Na de bevrijding De patronaatsfanfare opzij van café Van Benthem in 1932. Staand v.l.nr.: Arie Hageman, Piet Dijkman. Cor de Graaf, Wub Baars. Piet Late, Dirk Stuifbergen, Piet Brakenhoff, Dirk Liefting, Jan van Bentliem, Piet Beentjes, Krun Schram en Willem Res; zittend: Piet Kuijs, Joop Hageman,Cor Nijman, Adriaan Dekker, Cees Mooij, Ber van Benthem en Gerrit Baars. Het was direct doodstil en de repetitie verliep vervolgens succesvol. Aan het verhaal zit echter nog een staartje. Piet Kuijs had namelijk zijn eigen zoon Niek te pakken genomen, die zich van geen schuld bewust was en na afloop ontdaan was thuisgekomen. Toen moeder Trijn aan vader Piet vroeg waarom hij dit had gedaan, antwoordde hij: "Wat moest ik anders, ik kon toch geen andere jongen een schop geven, geef Niek maar gauw een reep chocolade Het optreden van Piet Kuijs en zijn honderd jongens werd een grandioos succes. Het evenement vond plaats voor het gemeentehuis ten overstaan van de notabelen van het dorp. De patronaatsfanfare verleende, evenals D.I.U., ook muzikale medewerking aan de feestweek van 2 tot 10 augustus 1930 ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan van de V.V.V. 'Castricum Vooruit'. Toen het bericht kwam dat Nederland bevrijd was, werden er direct plannen gemaakt om deze feestelijke gebeurtenis muzikaal op te luisteren. Het gevolg was dat die leden van de fanfares van D.I.U. en Aloysius, die niet op bevel van de bezetter naar elders waren geëvacueerd, hun instrumenten te voorschijn haalden en gezamenlijk een feestelijke rondgang maakten door het dorp. Voor de villa op de hoek van de Van Oldenbarneveldweg en de Zeeweg, die later als kantoor van het PWN de naam 'Fochteloo' kreeg, werd toen apart gestopt, omdat de militairen van het Engelse corps van de Royal Artillery daar waren ondergebracht. Op zeer plechtige wijze speelden de fanfares vervolgens het Wilhelmus en God Save The Queen, waarbij staande in de houding de aubade werd afgenomen. In januari 1947 organiseerde Aloysius voor het eerst na de bevrijding een feestavond voor haar leden en donateurs in zaal Borst. Voorzitter Van der Zee memoreerde in zijn openingswoord de moeilijke jaren die de vereniging had doorgemaakt. Er werd die avond afscheid genomen van Piet Kuijs, die om gezondheidsredenen moest stoppen. Voor de laatste maal nam deze legendarische man de dirigeerstok ter hand en voor zijn vele bewezen diensten werd hem een schilderstuk overhandigd. Een overzicht in het Nieuwsblad voor Castricum van 22 januari 1947 laat zien dat er onder leiding van Piet Kuijs werd deelgenomen aan zestien concoursen, waarop negen eerste en zeven tweede prijzen werden behaald. In 1923 werd E.M.M. omgedoopt in het jongerenkorps 'St. Aloysius'. Naar voorbeeld van een jeugdkorps uit Alkmaar werden er witte petten aangeschaft, die men nog jaren bleef dragen. Daarnaast liet Aloysius zien dat het kwaliteiten bezat, die niet alleen in Castricum maar ook buiten de gemeente grenzen werden gewaardeerd. In Amsterdam werd in Artis een festival georganiseerd, waaraan ook door Aloysius werd deelgenomen. Een gedeelte van dit festival werd op de radio uitgezonden en uitgerekend Aloysius was zo gelukkig dat ze in de uitzending zaten. Men kan zich voorstellen hoe trots het korps was. Het concours in Obdam in 1941 zou het laatste zijn in verband met de oorlogsjaren. Na het concours moest men enige tijd wachten op het perron in Alkmaar om over te stappen op de trein naar Castricum. Omdat de stemming er goed in zat vanwege het behalen van een eerste prijs en de nawerking van een paar biertjes, klonk op een gegeven moment het Wilhelmus uit de kelen van de Aloysiusmuzikanten. Het publiek wist niet wat het hoorde, want op het perron wemelde het van de Duitse officieren. Gelukkig begrepen zij niet wat er precies aan de hand was en sprongen in de houding in plaats van in te grijpen. De dienstdoende stationschef wist niet hoe snel hij de zingende jongens na afloop in de gereedstaande trein moest krijgen. Later heeft hij zijn Castricumse collega verteld dat hij doodsangsten uitgestaan had en met een zucht van verlichting de vertrekkende trein nakeek. 36

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2004 | | pagina 36