Uitbreidingen
De fabriek is bij de start nog heel eenvoudig van
bouw en installatie. Waarschijnlijk is alleen met
de kaasmakerij gestart en was boter hooguit een
bijprodukt. In het begin is de fabriek -net als 'De
Duinstreek'- een dagfabriek, waar één keer per dag
de afgeroomde avondmelk en de volle ochtend-
melk werd aangevoerd. Volgens de bouwtekening
is er in het gebouw ook woonruimte opgenomen,
identiek aan de opzet van de kaasfabriek 'De
Duinstreek'.
Stoomzuivelfabriek 'De Holland'
De stoomzuivelfabriek kent een gelijksoortige start als het kaasfa
briekje aan de Cieweg; ook hier dorpsgenoten die het initiatief ne
men. Bemardus Antonius Res, Reinier Kaptein, Johannes Hogenstijn
en Hendrik Duijn richten in maart 1905 een maatschap op en kopen
van Wilhelmus Hendricus de Wildt, landman op Dorregeest in Uitgeest
een stuk grond aan de rand van het dorp op de hoek van het
Schoutenbosch en de Breedeweg. Daar laten ze voor gemeenschap
pelijke rekening een fabriek bouwen.
Bemardus Antonius Res is bloemenkweker en gemeenteontvanger
Ook is hij mede-oprichter van de Boerenleenbank en van de vereni
ging 'Onderlinge Hulp'. Reinier Kaptein is veehouder net als Hendrik
DuijnJohannes Hogenstijn 1916-1961heeft een gemengd bedrijf
aan de Kramersweg, maar daarnaast is hij lantaarnopsteker, grafdel
ver en onbezoldigd rijksveldwachter. Als eerste directeur benoemen
zij Hans Gerrits uit Brielle. Op 13 juni 1905 wordt hij in Castricum
ingeschreven.
Misschien is hun polsstok toch niet lang genoeg want een jaar later.
Het verwerken van de melk begint met het centri
fugeren, dus het terugbrengen van het vetgehalte
tot dat van consumptiemelk. Melk en room wor
den gescheiden afgevoerd. De centrifuge en de
karnkneder voor de boterbereiding zijn in 'De
Holland' aangesloten op de stoommachine door
middel van leren riemen.
De fabriek wordt aan de voorkant 'verrijkt' met
twee uitbouwen. De uitbouw aan de oostkant is
voor de melkcontrole en de uitbouw aan de west
kant is voor een kantoortje.
Onder aanvoering van de nieuwe eigenaren komt
de ontwikkeling van de fabriek na 1915 pas goed
op gang. Waarschijnlijk is de fabriek na dat jaar
omgevormd van een dagfabriek in een zoetfabriek,
waarmee wordt bedoeld dat kaas en boter wordt
geproduceerd uit twee keer per dag (zowel 's mor
gens als 's avonds) aangevoerde melk.
In 1919 wordt er aan de achterkant van de fabriek
een gebouwtje gezet voor de melkontvangst. In 1920
wordt een nieuwe elektrische karnkneder in gebruik
genomen. Er wordt een machine aangeschaft waar
mee de melk voor de kaasbereiding geroerd wordt.
De wei wordt daardoor beter afgescheiden van de
gestremde melk, de z.g. wrongel. De wrongel wordt
in 1906, verandert de rechtsvorm in een vennootschap onder firma:
firma Th. Burger en Co. Firmanten waren Theodorus Burger, vee
houder uit Wijk aan Zee en de eerdergenoemde veehouders Reinier
Kaptein en Hendrik Duijn. De VOF werd na bijna twee jaar weer
ontbonden en de heer Burger is dan de enige eigenaar.
Gerrits vertrekt alweer in april 1906. Hij gaat naar Sassenheim, waar
hij ook directeur van een melkfabriek wordt. De heer Burger benoemt
Jan Pieter Baas als opvolger. Jan Baas. geboren op 6 juli 1882 in
Nieuwerkerk aan de IJssel is na de lagere school in dienst gekomen
van de zuivelfabriek in zijn geboorteplaats en volgt daarna cursus
sen voor botermaker en kaasmaker. In het begin van deze eeuw wordt
hij aangesteld als afdelingschef bij de melkinrichting 'De Sierkan'
in Den Haag en later in Leiden bij dezelfde onderneming.
Theodorus Burger doet de stoomzuivelfabriek in 1915 van de hand
op een openbare verkoping. Jan Baas werpt zich op als de nieuwe ei
genaar om een mogelijke ondergang van de fabriek of van zijn baan
te voorkomen. Er wordt dan een naamloze vennootschap gevormd
waaraan hij de fabriek doorverkoopt voor een be
drag van ƒ7.500,-. De vijf aandeelhouders van de
NV zijn Johannes Jacobus Stuijt. Petrus Wilhelmus
Stuijt (beiden kaashandelaar in Purmerend),
Gerbrand Vis Hajoszoon (koopman in Zaandijk)
en Cornelis Vis Janszoon zonder beroep wonende
te Limmen en Jan Pieter Baas. President-commis
saris wordt Johannes Jacobus Stuijt.
De Stoomzuivelfabriek De Holland gezien vanaf de Schoolstraat. De oprichters en
personeel staan ook op de foto. De man met het witte voorschoot is de eerste direk-
teur Hans Gerrits.
Jan Baas, direkteur van de Holland.
Johannes Hogenstijn, één van de
oprichters van de zuivelfabriek.