De berging van de gestapelde potten Tijdens de opgraving werd duidelijk dat drie potten op elkaar gestapeld stonden. De potvullingen bestonden uit zand en aarde- werkscherven, de bovenste potvulling bestond merendeels uit scherven. De totale hoogte van de pottenstapel was ongeveer 75cm. Van alle potten waren de bodems verwijderd. Er werden geen ingravingssporen waargenomen. In de bovenvulling van de onderste pot werd een gaaf gesteeld voetbekertje van grijs aardewerk gevonden. Het 13cm hoge beker tje lag op z'n kant. Het werd met de vulling voor onderzoek naar de ROB overgebracht. De onderzoekresultaten waren bij het gereedkomen van dit verslag nog niet beschikbaar. Hoewel de vorm van het gesteelde voetbekertje bijzonder genoemd kan wor den. lijkt het toch beschouwd te kunnen worden als gewoon gebruiksaardewerk. Zo'n gaaf exemplaar is niet eerder in Castri- cum aangetroffen, maar rond de Cieweg zijn er wel tientallen voetjes van gevonden. In Noord-Holland zijn hiervan exemplaren bekend in bijvoorbeeld Texel. Schagen en Assendelft. Uit de vulling van de onderste pot kwamen, behalve wat kleine scherfjes, ook enkele stukjes bot tevoorschijn, waaronder een door het vuur aangetast vogelbotfragmentje. In de omgeving van de pottenstapel tekenden zich grijze banen in het lichte zand af (zie kaart, punt A). In deze grijze banen werden enkele verstrooid voorkomende scherven en wat botmateriaal gevonden. De grijze banen waren vermoedelijk greppelsporen, een verschijnsel dat algemeen wordt waargenomen tijdens opgravin De ongeveer 75cm hoge pottenstapel. gen van nederzettingen uit de Romeinse tijd. Na restauratie van de drie gestapelde potten bleek dat de bodem van de bovenste pot er met zorg afgeslagen is. De breukrand is erg gelijkmatig. Het bodemgat is maar amper wijd genoeg (15.5 cm) om het gesteelde voetbekertje er door te kunnen laten. Bij de twee andere potten zijn de breukranden aan de onderkant erg grillig en de openingen zijn groter. Uit de in de vulling aangetroffen scher ven kon een halve, eveneens bodemloze pot samengesteld worden en er bleven nog wat niet plaatsbare scherven over. Dat er veel scherven werden aangetroffen in de vulling van de bovenste pot, zou een aanwijzing kunnen zijn dat daarop nog een pot heeft gestaan. Zo dicht onder het maaaiveld kunnen stukken, die niet naar binnen waren gezakt, verloren zijn gegaan. De hiervoor beschreven pottenstapel is niet de enige in Castricum en de regio. In 1972 werd aan de Cieweg een pottenstapel binnen een huisplattegrond gevonden en ook op het Hoogoventerrein te Velsen zijn dergelijke constructies tijdens opgravingen aangetrof fen. Tot nu toe werden ze beschouwd als kleine waterputten voor huishoudelijk gebruik. Of deze gebruiksfunktie ook toegekend kan worden aan de gestapelde potten van de Rietkamp is te betwij felen. Het kleine bodemgat van de bovenste pot maakt het water scheppen immers niet gemakkelijk. Of het moet zo geweest zijn dat op de pot met het nauwe bodemgat nog een bodemloze pot heeft gestaan en het kleine bodemgat zich ruim voldoende onder het grondwaterpeil heeft bevonden. Overige waarnemingen Halverwege de uitgraving aan de zuidkant, haaks op de sleuf langs de Rietkamp. bevonden zich naast elkaar twee dichtgemakte slo ten. De voormalige sloten strekten zich uit in de richting noord- Gesteeld voetbekertje gevonden in de onderste pot van de potten stapel.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1996 | | pagina 21