huis zoude het om de
verstuiving niet kwaad zijn enige schulpen te doen brengen".
Kros rapporteert over dit plan aan Gevers: "Ik heb dit Willems
overgebragt. De woning hem aangenaam te maken om het er zijne
vrouw te doen behagen, zat niet meer noodig zijn. Maandagmorgen
heeft hij haar gezond verlaten, eenige zwakheid uitgezonderd, die
zij van eene koortsige gesteldheid had behouden. Nog zal hij niet te
Bakkum geweest zijn of zijne vrouw was aangetast van de cholera
die hier vrij sterk heerscht. Willems is dadelijk gehaald, heeft het
geluk gehad van haar nog levend te zien, maar niet om haar te
behouden, zijnde zij 's nachts ten ll'/z ure van denzelfden dag reeds
overleden. Daardoor zal hij eenige dagen tehuis moeten zijn en het
is hierom dat ik mij na Bakkum zal moeten begeven'.
Enkele weken later schrijft Kros over Willems dat het verlies van
zijn vrouw geen verandering heeft gebracht in het aanvaarden van
zijn post en dat hij vanaf 15 oktober op Johanna's Hof woont.
In hun rapportage aan koning Willem I over het jaar 1832 schrijven
de commissarissen: "Er is voor de daartoe geraamde som van
f 6000,- behoorlijk in het onderhoud der gebouwen voorzien en
eene nieuwe boerenwoning aan de Hoepbeeksclie vaart aangelegd,
Johanna 's Hof genaamd, liggende tusschen die landen welke het
eerste voor verhuring zullen vatbaar zijn. Dezelve is reeds door den