volgens twee kwartjes voor elk volgend uur. Daarnaast krijgt
degene, die de brand gemeld heeft, een gulden, de brandroeper
krijgt een rijksdaalder; degene die de handspuit met paard en
wagen vervoert beurt vijf gulden. De leden van de motorbrand
weer krijgen een vaste jaarlijkse vergoeding van twintig gulden en
vervolgens 75 cent of 50 cent per uur. De handspuit wordt van de
hand gedaan, zo blijkt uit de aangepaste verordening van 1926,
waarin deze spuit niet meer wordt genoemd.
De nieuwe motorspuit
De beoogde technische verbetering moet uit Zaandam komen. Die
gemeente gaat tot aankoop van een autospuit over en biedt de
motorspuit voor 2500,- te koop aan. In januari 1920 wordt de
koop gesloten, maar in afwachting van de auto moet de oude spuit
nog even in Zaandam blijven. Die bewijst daar op 20 januari nog
eens goede dienst door vijf uur onafgebroken een grote brand in de
graanpakhuizen 'Java' te bestrijden.
Begin maart wordt de 'Otto' in Castricum afgeleverd. Een prachti
ge machine, die de trots van het brandweerkorps is en nu staat
opgesteld in de huidige brandweerkazerne. Bij de aankoop wordt
de inventarislijst van de motorspuit meegeleverd, waaruit blijkt dat
de motorspuit 500 liter per minuut levert. Bij de vele onderdelen
worden onder andere drie kaarslantaarns en een koperen bel
genoemd. Als op 14 april 1921 raadslid H.J. Zandbergen vraagt
hoe de resultaten met de nieuwe spuit zijn, kan de voorzitter trots
mededelen, dat de spuit zeer goed voldoet. Er was nog wel een
probleem met de watertoevoer, maar dat is verholpen. Zandbergen
constateert enige maanden later echter, dat bij een brand in de
Schoolstraat gebleken is, dat de spuit niet voldeed. Het probleem
blijkt aldus Lommen te zitten in de slechte watertoevoer: de water
putten hebben te weinig capaciteit voor 'Otto'. Zandbergen wil
daarom de waterputten verbeteren, maar deze keer wil Lommen
even afwachten. Hij wil aansluiting op het waterleidingnet.
Zandbergen is ook niet tevreden over de houding van het brand
weerpersoneel tijdens de oefeningen. De voorzitter belooft de
heren een waarschuwing te geven.
Rapport van 5 juni 1923
Lommen brengt verslag uit aan de raad omtrent de toestand van de
brandweer, waarin hij concludeert, dat de motorspuit in goede
staat is en voldoende capaciteit heeft. Hij geeft het probleem van
de watervoorziening aan.
"Vanuit de sloot hij J. Twisk is de Rijksstraatweg te bereiken tot aan
het Cafe 'Sportlust'. Vanuit de sloot bij P. Schotvanger is de
geheele Burg. Mooystraat te bestrijken. Vanaf de Cieweg kwam men
tot aan de winkel van Heideman. met twee slangen tot aan het Cafe
van de Erven van Benthem. Om de geheele kom van het dorp te kun
nen bestrijken is het noodig om: bij de Cieweg te zorgen voor vol
doende water, op de hoek bij Goes een brandput te maken vanuit het
pompstation aan de Cieweg. zeer gewenscht zou zijn een brandput
te maken in de richting van de R.K. kerk. Overleg zal worden
gepleegd met de directie van melkfabriek'De Holland'
(Breedeweg) teneinde de Oosterbuurt gedeeltelijk te kunnen bestrij
ken. Aangekocht diene te worden 200 meter slang. De handbrand
spuit voldeed goed, gaf spoedig water, de putten voldeden eveneens
goed. Op het oogenblik is de capaciteit nauwelijks voldoende, daar
er te Bakkum veel wordt bijgebouwd; wellicht is er eene overeen
komst te treffen met de directie van het Provinciaal Ziekenhuis om
de brandputten van die inrichting te mogen gebruiken".
De genoemde sloot bij J. Twisk is de spoorsloot bij Funadama. nu
Jasmin Garden en café Sportlust is op de hoek Dorpsstraat-Burg.
Mooystraat. Schotvanger is de kastelein van 'De Harmonie', nu
Wong's Palace. De winkel van Heideman staat op de plaats waar nu
Huitinga is gevestigd. En café Van Benthem, wordt later 'De
Vriendschap', het huidige Sam Sam. Goes woont tegenover het
oude raadhuis. De raad gaat met Lommen's voorstellen accoord en
er worden afspraken gemaakt met de directie van de melkfabriek
over de watertoevoer naar de Oosterbuurt, de brandputten worden
geslagen en met Duin en Bosch worden nieuwe afspraken gemaakt.
Waterleiding
De geschiedenis rond de aansluiting op het waterleidingnet wordt
beschreven op pagina 23 van
het artikel over de gezond
heidszorg in het 17e jaarboek
je. Uit het artikel blijkt dat er
vanaf 1911 gesproken is over
de met name voor de volksge
zondheid zo noodzakelijke
waterleiding. Vanwege de
problemen met de aanvoer
van bluswater wacht ook de
brandweer op de aansluiting.
Aan het besluit tot aansluiting
gaat een hevige rel vooraf, die
door een brand veroorzaakt
wordt. Op zondagmorgen 17
februari 1924 breekt er brand
uit in de bollenschuur van de
gebroeders Gerrit en Simon
Twisk aan de Dorpsstraat
(dezelfde plek waar nu Jan
Twisk zijn bloemen- en plan-
tenhandel heeft). Na het bran
dalarm spoedt de brandweer
zich naar het spuithuisje aan
de Kramersweg en bij de
De motorspuit Otto, die in
1920 is gekocht van de
gemeente Zaandam.
8