In enkele kaartfragmenten zal dit gebied, dat deel uitmaakt van de
kadastrale sectie B. naar de toestand van 1832 worden geschetst.
Het hier uitgewerkte gebied wordt omgeven door de volgende met
elkaar verbonden straten: Ruiterweg, Vinkebaan, Bakkummer-
straat, Stetweg, Brakersweg, Alkmaarderstraatweg, Korte Cieweg,
Torenstraat en tenslotte weer terug op de Ruiterweg (zie het kaart
je), Als de wegen zelf niet worden meegerekend dan is dit gehele
gebied 128 hectare groot en voor 80% in gebruik als weiland, voor
17% als tuinbouwgrond. De resterende 3% wordt ingenomen door
enkele sloten, bospercelen en 14 huizen of boerderijen.
Door de Kooiweg, de Eerste en Tweede Groenelaan wordt dit
gebied in 4 sectoren opgedeeld, hier genummerd 1 t/m IV,
Sector I:
Deze sector van ruim 14 hectare is verreweg de kleinste en ligt
tussen Stetweg/Brakersweg en de Tweede Groenelaan. Het is
opgesplitst in 34 percelen, waarvan 22 percelen (tuin(bouwland en
9 percelen weiland. In deze sector staat slechts één boerderij en
wel op de hoek Kooiweg-Brakersweg; hier woonde in 1830 de 34-
jarige Gerrit Duinmeijer met zijn vrouw Antje Bruijn. hun 4 kin
deren en de werkmeid Antje Lugting. Vanaf de Bakkummerstraat
loopt er een sloot in oostelijke richting, die na een aantal percelen
afbuigt naar de Tweede Groenelaan en aan de noordzijde hiervan
doorloopt tot voorbij de Kooiweg en vervolgens aansluit op de
zuidzijde van de Brakersweg.
Het gebied rond Stetweg en Brakersweg werd in vroeger eeuwen
het Noordeinde of Noordend genoemd, de Brakersweg wel de
Noordeinderweg en de aaneengesloten akkers in sector 1 de akkers
op de Noorderendergeest. De overige veldnamen die we in deze
sector tegenkomen zijn: de Padakker, de Kroft, het Kerkpadje, het
Weidje in de Koog, de Capuzijnersakker en het Duinkrochtje.
Sector II:
Deze sector ligt tussen de Eerste en de Tweede Groenelaan, is 32
hectaren groot en is opgedeeld in 36 percelen, waarvan 27 perce
len (tuin)bouwland en 8 percelen weiland. Ook In deze sector staat
slechts één boerderij en wel op de hoek Eerste Groenelaan-
Kooiweg; hier woonden in 1830 twee gezinnen: de 62-jarige vee
houder Jan Castricum met zijn vrouw Neeltje Schavemaker en hun
5 kinderen, zijn 32-jarige ongehuwde zoon Jacob Castricum uit
zijn Ie huwelijk en het gezin van de 27-jarige schelpenvisser Jan
Kramer met zijn vrouw Wilhelmina Wiebes en hun kind.
Vanaf de westzijde (Bakkummerstraat) vinden we in deze sector een
groot aantal akkers tuinbouwgrond en wel destijds 'de akkers op
Schilgeest' geheten: de naam is bewaard gebleven in de huidige straat
naam 'Schelgeest'. Vermoedelijk heeft de oorsprong van de naam iets
met schilpen (schelpen) te maken. De overige veldnamen die we in
deze sector tegenkomen zijn: de Zesakkers, op de Hoogevoort. de
Groote Weide, de Schapeven, de Klaverhoek. de Haverven, Geheel
Holsloot en Zuiderven. Jan Bommersweid en de Dres.
Sector UI:
Deze sector is in het gebied de grootste sector ter grootte van 57
hectaren, voor 90% in gebruik als weiland en opgedeeld in 44 per-
weg weiland
water bouwland
bos
De sectoren I en II gelegen
tussen de Eerste Groene
laan, Bakkummerstraat, de
Stetweg-Brakersweg en de
Kooiweg in het jaar 1830.
De scheiding tussen heide
sectoren wordt gevormd
door de Tweede Groene
laan.
26