De herkomst van de naam Castricum
In het kader van het thema 'millennium' past het ook om in dit
jaarboekje enige aandacht te schenken aan de naam van ons dorp,
omdat ongeveer duizend jaar geleden, en wel omstreeks het jaar
990, de naam Castricum voor het eerst in de geschreven bronnen
voorkomt. In de boeken van de Abdij van Egmond wordt rond
genoemd jaar melding gemaakt van een schenking van de zoon
van Dirk II, graaf Arnulf, aan de abdij van één en driekwart hoeve
gelegen in 'Castrichem' "in Castrichem duas mansas excepta
quarta parte unius manse."
Naamvarianten in de middeleeuwen naast Castrichem waren ook
Casterkem, Castringhem, Kasterchem en Kasterkem. In de afgelo
pen eeuwen is het bijna uitsluitend Castricum geweest, hoewel
Kasterkum en Castercom ook nog zijn voorgekomen.
Naamverklaringen
Over de herkomst van de naam bestaan verschillende theorieën. Hierna
volgen de in de loop der jaren zoal opgedoken naamverklaringen.
Zo zou de naam Castricum zijn afgeleid van het Latijnse woord
'Castra' dat legerplaats betekent. Met de uitgang 'icum' weet men
vervolgens niet goed raad. omdat hieraan geen Latijnse betekenis kan
worden toegekend en niet past bij Castra.
Van Ollefen en Bakker schrijven in de Stads- en Dorpsbeschrijver in
1796 dat de naam afkomstig zou zijn van de Griekse mansnaam
Castor. De oorspronkelijke vorm van Castricum zou dan 'Castors-
hum' zijn, wat betekent 'huis van Castor'. Met de komst van de
Romeinen in Noord-Holland zouden met hen ook de namen van de
machtige goden van de Romeinen en Grieken in onze contreien be
kend zijn geworden. Door de inheemse bevolking, die nog zeer bij
gelovig was en allerlei afgoden vereerde, zou besloten zijn om ook
hier deze machtige goden te gaan vereren. Zo zouden dan hier de
naam 'Castor', zoon van de Griekse God Zeus en ook de naam
'Bacchus', de Romeinse God van de drank, bekend zijn geworden
en hebben geleid tot de namen voor Castricum en Bakkum.
Vanuit dezelfde redenering kwam men ook op de mogelijke afkomst
van 'Castor-home' met als letterlijke betekenis 'Bever-woning'. De
naamoorsprong zou dan dezelfde zijn als van Beverwijk. Gezien de
bodemgesteldheid van meer dan duizend jaar geleden zouden bevers
in dit gebied veelvuldig kunnen voorkomen.
Kramer schrijft dat de naam Castricum door vele historici als een
verbastering wordt gezien van Castra in Kinheim met de betekenis
van 'Kasteel in Kennemerland' en daarmee ook de onderbouwing
vormt van zijn vermoeden dat er in Castricum een Romeins kasteel
heeft gestaan. Tot op heden zijn hiervoor echter geen bewijzen ge
vonden.
Wil Steeman - secretaris van de Werkgroep Oud-Castricum - heeft
eens geopperd dat de naam Castricum afgeleid zou kunnen zijn van
het woord Gaast-rie-heem: de woonplaats die rijk (ric) is aan geest
gronden (gaasten). Een gaast (of geest: denk aan Uitgeest) was een
hoger gelegen stuk grond, dat geschikt was voor landbouw en be
woning. Naar de mening van het Meertens Instituut is het niet zo
waarschijnlijk dat de naam 'gaast' ooit is veranderd in 'cast'. Het
Meertens Instituut houdt zich onder andere bezig met de naamkun-
De eerste vermelding van de naam Castricum.
de en dan vooral toegespitst op de studie van persoonsnamen en plaats
namen.
Volgens het Meertens Instituut zijn in de periode tussen ruwweg 500
en 900 van onze jaartelling de heemnamen in gebruik gekomen. Het
woord 'heem' betekent 'nederzetting' en kennen we (veelal verbas
terd tot 'um' of 'em') in zeer veel plaatsnamen: Bakkum. Rinnegom,
(onder Egmond). Hallum (de voorloper van Egmond). Adrichem (de
voorloper van Beverwijk) en Arem (nu onder zand bedolven bij
Noord-Bakkum), maar ook van bijvoorbeeld Haarlem en Hilversum.
Huidige wetenschappers neigen nog het meest naar een oorsprong
van Castrik-heemIemand met de naam Kastrik of Castrik zou zich
hier gevestigd hebben. Naamdeskundigen zeggen dat het een
Frankische, in elk geval niet een typisch Friese naam is.
Misschien was de man 'Castrik' hier belangrijk en/of zijn naam op
vallend voor de lokale bevolking, want zijn woonplek, 'Castrik-heem'.
werd de naam van het dorp. dat ontstond toen zich uiteindelijk een
dorp vormde rond de kerk, in het huidige centrum van Castricum.
Castricum werd de verzamelnaam van vijf buurtschappen: de
Kerkbuurt, de Oosterbuurt, Heemstede (richting Heemskerk), het
Noordeinde en Kleibroek.
Simon Zuurbier
Bronnen
Deelen. D. van. Historie van Castricum en Bakkum. Schoorl 1973.
Hof, J.. De abdij van Egmond van de aanvang tot 1573, Hollandse
Studiën 5, 's-Gravenhage-Haarlem 1973.
Koning. Jan de, De naam Castricum en zijn vroegste geschiedenis,
werkstuk studie Middeleeuwse archeologie, 1988.
Kramer. M.. Heeft te Castricum een Romeinsch Kasteel gestaan?,
Noord-Hollandsch Dagblad. 10 juni 1926.
Lexicon van Nederlandse toponiemen tot 1200, Amsterdam 1988.
Ollefen, L. van. De Nederlandsche stad- en dorpsbeschrijver, dl
IV. Kennemerland. Amsterdam 1796.
Steeman. W.. Oorsprong van gemeentenaam Castricum nooit ach
terhaald, Dagblad Kennemerland, dec. 1988.
Kêtmlfj Cnmné «9 <tt-
(FflotïCfit'S' nuh4 tntPfUuxS <u«w
JUrmSt sirfp fétfa
w. Iwm mm
x>tkf
trti trtSfói 7f f
- -1
tvy&hx %»Mt4>ej/fbRue tve« ■nütfAi
W ÏSF Jn
•vW,
ft*
VfaCwr Ihrv wSfê'f óTSn*
ifp 'óf xKWfct.f&w niüfS'MniS at- fóotSa** w»
ft* fmgfc eïifóbrut ftiüoê i
XKXWté»
i> maitté
15