Voorwoord
Het jaar 2002 is voor de Stichting Werkgroep Oud-Castricum om
tweeërlei redenen een heel bijzonder jaar. Het belangrijkste is wel de
gerealiseerde uitbreiding van ons gebouw met het Historisch Informatie
Centrum, maar ook is de uitgifte van het 25e jaarboekje, dat nu voor
u ligt, een belangrijke mijlpaal.
De officiële opening van het Historisch Informatie Centrum vond
plaats op 28 februari 2002 door de wethouder en de oud-wethouder
van culturele zaken resp. de heren Peter Könst en Bert Meijer. Daarmee
kreeg Oud-Castricum een verdubbeling van de ruimte. De nieuwe
ruimte heeft computerfaciliteiten waarmee allerlei historische gege
vens en fotomateriaal door bezoekers kunnen worden geraadpleegd.
Verder wordt de geschiedenis van Castricum op een twaalftal pane
len en in een vitrine gepresenteerd. Inmiddels hebben we al vele en
thousiaste bezoekers in 'De Duynkant' mogen ontvangen. Ook heeft
Oud-Castricum nu een eigen website (www.oudcastricum.com) waar
op u naast veel informatie ook het laatste nieuws kunt aantreffen. Voor
de totstandkoming van de uitbreiding zijn we velen dank verschul
digd. Op de eerste plaats aan de gemeente Castricum die de kosten
van het gebouw voor haar rekening heeft genomen. Daarnaast is de
inrichting door de werkgroep bekostigd met de hulp van sponsoring
van vooral makelaardij Hopman, prins Bernhard fonds, bouwbedrijf
Biesterbos. notaris Kuiper, firma Kriek en de extra bijdragen van de
donateurs. Tenslotte danken wij voor hun medewerking aan de reali
satie van het gebouw architect Van Eyk, aannemer Twisk en de fir
ma's De Graaf (elektra), Kriek (sanitair) en Schram (schilderwerk).
De geschiedenis van Castricum kreeg dit jaar nog enkele keren aan
dacht in het landelijke nieuws. Dat was naar aanleiding van de op
gravingen in het duingebied, waarbij werd bevestigd dat een noor
delijke uitstroming van de Rijn, het Oer-IJ, bij Castricum in zee uit
mondde. Dat betrof ook de mededeling van Gedeputeerde Staten van
Noord-Holland over hun voornemen om de restanten van het voor
malige kasteel Kronenburg, bestaande uit 28 hectare weiland, ruïne-
resten, een deel van de kasteelgracht en de historische boerderij op
de provinciale monumentenlijst te plaatsen. De reden hiervan is dat
het gebied van grote archeologische en landschappelijke waarde is.
Mede door de niet aflatende ijver van Oud-Castricum, in de persoon
van Hans van Weenen, is dit bereikt. Daarmee wordt Kronenburg het
eerste provinciale archeologische monument van Nederland.
In verband met de samenvoeging van de voormalige gemeenten
Akersloot, Castricum en Limmen heeft Oud-Castricum het initiatief
genomen om een fietsroute 'De Schulpvaartroute' uit te zetten, die
leidt langs bijzondere historische elementen in de gefuseerde ge
meente. Ernst Mooij heeft als trekker hiervan ook de medewerking
gekregen van onze zusterverenigingen in Akersloot en Limmen. Het
boekje dat in juni in kleur is uitgegeven, kan door financiële steun
van het nieuwe gemeentebestuur voor een symbolisch bedrag wor
den aangeschaft.
