Ook enige bestuursleden van Het Witte Kruis moeten evacueren. Voorzitter N.D. de Haan vertrekt naar Zaandijk: medisch adviseur dokter H.J. van Nievelt woont in Limmen. Secretaris/penning meester H.A. Nijsen neemt na 35 jaar afscheid van het bestuur. Zijn plaats wordt ingenomen door N. Blokdijk, die in Castricum mag blijven wonen. De nog aanwezige bestuursleden krijgen alle volmachten in afwachting van betere tijden. Tot na de bevrijding in 1945 worden geen vergaderingen meer gehouden. Als gevolg van het vertrek van de meeste leden wordt magazijnbediende Nies Veenstra op 1 januari 1944 -tijdelijk- ontslagen. Het ledental is ondertussen van 500 tot 96 teruggelopen. Er is een tekort aan alles, zo ook aan verplegingsartikelen en medicijnen. Een extra handicap is nog dat enige artikelen in de haast van de evacuatie door leden naar elders zijn meegenomen. In 1942 wordt zuster A.A. Steilberg bij het Witte Kruis als wijkver pleegster in dienst genomen. Er is dan weinig werk voor haar, reden om haar naar plaatsen te sturen, waar geëvacueerde Castricummers verblijven om meegenomen verplegingsartikelen terug te halen en de contributie te innen. Op de fiets heeft zij hon derden kilometers afgelegd naar plaatsen in de Zaanstreek en rondom Castricum met op de terugweg een steek en andere artike len achterop. Voor haar werk kwam zij ook in Alkmaar, waar haar fiets werd gestolen. Om thuis te komen kreeg zij van iemand een herenfiets zonder banden te leen. Toen zij de volgende dag bij een patiënte op haar bandenloze fiets met het nodige lawaai op bezoek kwam, kreeg zij van haar patiënte een fiets met 'antiplof' banden cadeau. Jaren van schaarste Na het verdwijnen van de gehate bezetter keert de bevolking weer snel naar het dorp terug. Het ledenbestand van Het Witte Kruis telt begin 1945 al weer 273 en een jaar later 550 leden. Zuster A.A. Steilberg neemt afscheid, omdat zij zich als fysiotherapeute ves tigt. Bij het Wit-Gele Kruis gaat zuster J.M.P. Boelrijk na 18 jaar wijkverpleging met pensioen. Er wordt van alles geprobeerd om het tekort aan verplegingsartikelen te lenigen. Men grijpt alles aan om aan de nodige goederen te komen. Als de burgemeester vraagt of men oorlogsschade heeft geleden, moet men dat goeddeels ont kennen. Slechts de verdwijning van verplegingsartikelen tijdens de oorlogsjaren met een waarde van 150,- wordt gemeld. Wel vraagt men aan de gemeente om teruggave van een bed, dat aan de dienst luchtbescherming was uitgeleend en op de zolder van het voormalige Armenhuis aan de Overtoom staat. Daarnaast is het bestuur 'ter ore gekomen' dat er bruikbare goederen op diezelfde zolder liggen, die de kruisvereniging goed kan gebruiken. In die tijd van schaarste worden zo af en toe goederen mondjes maat ter beschikking gesteld door met name de overheid. In de herfst van 1945 weet het Noordhollandse Wit-Gele Kruis beslag te leggen op levensmiddelenpakketten voor een heel kwetsbare groep de 1- en 2-jarigen. Prompt worden ze naar de plaatselijke afdelin gen vervoerd, waar de zusters de pakketten onder de meest behoeftige gezinnen uitdelen. In 1946 worden er 'wat' babypak ketten, en 3 dekens. 18 lakens en slopen en enige warmwaterzak- ken toegewezen. Fietsbanden zijn ook een zeer schaars artikel, maar voor de wijkverpleegsters in ons uitgestrekte dorp van groot belang. De geneeskundige inspectie weet op een partijtje beslag te leggen, dat prompt aan de kruisverenigingen wordt aangeboden. Aandoenlijk is het aanbod van een Zuidafrikaans handelshuis dat ter bestrijding van schurft zeep ter beschikking stelt. Het bestuur van het Wit-Gele Kruis Als bestuursleden van de katholieke kruisvereniging worden in 1934 genoemd C.P. Spaansen als voorzitter, M. Marcker als secre taris en Sprengers als penningmeester. Na afloop van de tweede wereldoorlog treedt het bestuur en bloc af. Als voorzitter treedt aan de heer Dingerdis; de heren J. Mul en C. Borst worden respec tievelijk secretaris en penningmeester. In 1951 doet zich een merkwaardige zaak voor. Voorzitter Dingerdis moet om gezond heidsredenen plotseling aftreden. Voor 28 maart 1951 wordt een vergadering ingelast om een nieuw bestuur te formeren, waarvoor zich ook een kandidaat heeft gemeld. Aan het begin van de verga dering blijkt de persoon niet aanwezig. Na enig wachten, wordt hij staande de vergadering gebeld. De dochter neemt het telefoontje aan en deelt mee dat vader niet thuis en ziek is. "En u moet et- maar niet op rekenen dat hij voorzitter wordt". Het hevig in verlegenheid gebracht bestuur besluit bij gebrek aan een andere kandidaat hem toch maar te benoemen. Hoe dat verder is verlopen, wordt helaas niet vermeld, maar in 1953 blijkt het bestuur te bestaan uit voorzitter M.N.J. van der Meij, secretaris C. (To) Juffermans en penningmeester A.H.J. van Amsterdam. Men heeft weinig geluk met de bezetting van de voorzitterspost. Ook Van der Meij moet om gezondheidsredenen in 1956 aftreden. Hij krijgt met het oog op zijn gezondheidstoestand een ietwat merk waardig afscheidscadeau: een kist sigaren! J. Mul neemt zo lang als vice-voorzitter de zaken waar. Dat zal zo jarenlang blijven, want in diezelfde functie treedt hij pas in 1960 af, waarbij hij tot erelid wordt benoemd. Hij zal de vereniging door de moeilijke periode rond de stichting van een nieuw kruisgebouw moeten loodsen. Onder zijn leiding zal het zo vurig gewenste Leenaers- huis worden gesticht. Zijn opvolger Dirk Berlee komt binnen een jaar na zijn aantreden plotseling te overlijden. Zuster A.A. Steilberg, wijkverpleegster bij het Witte Kruis van 1942 tot 1946. Zij was aanvankelijk onderwijzeres, maar had meer belangstelling voor de gezondheidszorg. Werd kort na het behalen van haar diploma wijkverpleging in Castricum aangeno men. waar weinig patiënten waren. Werd daarom ook naar Limmen uitgezonden. Haalde haar diploma als 'lieilgymnast en masseur'Vestigde zich als fysiotherapeut in Castricum in 1946.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1994 | | pagina 31