De inscheping in Den Helder van de Russen en
Engelsen voor vertrek naar Engeland.
nog op het slagveld lag en begraven moest worden
en de angst van de burgerij voor de nog steeds rond
zwervende troepen.Op onze terugrijs na Uitgeest
hadden wij een slechte weg, zo zelfs dat onze
laarzen tot boven de kuiten in de slik kwamen'
De herfst van 1799 was dus een zeer natte herfst.
Het geallieerde opperbevel kwam na 6 oktober tot
het besef dat de situatie onhoudbaar was. De Franse
stelling bij Beverwijk bleek onneembaar en werd
nog voortdurend versterkt door aanvoer van verse
Franse troepen vanuit België en Duitsland. Ook de
geallieerde aanval in Centraal Europa was vastge
lopen en de beslissende slag voor Zürich op 26 sep
tember, dus nog voor Castricum, verloren. Dit be
tekende het einde van de Russische deelname aan
de Tweede Coalitie. Reeds op 7 oktober besloot
York tot ontruiming van Noord-Kennemerland. dit
tot grote ontzetting van de erfprins.
Op 7 oktober vindt in Limmen een interessante
ontmoeting plaats tussen geallieerde en Gallo- Bataafse officieren.
Een en ander wordt nauwkeurig beschreven in het dagboek van de
eerdergenoemde pastoor Bommer. Hij schrijft dat de bijeenkomst
plaatsvindt in het huis van 'den Burger Frederik Zinniger'de hoef
smid. De deuren van het huis waren door schildwachten bewaakt. De
smid en zijn zoon verbleven in hetzelfde vertrek waar de onderhan
delingen plaatsvonden maar konden geen woord hiervan verstaan.
De voertaal zal waarschijnlijk Frans geweest zijn. Na afloop werden
de vier Fransen en drie Hollanders weer geblinddoekt afgevoerd en
per wagen over de Voort naar Castricum gebracht.
'Enigen tijd daarna ging een Engelschman door de voorposten bij de
Voort tot de voorposten der Franschen bij de scheidspaal van Castricum
en Limmen. Hij swaaide met een witte doek die hij om zijn hoofd had.
De Franschen kwamen bij de Engelsman met zijn gevolg en ontvingen
van de Engelschen drie a vier kistjes en Crelis Schrama heeft het ge
zien, wat daarin was weet men niet. maar zeker geen doove nooten.
Het verhaal gaat dat in Limmen op het aam
beeld van de smederij de capitulatie is ge
tekend. Van der Aa (1846) vermeldt: 'In
dit dorp werd op een aambeeld, hetwelk
nog in eenen smidswinkel te zien is, in den
avond van den 101' oktober 1799 de capi
tulatie geteekend'
De officiële geschiedschrijving meldt dat
op 14 oktober de onderhandelingen over
een wapenstilstand beginnen, die op 18 ok
tober te Alkmaar wordt bekrachtigd. De
voorwaarden zijn voor de geallieerden bui
tengewoon gunstig. De krijgsgevangenen
zullen worden uitgewisseld en de geal
lieerden hijgen vrije aftocht. Ze moeten ui
terlijk 30 november Noord-Holland ont
ruimd hebben. De Bataafse vloot blijft in
Engelse handen. Het is opmerkelijk dat de
Engelsen ondanks de mislukte invasie toch
Willem George Frederik, Erfprins van
Oranje, de latere koning Willem I. Hij was
een zoon van Prins Willem V
een belangrijk oorlogsdoel hebben bereikt, namelijk de verovering
van de Bataafse vloot. In ieder geval is het onbegrijpelijk en teleur
stellend voor de Bataven die zo succesvol hebben gestreden aan Franse
zijde. Een theorie zou kunnen zijn, dat generaal Brune, een echte re
volutionair, dus arm en niet wars van steekpenningen, tijdens de bij
eenkomst in Limmen in ruil voor veel geld een en ander met de
Engelsen heeft bekokstoofd.
De Bataafse overwinning wordt in eigen land met gejuich begroet.
Na jaren van vernedering kon de natie deze opsteker goed gebrui
ken.
De geest van Castricum
De Engels-Russische invasie wordt wel de 'Vergeten Oorlog' ge
noemd. Het was geen Waterloo, geen Verdun en geen Grebbeberg.
Toch is deze oorlog het bloedigste conflict dat ooit op Nederlands
grondgebied is uitgevochten. Het aantal
slachtoffers bedroeg het veelvoudige van
Heiligerlee, de Mookerhei, Nieuwpoort
en zelfs van 'Market Garden' in septem
ber 1944. Het lijkt erop dat het eeuwig be
wegend duinlandschap de sporen en her
innering van die strijd heeft willen uit
wissen, en niet alleen het duinlandschap.
Lange tijd heeft de officiële geschied
schrijving moeite gehad de invasie te plaat
sen in onze vaderlandse geschiedenis. Het
was zo leerde men een gevecht van vreem
de mogendheden op ons grondgebied of
een mislukte bevrijdingsoorlog, een po
ging om het Oranjehuis op zijn wettige
plaats terug te brengen. Deze opvattingen
werden met name geproclameerd door ne-
gentiende-eeuwse geschiedschrijvers en
ook nog in de eerste helft van de 20c eeuw.
Na de glorieuze 17c eeuw was de 18C eeuw
een eeuw van verval, die eindigde met een
Franse bezetting en het verjagen van de
prins van Oranje. Oranje zo onverbreke
lijk verbonden met de Republiek. De ja
ren na 1795 werden geschiedkundig een
11