Dit jaar al weer het 25e jaarboekje: een mijlpaal die wij als redactie
met enige vreugde bereiken. De redactie bestaat al vanaf het 'eerste
uur' uit Frans Baars, Niek Kaan en ondergetekende. Vanaf vorig jaar
werd de redactie uitgebreid met Hans Boot. Met heel veel plezier
heeft zij de afgelopen 25 jaar aan een resultaat gewerkt waarop wij
best wel een beetje trots zijn. Het heeft wel waanzinnig veel tijd ge
kost om alle informatie op te sporen en te verwerken tot artikelen in
het jaarboekje. Ook anderen binnen en buiten de werkgroep hebben
een grote bijdrage geleverd met het aanleveren van kopij en/of in
formatie. Voordat de tekst naar de drukker gaat, heeft Jan Buijsman
deze nu al meerdere jaren heel nauwgezet aan het juiste gebruik van
de Nederlandse taal getoetst en correcties aangegeven. Tenslotte heeft
uitgeverij Pirola uit Schoorl nu inmiddels al een groot aantal jaren
gezorgd voor een zeer mooi uitziend jaarboekje.
Deze 25 jaarboekjes vormen met in totaal meer dan 1400 pagina's
een gigantische bron aan informatie over de geschiedenis van onze
woonplaats. Naast de vaste rubrieken (voorwoord, Castricum hon
derd jaar geleden, jaarverslag en kroniek) zijn er 138 artikelen ver
schenen over allerlei onderwerpen. Hieronder zijn 21 artikelen die
vooral de archeologische vondsten betreffen, 10 over een straat of
buurt, 16 met een persoonsbeschrijving van een bekende plaatsge
noot en de stamboom met uitvoerige beschrijving van 19 verschil
lende Castricumse families. Speciaal voor dit jubileumnummer is de
omslag in kleur uitgevoerd.
Als hoofdthema voor dit jaarboekje is gekozen voor Bakkum, waar
van de geschiedenis vanuit verschillende invalshoeken wordt belicht.
Onder Bakkum wordt dat deel van de oude gemeente Castricum ver
staan dat ten noorden ligt van de Zeeweg en vóór de samenvoeging
met Castricum in 1811 een eigen gemeente vormde met een eigen
raadhuis en gemeentebestuur. Het oorspronkelijke Bakkum bestond
uit twee woonkernen: Zuid-Bakkum rond Achterlaan, Bleumerweg
en Heereweg met hier het raadhuis en de meeste huizen en dan Noord-
Bakkum in de omgeving van de Hoogeweg en de Limmerweg.
In chronologische volgorde worden de volgende onderwerpen be
handeld: een artikel van Rob van Eerden met onder andere archeo
logische vondsten in het duingebied van Bakkum en in de buurtschap
'Arem'.die vroeger in deze omgeving was gelegen. Rob van Eerden
is lid van Oud-Castricum en sinds kort aangesteld als provinciaal ar
cheoloog.
In het tweede artikel zijn de resultaten neergelegd van een studie van
emeritus hoogleraar Chris ten Raa (oud-Bakkummer) naar de ge
schiedenis van de in Bakkum op de hoek Heereweg/ Achterlaan ge
stichte Cunerakapel. Daarbij is onder andere komen vast te staan dat
de kapel omstreeks 1439 is gebouwd en niet zoals tot dan toe werd
aangenomen rond het jaar 1351.
Piet Blom en Tonny Sminia schetsen in het derde artikel op basis van
archiefonderzoek het dorp Bakkum in de achttiende eeuw: de leden
van het gemeentebestuur, de inkomsten en uitgaven, de plaatselijke
verordeningen en de armenzorg. Het volgende artikel geeft gede
tailleerde informatie over Bakkum omstreeks het jaar 1830 met de
toenmalige bewoners, grondeigenaren, de ligging van huizen en lan
derijen en een aantal toen in gebruik zijnde veldnamen.
In het artikel over kampeerterrein Bakkum schetst Hans Boot de ge
schiedenis van het kampeerterrein, dat is geopend in 1928 en als de
oudste camping van Nederland wordt beschouwd. Verder worden de
ontwikkelingen van het kamperen op het terrein en het kampleven
van de jaarlijks vele tienduizenden kampeerders toegelicht.
In de vaste rubriek rond een straat of buurt deze keer uiteraard de be-
woningsgeschiedenis van Bakkum: huizen en bewoners van Zuid
en Noord-Bakkum uit de periode kort voor de Tweede Wereldoorlog
van de hand van Loek Zonneveld en ondergetekende.
2