te in dezelfde categorie als Starrenburg en had volgens de be schrijving bij de verkoop in 1843 een stalling voor 16 koeien en 4 paarden. De bezittingen waren in het bezit van Neeltje Keele gekomen als erfgename van haar eerste echtgenoot Pieter Gerritsz Kuijs die in 1816 was overleden. Na het overlijden van Neeltje Keele in 1843 zijn naast haar tweede echtgenoot Cornelis Molenaar ook haar kinderen Maartje, Jannetje, Gerrit, Aagje, Neeltje, Grietje en Petronella Kuijs uit haar eerste huwelijk mede erfgenaam. Koper van de bezittingen is dominee Coert Daniël Canne die predikant is bij de Nederlands Hervormde Gemeente van Castricum. 10. Als tiende in de rij met het meeste grondbezit in Bakkum komt Jacob Stuifbergen met bijna 12 hectare. Jacob woont aan de noordzijde van de Bleumerweg nabij de hoek met het Jan Miessenlaantje (nu boerderij van P. Borst). In 1832 valt deze boerderij in een iets kleinere categorie dan Starrenburg. Jacob was eerst gehuwd met Aagje Limmen, weduwe van Pieter Maijnsz Bakkum, eerder eigenaar van bovengenoemd grond bezit. Na het overlijden van Aagje hertrouwde Jacob Stuifbergen in 1797 met Dieuwertje Mente. Na haar overlijden in 1835 wor den de bezittingen verdeeld. In de boedelscheidingsakte wor den als namen voor de percelen weiland genoemd: de Oversloot. de Akkers, de Kiefteweid, de Noorderweid, de Noordwerven en de Maat. De percelen worden verdeeld over de vijf kinderen: Ariaantje, Marijtje, Klaasje, Klaas en Willemijntje Stuifbergen. Zoon Klaas krijgt de boerderij aan de Bleumerweg. De waarde van het grondbezit De totale oppervlakte van het grondbezit is niet alleen een maatstaf voor de economische waarde van dit bezit. Met de invoering van het kadaster werd vooral beoogd te komen tot een rechtvaardige heffing van de grondbelasting. Om in deze heffing de waarde van het bezit tot uitdrukking te laten komen, werd een uitgebreid stelsel van ta rieven ingesteld, waarbij onder andere de vruchtbaarheid van de grond is verdisconteerd. Zo wordt weiland ondergebracht in vijf belastingtarieven variërend van 44 gulden per hectare in klasse 1 tot 8 gulden per hectare in klas se 5; zo zijn er vier belastingklassen voor bouwland van 32 tot 6 gul den per hectare en vier klassen voor bos van 34 tot 7 gulden per hec tare. Verder worden schapenweide met 3 gulden en duin met slechts 25 cent per hectare belast. De publieke wegen en de openbare ge bouwen zijn onbelast; in Bakkum betreft dit slechts het schuthok en de ongenummerde wegen. Dit waren alleen de openbare wegen, ter wijl de secundaire wegen (Haagse weg, Made weg en Zanddijk) als weiland stonden geregistreerd, als zodanig werden belast en door de gemeente werden verhuurd. Voor percelen in de categorie 'huis en erf" wordt er onderscheid ge maakt in het bebouwde (huis) en het onbebouwde gedeelte (erf). Voor het erf geldt een belastingtarief van 32 gulden per hectare. De hui zen zijn ingedeeld in 10 belastingklassen. De hoogste klasse (1) be taalt 198 gulden, de laagste klasse (10) betaalt 9 gulden per jaar. In deze klasse huizen wonen mensen die veelal van de armenzorg af hankelijk waren. Gegeven de woonomstandigheden uit die tijd moe ten we deze huizen voorstellen als zeer kleine houten bouwsels. In Bakkum valt de boerderij 'Noord-Bakkum' aan de Hoogeweg on der klasse 5 en is daarmee de hoogste klasse in Bakkum. Onder klas se 7 valt de boerderij aan de overkant van voornoemde boerderij, ver der Starrenburg, de Blauwhoef, de boerderij van Cornelis Molenaar aan de oostzijde van de Heereweg. boerderij (herberg) 'De Roskam' aan de westzijde van de Heereweg en de boerderij van Nicolaas Wagemeester eveneens aan de westzijde van de Heereweg. Onder klasse 8 vallen de boerderij het Pannenhuis op Noord-Bakkum. de