Daan er met hun Harley's makkelijker overheen konden scheuren. Daan had op de bovenverdieping van het kasteel een kamer, waar hij verbleef als hij uit Den Haag kwam. Mijn moeder verzorgde dan de maaltijden 's middags en ik moest de jonker dan zoeken als het eten op zijn kamer klaar stond. Zijn broer Henri heb ik nooit gezien en freu le Corrie ook niet. De oude mevrouw Gevers kwam nog wel eens op Marquette en bracht dan voor ons een glazen stolp met snoepjes mee Frits woonde in het jachthuis bij Kijk Uit. Hij kwam vaak langs voor een kopje koffie of thee en ook ging hij naar de kamers die voor de Geversen gereserveerd waren. Af en toe had hij een kwaaie buidan smeet hij de deur van zijn cabriolet zo hard dicht dat de deur aan de andere kant zowat weer openvloog. Dan schopte hij tegen alles aan wat hem voor de voeten kwam. Blikken trapte hij door de hele ha! heen en vloekenvloeken Hij vloekte altijd wel maar dan he lemaal. Het is eens voorgekomen, ik heb het zelfgezien, dat hij aan kwam en z'n geweer pakte en pardoes 5 zwanen doodschoot. Onbegrijpelijk Mijn vader was er helemaal kapot van. Frits heeft een tijd een soort raceauto gehad die bulderend lawaai maakte. Hij nam mijn vader wel eens mee voor een ritje of een be zoek aan baron van Tuyll of andere kennissen in Haarlem en om streken. Mijn vader ging ook nog wel eens op zijn fiets naar het jacht huis als Frits advies nodig had over zijn bomen en dan mocht ik wel eens mee. Ik hoor hem nog op zijn speciale manier tegen mijn vader zeggen: "Godverdomme Kruyjf Familie Boreel Het contact van jonker Frits met de eigenaren van het Heemskerkse duingebied, de familie Boreel, kwam behalve door de gezamenlijke passie voor de jacht, ook voort uit een familieband. Een zuster van grootvader Jan Hugo Gevers trouwde met Jonkheer Gerard Salomon Boreel, burgemeester van Beverwijk en eigenaar van huize Westerhout. Na zijn overlijden gaat zijn zoon Hugo Boreel en zijn echtgenote Emilie Henriëtte Adèle barones van Tuyll van Serooskerken op Westerhout wonen. Hij heeft heel lang gewerkt als hoofdadmini strateur van de theeplantage Parakan Salak in de buurt van Batavia. Zij hebben drie zoons: Lucas, Jan en Geert, die in Indië zijn gebo ren. Na de oorlog komt jonkheer Frits de familie op zondag om de veertien dagen opzoeken. Jonkheer Lucas Boreel vertelt: "Oom Frits bezocht ons vaak op Westerhout. Hij was gek van mooie en dure auto 's, waar hij heel zuinig op was. Als het regende dan bleef de auto in de garage en kwam hij op de fiets of met de treinMijn va der en moeder, haar zuster en Frits hielden ontzettend van bridgen en speelden met z'n vierenMijn broer Geert deed ook wel eens mee Mijn moeder vroeg dan of hij bleef eten. Dan antwoordde hij ont wijkend: "ik dacht van niet" of het hangt van het weer af'Toch bleef hij elke keer. Ik denk dat hij nooit iemand bedankte of goeden dag zei; ineens was hij dan weer weg. Als er eens onverwacht bezoek kwam was hij zeker meteen verdwenen. Het was een aardige man, bijzonder onderhoudend en het was leuk als hij kwam. Maar de men sen moesten hem bekend zijn, anders moest hij niets van ze hebben. Hij had altijd prachtig gepoetste schoenen. Dat had hij van een knecht geleerd, aan wie hij wel had moeten beloven dat hij het geheim nooit aan iemand anders zou doorvertellen. We hebben het hem honderd keer gevraagd: Oom Frits hoe krijg je die schoenen zo mooi?" Nee, zei hij steeds, dat heb ik beloofd dat vertel ik niet.Hij heeft het geheim meegenomen in zijn graf. Frits was een aardige man maar hij vloekte wel veel. Dat mocht hij gewoon doen bij ons thuis en dat was voor mijn broers en voor mij onbegrijpelijk. Het hoorde bij die man. Als je bij hem aanklopte bij dan hoorde je hem schelden, gvd wie is daar nu weer en deed hij niet open. Dan riep ik: "Oom Frits, ik ben het Lucas." Gestommel en weer gevloek en dan kwam hij te voorschijn. Vroeger reed hij veel in een open auto. Er waren toen nog maar wei nig auto's op de weg. Dan reed hij wel eens vooruit van het kasteel naar het centrum van Heemskerk en daarna achteruit weer terug. Hij hield van hard rijden en niemand ging in zijn ogen vlug genoeg opzij. Hij had toen stenen op de stoel naast zich klaar liggen om naar de mensen te gooien. We weten wel dat hij dat nooit heeft gedaan, maar hij vertelde het wel. Hij had ook de nodige vriendinnen vroeger. Hij is dodelijk verliefd geweest op de vrouw die later mijn schoonmoeder zou worden.aant: jkvr. Margaretha Teixeira de Matthosj Zij woonde naast het huis Vogelenzang waar hij honderden keren heeft gejaagd. Ze is ook wel verliefd op hem geweest. Ze was beeldschoon. Het is nooit wat ge worden. Er is wel gezegd dat hij daarom ongetrouwd is gebleven." Theetijd in de tuin van Westerhout. V.l.n.r.: Frits Gevers, Jan Boreel, me vrouw Emilie Boreel-van Tuyll van Serooskerken, Lucas Boreel, Marietje (zuster van Hugo), Geert Boreel, Hugo Boreel, Pauline zuster van Hugo). 60

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2003 | | pagina 60