De bezetting van Den Helder, zonder daarvoor een schot te hoeven
lossen, was voor Abercromby een geweldige meevaller, zeker om
dat hij veronderstelde dat dit een moeilijke klus zou worden. Reeds
in de avond van 28 augustus had hij zijn gehele aanvalsmacht 30.000
man aan land. Zonder slag of stoot had hij de gehele Noordkop kun
nen bezetten. Abercromby, een voorzichtig man, ging niet verder dan
de bezetting van De Zijpe, met in het oosten een linie vanaf Oudesluis
langs de Westfriese Dijk tot Zijpersluis, daarna afbuigend naar het
westen via de Slaperdijk naar Petten. Deze misschien strategische
blunder kan verklaard worden uit het feit dat de opdracht van
Abercromby was een bruggenhoofd te vormen en te wachten op ver
sterkingen vanuit Rusland en Engeland. Bovendien bezat hij nog
geen cavalerie voor de noodzakelijke verkenningen en geen artille
rie voor offensieve acties.
Zijn voorzichtigheid zou tijdens de campagne veel bloed gaan kos
ten en misschien een der oorzaken zijn van het mislukken van de ex
peditie.
Van Callantsoog naar Castricum
Die natte septembermaand van 1799 stond Noord-Holland in vuur
en vlam en was het toneel van vier bloedige veldslagen tussen twee
legers van 40.000 man die elkaar bestreden in de duinen, polders
en moerassen van het vlakke land, dat jaar gegeseld door de regens
en stormen van een vroeg ingevallen herfst. De gebeurtenissen volg
den elkaar snel op:
30 augustusop de Bataafse vloot breekt muiterij uit. Kapiteins en
schepelingen weigeren om op bevel van Storey het Engels eskader
op het Marsdiep aan te vallen en smijten kanonnen en munitie over
boord. Storey wordt gedwongen zich over te geven, zijn bemannin
gen worden geïnterneerd op Texel en later afgevoerd naar Engeland.
Een lid van het Bataafse Regiment huzaren: "De huzaar van
Castricum neemt afscheid van zijn geliefde.
8 septemberde slag om de Zijperstelling. De op 2 september in
Noord-Holland gearriveerde Brune laat onmiddellijk de tweede
Bataafse divisie onder Dumonceau uit het noordoosten en de twee
Franse divisies uit het deltagebied naar het front verplaatsen. Ook de
strategische reserve onder Gouvion komt naar het strijdtoneel. Op 8
september voelen de Gallo-Bataven zich sterk genoeg om te probe
ren de Engelsen uit hun Zijperstelling te verdrijven, waarschijnlijk
met de gedachte dat de geallieerden nog niet op volle sterkte waren
en dat er nog meer Russen en Engelsen op komst waren. De Engelsen
verdedigen zich bekwaam langs de Westfriese Zeedijk in het gebied
tussen Krabbendam en Sint Maarten. De aanval wordt afgeslagen.
De veronderstelling van Grenville dat de Fransen de Republiek niet
zouden willen verdedigen blijkt volkomen misplaatst.
10 septemberde eerste Russen debarkeren in Den Helder.
15 september: de expeditiemacht is aangegroeid tot ongeveer 40.000
man. Opperbevelhebber is geworden de Hertog van York, de zoon
van de Engelse koning George III. Ook tijdens de campagne van
'94/'95 was hij de aanvoerder van de Engelse troepen in de Eerste
Coalitie.
19 septemberde eerste slag rond Bergen. Van de verwachte
Orangistische revolte blijkt niets. De geallieerden zuilen gedwongen
gaan worden een strijd te voeren die zeer moeilijk zal zijn voor de
aanvaller. Met grote legers was het immers alleen mogelijk te ope
reren langs dijken en wegen en niet in het daartussen gelegen dras
sige polderland, doorsneden door ontelbare sloten en vaarten. Een
terrein perfect voor een verdediging in de diepte tegen een aanvaller
die gedwongen is zijn troepen te concentreren in colonnes. York gaat
in het offensief teneinde uit het bruggenhoofd te breken en zich een
toegang te verschaffen tot 'Holland op zijn Smalst', de smalle land
engte tussen Noordzee en het IJ bij Beverwijk, de enige verbinding
tussen de Kop van Noord-Holland en het centrum van de Republiek.