boerderijen van Jacob Stuifbergen en Floris Twisk respectieve lijk aan de noord- en aan de zuidzijde van de Bleumerweg, het huis van Gerrit Koeleveld op de Bleumerweg, boerderij het Zeeveld en die van Engel Visbeen op de hoek van de Haagse weg. De overige panden, vooral woonhuizen, vallen in klasse 9, met uitzondering van het huisje van Jan Tromp dat in klasse 10 valt. De waarde van het grond- en huizenbezit is te relateren aan de be lastingaanslag. Voor elk perceel is hiervoor de belastingaanslag be paald uit de basisgegevens: de aard en grootte van het perceel, de be lastingklasse en het geldende tarief. Door per eigenaar de belasting aanslag van zijn percelen te sommeren, kan een beeld worden ver kregen van de bezittingen van elke eigenaar. In de eerder geplaatste tabel is voor de tien eigenaren met het meeste grondoppervlak de to tale belastingaanslag voor hun bezit in Bakkum vermeld. Hieruit blijkt dat C. Sandenberg Mathiesen, de wed. Cornelis Christoffel van Akerlaken en jonkheer Dirk van Hogendorp in Bakkum veruit het meeste bezit hebben. I)e bewoners van Bakkum Bakkum telt in 1809, kort voor de samenvoeging met Castricum, 110 inwoners. Hiervan zijn er 103 rooms-katholiek en slechts 7 zijn er van de gereformeerde godsdienst (heet nu hervormd). De eerste algemene volkstelling in Nederland werd in 1830 gehou den. De gegevens die we hieraan over Bakkum kunnen ontlenen, ge ven een vrij goed beeld van de bevolking, toen 115 inwoners (waar van 113 rooms-katholiek) en woonachtig in 18 huizen. Uit de schaar se gegevens van eerdere tellingen blijkt dat het aantal inwoners na de middeleeuwen op een nagenoeg constant niveau blijft. Een re constructie van de bewoning in 1830 kan ons dus een beeld ver schaffen van de Bakkumse bevolking zoals die er eeuwenlang moet hebben uitgezien. Bakkum heeft 18 huizen of boerderijen: hiervan staan er 14 in het toen zo genoemde Zuid-Bakkum in de omgeving van de Achterlaan, Heereweg en Bleumerweg. Drie boerderijen staan te Noord-Bakkum, waarvan twee aan de Hoogeweg en één aan de Limmerweg. Halverwege Noord- en Zuid-Bakkum kunnen we in het duingebied boerderij Zeeveld vinden. Door de gegevens van deze volkstelling te koppelen aan de kada strale gegevens van 1832, zoals hiervoor reeds voor een deel is uit gewerkt, kunnen we de bewoners en het bijbehorende huis lokalise ren. In de huizen in Bakkum woonden: nr 1 Pieter Breedveld, 34 j., boer, zijn vrouw Maartje Brakenhoff, hun 3 kinderen, een boerenknecht Pieter Veld en de 72-jari- ge schelpenvisser Barend Kramer met zijn zoon Maarten, nr 2 Jan Tromp, 72 j., arbeider, weduwnaar van Trijnje Mente, met zijn ongehuwde dochter Willemijntje. nr 3 Klaas Wagemeester, 74 j„ geboren in Uitgeest, boer. woonde hier met zijn vrouw Antje Nijman en hun zoon Jan Wagemeester, 33 j., schelpenvisser, met diens vrouw Elisabeth Wiebes en hun dochter Antje. Verder woonden hier Arie en Pieternel Kramer, respectievelijk schulpersknecht en werkmei nr4 Engel Visbeen, geboren in Egmond aan Zee, 44 j., schel penvisser, met zijn vrouw Marijtje Knaap, hun zes kinderen en Neeltje Nijman, 70 jweduwe van Joris Hageman, met haar ongehuwd zoon Willem Hageman. nr 5 Pieter Hogeduijn, 74 j„ bewoonde herberg 'De Roskam'. Hij was tapper en boer. weduwnaar van Ariaantje Limmen en woonde hier met zijn dochter Cornelia Hogeduijn. haar man Lammert Hageman, 40 j., schelpen visser, hun vier kinderen en de boerenknecht Jan Pietersz Kuijs. nr 6 Lourens Zonneveld, 60 j, huurde van de gemeente het oude raadhuis annex school van Bakkum (eerder Cunera kapel). Lourens was schelpenvaarder en woonde hier met zijn vrouw Antje Sluijs en de kinderen Lourens en Maartje Zonneveld.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 2002 | | pagina 23