Het Castricumse strandleven
1. INLEIDING
2. STRANDEXPLOITATIE EN STRAND VERTIER
Het gemeentebestuur schrijft op 29 januari 1927 aan de
Kamer van Koophandel dat Castrieum voor elk wat wils
biedt: strand, zee en duinen. Daaraan voegt het toe dat de
40 badtentjes het afgelopen jaar veel aftrek vonden en er
in de fietsenstalling zondags meer dan 1.500 rijwielen wer
den geborgen. Ook wordt in deze brief het besluit van de
Staten van Noord-Holland van eind 1926 aangehaald, op
basis waarvan de bouw van een hotel en enkele villa's aan
zee mogelijk is.
In 1928 betaalden de exploitanten van de kleinere con
sumptietenten voor het huren van een stuk strand/10,- per
jaar. Bakker betaalde toen 77.50 en aan Koelewijn. Borst
"Nu de verbinding met de zee is tot stand gekomen door geheele be
strating van den Zeeweg op Bakkum, vereenigt Castrieum in zich alle
qualiteiten voor een mooie, rustige badplaats"zo schrijft het be
stuur van 'Castrieum Vooruit' in haar VVV-gids van april 1925.
Hieruit blijkt dat de bestrating van de Zeeweg in feite de start is ge
weest van de opkomst van ons dorp als badplaats en recreatie-oord.
Deze ontwikkeling werd nog bevorderd door de toename van het
wegverkeer in die jaren, zodat Castrieum aan Zee voor steeds meer
mensen goed bereikbaar werd.
Achtereenvolgens worden in dit artikel de met elkaar verband hou
dende onderwerpen 'strandexploitatie en strandvertier', 'strandpla-
teau' en 'strandvervoer' belicht.
'Armeria' op het duin
Waar 't volk is, is de nering'
Voor Castrieum was de vestiging van paviljoen 'Armeria' in 1925
op de laatste duinenrij heel bijzonder. Dit paviljoen werd bekend in
de wijde omgeving, vooral vanwege de dansavonden aldaar met le
vende muziek in de open lucht. De reden waarom gekozen is voor
de naam 'Armeria' is niet bekend, maar de echtgenote van onze hui
dige strandvonder Thijs Bakker kwam er achter dat 'Armeria' de
Latijnse naam is voor Engels gras. Het paviljoen was eigendom van
J.W. Kockx uit Egmond aan Zee en de eerste pachter was Thijs Olgers.
die later ook als eerste een regelmatige busdienst van het station naar
het strand op poten zette. In 1930 werd op de plek van dit paviljoen
een prachtig en groot hotel gebouwd, dat eveneens de naam
'Armeria' kreeg. Dit badhotel was voorzien van de nodi
ge luxe. zoals centrale verwarming, en was daarom ook 's
winters in trek. Helaas werd het hotel tijdens de tweede
wereldoorlog op last van de Duitsers gesloopt. Het ge
meentebestuur heeft vanaf 1950 in diverse brieven aan
Kockx erop aangedrongen het hotel te herbouwen, maar
na 1954 zijn deze pogingen gestaakt.
Oude ansichten uit 1925 en 1926 laten zien dat er zomers
op het strand consumptietenten werden geplaatst, waarvan
door velen gebruik werd gemaakt. Bekende eigenaren wa
ren Bakker. Koelewijn. Borst en Schotvanger. In de VVV-
gids van 1925 staat: "Waar 't volk is, is de nering". En:
"Tal van tenten bieden te kust en te keur. wat noodig is, om
hongerigen te spijzigen en dorstigen te laven De gids
vermeldt dat ook voor diegenen die niet tevreden zijn met
'pootje baden' is gezorgd, want een rij aardige kleedtent
jes langs de waterkant verlokt de bezoeker de gewone kle
ding te verwisselen voor het badkostuum om zich in het
zilte nat te verfrissen en te versterken. Naast zwempakken
werden er ook reeds strandstoelen verhuurd, waarvoor on
der andere reclame werd gemaakt op een wandelkaart van
het Geversduin uit 1924.
Uit de beginjaren van het strandvertier is er een aardige
foto afgedrukt van de eerste strandtent van Dirk Bakker en
een kiosk van Piet Vader, waar men ijs, kogelflesjes en
fruit kon kopen. Ook onder andere Gerrit van Velzen. be
kend van de vishandel, had een kiosk.
Dansen met levende muziek in de open lucht.
'Strandleven' uit eind jaren veertig.
18