miliebedrijf (de hiervoor besproken nrs 7 en 9) kwam te wonen. Sijf
Portegies en zijn vrouw Cornelia Rustman begonnen, na een ver
bouwing. in een gedeelte van het woonhuis een 'Handel in klompen,
porselein, glas en aardewerk', zoals op de winkelpui was vermeld.
De winkel heeft echter zijn grootste bekendheid te danken aan de al
tijd opgewekte Piet Vader, die het pand in 1923 van de naar de
Dorpsstraat vertrokken Sijf Portegies kocht en er de kruideniers- en
tabakszaak 'De Concurrent' begon. Riet Vader, dochter van Piet
Vader, merkt hierover op: "Ik denk nog vaak aan de Burgemeester
Mooijstraat zoals die vroeger was, heel dorps en vol grote bomen.
Mijn vader kwam met zijn ouders naar Castricum en woonde eerst
aan de overkant van de straat, waar later, na afbraak van het ou
derlijk huis, zijn zus Neeltje een lingeriewinkel begon. Toen mijn va
der trouwde met Johanna Out, begonnen ze aan de andere kant van
de straat een winkel in kruidenierswaren en tabaksartikelen"
Piet Vader was in zijn tijd een populaire Castricummer. Hij was er
altijd voor in om iets in de straat te ondernemen. In de Sinterklaastijd
was hij de man die de optocht van de Sint organiseerde en tot slot in
stalleerde hij dan in zijn achterkamer Sinterklaas met een grabbelton
van 5 cent. Dat trok enorm veel moeders met kinderen. In 1936 over
leed hij en bleef zijn vrouw met de kinderen in het winkelpand ach
ter. In 1943 werd de familie, zoals iedereen uit de straat, geëvacueerd,
maar na de oorlog keerden ze terug om in juni 1945 de vernieuwde
zaak te heropenen. Maar nu doemden er andere moeilijkheden op:
de Henri Schuijtstraat werd doorgetrokken naar de Burgemeester
Mooijstraat en het pand van Vader stond daarbij in de weg. Volgens
Riet Vader was dat geen prettige periode; er was van de kant van de
gemeente weinig begrip en medewerking. Uiteraard wilde de fami
lie Vader niet zonder slag of stoot weg en de onteigening had dus nog
heel wat voeten in de aarde, met name het vinden van een geschikte
plaats om de broodwinning voort te zetten. Uiteindelijk werd dat de
Torenstraat. De sloop van het pand in de Burgemeester Mooijstraat
vond in 1952 plaats.
Van boeken tot lingerie (nr 15)
Naast het pand van Vader stond een klein winkelpand, dat was ge
bouwd in 1923. In dat jaar kwam Nicolaas de longe op 30-jarige leef
tijd met zijn vrouw Maartje Schilp uit Haarlem om er een boek- en
kunsthandel te beginnen. Na een onderbreking in de oorlog keerde
De Jonge in 1945 weer terug. Hij verkocht de winkel in 1958 aan
Dirkje Smit. die de boekhandel voortzette. Veel Castricummers zul
De Markthal, dit pand is in 1997 gesloopt (nr 15).
len zich haar nog herinneren, met de hond Beer en een grote kat in
de winkel. Ze had ook een uitleenbibliotheek die in een behoefte
voorzag, want er was toen nog geen openbare bibliotheek in Castricum.
Wegens gezondheidsredenen trok mej. Smit zich in 1976 uit de boek
handel terug, waarvan de voorraad, met uitzondering van de uit-
leenboeken. werd overgenomen door Siebrand Laan. die zich aan de
overkant van de straat met een boekhandel gevestigd had.
Voordat het pand in 1997 werd gesloopt, zijn er nog diverse zaken
in gevestigd geweest, met als meest bekende waarschijnlijk de
Markthal. Nu staat er op deze plaats een recent nieuw gebouwd win
kelpand, waarin linChérie gevestigd is.
Een lange geschiedenis van bedrijvigheid (nr 17)
De geschiedenis van winkeliersactiviteiten op de plek waar nu kap
salon Quax. juwelier Dikhoff en lunchroom De Roset gevestigd zijn.
gaat terug tot ca. 1850. toen de kiem werd gelegd voor wat waar
schijnlijk de eerste winkel aan de Kramersweg was. In 1848 werd de
hier gesitueerde tuinderij, uit de nalatenschap van de Castricumse
bakker Pieter Schavemaker. verkocht aan Evert Winkelman, die zich
in 1840 op 26-jarige leeftijd vanuit Scherpenzeel als dagloner in
Castricum had gevestigd. Evert liet er in 1850 een huis bouwen, waar
in hij in 1853 een kruidenierswinkel begon. Hij bleef zich vooral met
de tuinderij bezig houden, terwijl zijn vrouw. Elisabeth Scholder. de
winkel beheerde. Evert geraakte in de schulden, want bij zijn over
lijden in 1878 leverde een boedel verkoop slechts een positief saldo
op van 25 gulden. Het pand kwam toen in handen van de in 1849 in
Castricum geboren Piet Lute. oorspronkelijk landarbeider, die er een
café begon. Dat het houden van een café aan de Kramersweg in die
tijd lucratief was, wordt wel in verband gebracht met het afgraven
van de duinen, die nog aan de Mient grensden, voor de aanleg van
de spoorweg. De arbeiders die daarbij waren betrokken zochten ver
tier en vonden dat in de nabijgelegen cafés. Het verhaal gaat, dat Lute
de aantrekkingskracht van zijn café nog vergrootte met het optreden
van muzikanten. Het gezin van Piet Lute. die gehuwd was met Maria
Kaas. telde 10 kinderen, dus dat zal in het cafébedrijf wel eens wat
leven hebben gegeven.
Het café werd in 1908 overgenomen door de in 1873 geboren Thijs
Olgers, wiens beroep in de archieven als koffiehuishouder wordt om-