Zijn plan is een gecombineerde aanval. Op rechts frontaal met drie
colonnes en op links een strategische omsingeling. De hoofdaanval
op rechts moet worden uitgevoerd door de Russen. Zij krijgen op
dracht op te rukken vanuit De Zijpe via de duinvoet langs de dorpen
Camperduin, Groet, SchoorI en vervolgens Bergen te veroveren. Een
Engelse colonne onder Dundas moet links van de Russen de dorpen
Krabbendam, Warmenhuizen en Schoorldam veroveren. Deze dor
pen waren bezet en versterkt door de tweede Bataafse divisie onder
Dumonceau. Na de verovering zou de colonne moeten worden ge
splitst. Eén divisie zou de Russen moeten gaan assisteren bij de aan
val op Bergen en de rest moest de Bataafse flank gaan bedreigen in
de Geestmerambacht en verhinderen dat de Bataven de Franse ver
dediging van Bergen zouden gaan helpen. Een tweede Engelse co
lonne onder Pulteney zou veel oostelijker moeten gaan opereren en
proberen de eerste Bataafse divisie van Daendels uit het zwaar ver
sterkte Oudkarspel op de kop van de Langedijk te verdrijven rich
ting Alkmaar en indien mogelijk te omsingelen teneinde de Franse
verdediging op links in de rug aan te vallen. Abercromby tenslotte
zou op links oprukken met een colonne naar Hoorn, en Amsterdam
moeten gaan bedreigen.
De Russische aanval op Bergen mislukt compleet. De Russen gaan
op een veel eerder tijdstip dan gepland in het duister op pad. In het
donker raken verschillende eenheden door elkaar en openen het vuur
op eigen troepen. De opmars langs de voet van de duinen ontaardt in
een ongeorganiseerde bende die al plunderend en rovend door Kamp.
Groet en SchoorI richting Bergen trekt. Brune heeft zijn verdediging
in de diepte georganiseerd en weet ook heel tactisch de Russische re
serves in de strijd te lokken. Als men Bergen bereikt, slaan de troe
pen meteen aan het plunderen. Versterkingen onder Gouvion vanuit
Egmond en Bataven vanuit Koedijk gaan in de tegenaanval en de
Russen worden uit Bergen verdreven. Hun vaandel wordt veroverd
en de gewonde generaal Hermann wordt gevangen genomen. De
Fransen hebben de Russen weggelokt van de hoofdmacht. Ook in
andere sectoren is het gevecht inmiddels losgebarsten. Vanuit
Eenigenburg is Dundas opgerukt en hij weet na zware strijd
Warmenhuizen en Schoorldam te veroveren, ondersteund door drie
Russische bataljons. Inmiddels zijn de Russen in Bergen al versla
gen en op de vlucht richting De Zijpe. De Engelsen trekken de pon
tonbrug bij Schoorldam over, niet om de Russische aanval op Bergen
te ondersteunen, maar om te proberen een front te vormen tussen de
oprukkende Fransen en de vluchtende Russen. Pogingen om de Russen
tot staan te brengen en in de tegenaanval te gaan mislukken. Het kost
opperbevelhebber York grote moeite om zijn rechtervleugel te reor
ganiseren en het Zijper bruggenhoofd te redden.
De aanval op Daendels in Oudkarspel is in de aanvang ook geen suc
ces. De Oudkarspel redoute wordt bekwaam verdedigd door de
Bataven van de eerste divisie, op links gedekt door de kletsnatte
7