Ze hadden niet gedacht dat er aan die rubber kano zoveel chicanes
zouden zitten. Het muisje had een staartje van een week. Thijs belt
nooit zo snel naar de burgemeester. Die gaat er van uit, dat hij het
wel te horen krijgt als Thijs tegen problemen oploopt.
Maar Thijs belde de kustwacht wel even. Die werken echt heel goed,
zitten zo bij de Engelsen en Duitsers en het gaat allemaal heel snel.
Ze maken er serieus werk van.
Na een paar dagen werden ze opgebeld door de politie van Mid
delburg. Of ze er foto's van hadden; niet dus. Zij hadden een soort
gelijke kano en er was een legertent op het strand gevonden. Daar
zaten alle persoonlijke gegevens van een man in, die zou oversteken
naar Engeland in die kano.
Er stond een zuiderstorm, welke idioot doet dat nou? Na een paar da
gen ontvingen ze de foto's. Hetzelfde zeiltje, maar een heel andere
kano. En in de tussentijd werden ze ook uit Duitsland gebeld, uit de
legerbasis Krefeld. Daar kwam die militair vandaan.
Die was daar vandaan gegaan met een bestelbusje naar Zeeland met
dat plan in z'n hoofd, op 23 dec. met de boodschap dat als hij de 24e
niet zou bellen, hij er niet meer zou zijn.
Je vraagt je af hoe ze zo'n iemand kunnen laten gaan.
Een mevrouw belde hen, maar vertelde niet wat er allemaal aan de
hand was. Ze dachten al dat het over iemand ging die gedeserteerd
was. Na een tijdje werden ze weer gebeld; of ze mochten komen kij
ken naar die kano. Alie legde de weg uit en sprak af hoe laat ze zou
den komen. Die mensen raakten de weg nog kwijt, dus het werd uit
eindelijk veel later. Alie kent maar een mondvol Engels, maar ze be
greep wel wat ze wilden. Ze wilden de kano even zien. Die lag inmid
dels bij de gemeente. Ze maakten er foto's van en stonden er een beet
je bij te piekeren. Er was ook een MP bij. Die vroeg of hij de kano
mee mocht nemen. Dat mocht wel van Thijs, dan waren zij er ten
minste vanaf. Maar ze kwamen bedrogen uit.
Een paar dagen later belden ze weer op omdat er een officieel rap
port opgemaakt moest worden. Het ging om een vermist persoon.
Thijs had de vondst wel opgegeven, maar het was hun zoon die de
vondst had gedaan. Dus die moest er ook bij. Hij kwam van zijn werk
af. Gelukkig spreekt hij goed Engels, dus die redde zich wel.
Ze wilden het punt bekijken waar de kano was aangespoeld; alsof je
daaraan iets zou kunnen zien.
Toen zijn ze naar het politiebureau gegaan om de man als vermist op
te geven. Het rare van het geval was. datje natuurlijk nooit mag zeg
gen dat de man gedeserteerd was, maar de vrouw in Krefeld vertel
de dat hij alcoholist was. Hij had een bandrecorder meegenomen en
daarop had hij nog ingesproken dat hij de weersverwachtingen van
Nederland en België had gehoord. Die waren niet zo best. Verder
was er een lijstje van wat er aan de kano mankeerde, en daarop stond
alcoholica. Maar hij was voorlopig foetsie.
Half februari spoelde de verdronken man aan bij Zandvoort.
Een nawoord
Thijs heeft een grote wens. Hij zou graag zien, dat al zijn vondsten
en belevenissen niet verloren gaan. Dit artikel draagt daaraan moge
lijk bij. Maar hij zou ook graag de spullen zelf een toekomst willen
geven; alle dingen die hij in de ioop der tijd op het strand aangetrof
fen heeft en waarvan rond elk weer een verhaal hangt. Hij heeft die
spullen altijd maar in zijn eigen schuurtje gehouden of in de ge
meentelijke opslag.
Maar dat is geen plek waar mensen er kennis van kunnen nemen. Met
jaloerse ogen heeft hij moeten toezien, hoe diverse clubs materiaal,
een onderkomen en subsidie kregen. Het is op zich goed te begrij
pen, van sport en recreatie ziet iedereen het nut in. En de meeste ver
enigingen zijn groot in ledental. Zoals Thijs eens tegen een burge
meester zei: De strandvonderij is een club van één lid, ikzelf, en de
voorzitter bent u. We hebben dan wel een secretaresse, maar dat is
mijn vrouw."
Zijn hoop is nu dat er vanuit de gemeente ruimte beschikbaar wordt
gesteld om een mooi museumpje in te richten. Voor het moment richt
zijn hoopvolle blik zich op de vrijkomende gebouwen van Duin en
Bosch.
Kees Droog
Thijs met een deel van
zijn verzameling in de
schuur achter zijn huis, in
afwachting van een beter
onderkomen
44