De Castricumse familie Zoontjes De rooms-katholieke familie Zoontjes heeft zijn bakermat in Uitgeest. Oorspronkelijk vinden we de leden van deze familie onder de naam Seuntjes, Seunties of 't Seuntje in oude archief stukken en in de doop-, trouw- en begraafboeken van Uitgeest. Een van de oudste vermeldingen betreft een notariële acte uit 1674, waarin er op verzoek van de broers Gerrit en Wouter IJsbrantsz 't Seuntjes een verklaring wordt opgesteld over de nala tenschap van hun tantes -de klopjes- Annetje en Baafje Jacobs. Over beide klopjes is in onze regionale geschiedenis al veel geschreven. Na de reformatie moest de beoefening van de katho lieke godsdienst in het geheim gebeuren. De katholieken van Uitgeest en de omliggende dorpen Heemskerk, Castricum en Limmen ontvingen hun geestelijke verzorging van rondtrekkende of uit de steden op bepaalde tijden afreizende priesters. Omstreeks het jaar 1620 was een plaats gevonden te Uitgeest in Oostergeest (nu de Langebuurt geheten) waar de katholieken ter viering van het geloof samenkwamen. In Oostergeest waren twee naast elkaar gelegen boerenhuizen tot schuurkerk en woning van de pastoor ingericht. De beide ongehuwde vrouwen Annetje en Baafje Jacobs hadden voor dat doel hun eigendom beschikbaar gesteld en hadden zich geheel ten dienste gesteld van de pastoor en hielpen hem bij de geestelijke verzorging van de regio. De naam klopjes zou aan dit soort vrouwen zijn gegeven, omdat zij de katholieken klopten ofwel waarschuwden waar en bij wie de H. Mis werd gelezen of het H. Doopsel werd toegediend. Annetje en Baafje Jacobs hadden een zus Trijntje Jacobs die op 17 jan. 1603 in Akersloot in het huwelijk was getreden met ene IJsbrand Pietersz. Uit hun huwelijk wordt in 1604 een zoon Pieter IJsbrantsz geboren, die priester werd en reeds op 26 jarige leeftijd met het pastoraat van Uitgeest werd bekleed. IJsbrand Pietersz en Trijntje Jacobs kregen tien kinderen en overleden op ca. 73-jarige leeftijd resp. in 1645 en 1648. Onder de tien kinderen leefden in 1677 nog de zoons Gerrit en Wouter IJsbrantsz, die met de achter naam 't Seuntjes in de genoemde acte van 1677 worden genoemd. Gerrit werd bij de verkoop van omliggende huizen in 1661 en 1674 resp. Gerrit IJsbrantsz Seuntjes en Gerrit 't Seuntjes genoemd. In de tientallen jaren die volgen duikt de naam Seuntjes veelvuldig op; zo treffen we dan aan de personen Pieter Jacobsz Seuntjes en Claas Jacobsz Seunties aan het Westergeest (o.a. in 1706), ene Cornelis Pietersz Seuntjes (Zeuntjes) aan de Meldijk. In deze tijd wordt in de doop, trouw- en begraafregisters de achternaam nog niet gebruikt, maar vinden we voor deze personen achtereenvol gens de namen Pieter Jacobsz, Claas Jacobsz en Cornelis Pietersz. Door combinatie van gegevens van de notariële- en oud-rechterlij ke acten, van doopgetuigen en vernoemingsgebruik zijn met enige mate van zekerheid de twee eerste generaties van de familie Zoontjes aan te geven; een waterdicht bewijs kan uiteraard niet worden geleverd. Van de vijf zoons van IJsbrand Pietersz en Trijntje Jacobs zal het geslacht Zoontjes tot in de huidige generaties alleen via zoon Jacob worden voortgezet. Deze Jacob trouwt in 1658 met Guurtje Claas. Uit hun huwelijk worden te Uitgeest drie kinderen geboren, waaronder Claas de volgende voorvader van de familie is. De opeenvolgende generaties blijven in Uitgeest wonen tot en met Baltus Zoontjes, die leefde van 1769 tot 1808 en in 1794 trouwde met Grietje Bom. Hun enige zoons Cornelis en Klaas Zoontjes gaan na hun huwelijk in respectievelijk 1823 en 1830 beiden in de gemeente Castricum wonen en daarmee verdwijnt de familie Zoontjes uit Uitgeest. De boerderij 'Noord Bakkum' Volgens de eerste volkstelling van Castricum, die in 1830 was gehouden, wonen in dat jaar op een boerderij aan de Hoogeweg te Bakkum-Noord: het gezin van boer Jacob Admiraal, zijn vrouw Meintje Schoorl en hun 5 kinderen, de boerenknechten Joseph Orij (33 jaar) en Gerrit de Groot (17 jaar), de werkmeid Niesje van Dam (19 jaar) en verder wonen er dagloner (arbeider) Cornelis Zoontjes, zijn vrouw Grietje Twisk met hun 3 nog zeer jonge kin deren en dagloner Klaas Zoontjes en zijn vrouw Antje Bakkum, zij hadden nog geen kinderen. (3-f-- JrrrT-h^- -z? !,V/zl 'jP G V_ 4 Pi jK* i« nr\n<=- P j - G jcx^rpj 2^ o/rJ 'Jck.UTP? u-c*. '(y W.(VyisT- oQ De oudste notariële acte met vermelding van de naam Seuntjes. Hierbij de trans criptie van een fragment van deze acte: Op huijden den 13 April anno 1674 comp(areer)de voor mij Johannis van Coevenhoven, Norr Publ.. bij den Ed. Hove van Hollandt geadmlitteerjt, residerende neffens de naergenoemde getuijgen alhij- er tot Uitgeest, Corn. Gerritsz Alckemade wonende alhijer, out 33 Jaeren, Corn. Mieusz Smith out 77 Jaeren, Dirck IJsbrantsz Spanjert out 54 Jaeren, dewelcke verklaerde ter requisitie en versoecke van Gerrit IJsbrantsz 't Seuntjes en Wouter IJsbrantsz 't Seuntjes cum socio, beijde al hier wonen, hoe waer is dat de Roomse ge meente in het liuijs van de twee klopjes met namen Baeffjen ende Antje Jacobs haer godtsdienst hebben geexerceert".

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1995 | | pagina 43