De komst van het spoor
Een geïsoleerd dorp
"Er bestaat hier geen ander middel van vervoer van personen en
goederen dan de diligence van Alkmaar op Haarlem en vice versa,
die viermalen daags door deze Gemeente rijdt; de meeste inwo
ners dezer Gemeente zijn landbouwers, die hunne eigene rijtui
gen hebben, overigens kan men hier ook paarden en rijtuigen
huren Op 15 maart 1852 wordt het jaarverslag van de gemeente
Castricum behandeld, waarin bovenstaande passage onder het
kopje 'Handel en scheepvaart' voorkomt. De spoorweg is nog niet
aangelegd. Het doorgaand verkeer maakt gebruik van de Dorps
straat, die enkele tientallen jaren daarvoor was verbreed en
verlegd (zie het artikel 'De Nieuwe Weg aangelegd in 1820). De
ca. 1380 Castricummers en Bakkummers wonen rond 1850 ver
spreid in het landelijke dorp aan zandwegen en paden, die vaak
slecht begaanbaar zijn.
correspondentie met de stad Alkmaar voor het grootste deel der
gemeente, dat daarbij belang kan hebben, in het onmiddellijk
bezit is van den rijksstraatweg, die juist het meest bebouwde
gedeelte der gemeente doorsnijdt
Enkele weken later komt men schielijk op dit besluit terug. Een
raadslid heeft vernomen dat men het tracé van de nieuwe weg bij
Limmen zou willen laten eindigen. Men vreest nu dat het moge
lijk bij Castricum geplande station van de aan te leggen spoorlijn
niet door zal gaan en ook aan Limmen zou kunnen worden
gegund. De gemeenteraad besluit om alsnog in de kosten van de
nieuwe weg te participeren. Op voorstel van hetzelfde raadslid
schrijft men ook een brief naar de directie van de Noordhol-
landschen Spoorweg Maatschappij met het verzoek om een
station in Castricum te bouwen. Men biedt daarbij aan om de
daarvoor vereiste toegangsweg naar het station te verharden.
'Te oiillileileii IMh^iiIuk i; Hueniduj. 1 in 4 September,
•it' >1- Hotel de lturg.
Ilollandsclic IJzeren Spoorwcg-MaalscliappU.
Tweede goedkoope Volkstrein,
van HELDEN naar den. HAAG
op Woensdag, den 4 September 1889.
Prijs voor heen en tcrüg in de cUrd-t klasse E l1 L D K 1%.
Op alle slallons tusschen UËIjDER eu IIA.4IlLiE%f worden reizigers opgenomen.
Vertrek van HELDER des morgens ten 8 u. fl& m. Aankomst in den HAAG ten 1© uur.
Terug van den HA AG des avonds ten u. m. Aankomst te HELDER ten 1© uor.
De vertrekuren van de overige stations ttjn op de plaatsbilletteu vermeld.
Plaatsbllletlen zijn tot een beperkt aantal aan de stations verkrijgbaar van Zondag 1 'Sop.
tember des morgens ten 8 uur.
De trein aal tusschen Haarlem en den Haag niet ophouden.
AmsterdamAvgustus 1867. He Administrateur.
Behoudend beleid
Hoe reageerde het dorp op de komst van een spoorweg? We gaan
even terug naar een raadsvergadering van 29 april 1863 (slechts
vier jaar voor de opening van de spoorlijn Alkmaar - Haarlem).
Behandeld wordt een brief van de gemeente Bergen over de
aanleg van een verharde weg langs de duinvoet. Hierin wordt
gevraagd om in de aanlegkosten van de weg deel te nemen. Het
tracé zou vanaf Schoorldam langs de duinvoet naar Castricum
moeten gaan lopen. De gemeenteraad getuigde van weinig visie
op de toekomst door een financiële bijdrage in de kosten te
weigeren. Kennelijk had men er weinig behoefte aan om het dorp
uit zijn isolement te bevrijden, getuige de brief van 29 april 1863,
die als antwoord op het Bergense schrijven wordt verstuurd.
"...dat alhoewel men niet wil ontkennen dat de aanleg van
zoodanige weg langs de niet onbevallige duinstreek wel aanlei
ding zoude kunnen geven tot eenig vertier, eigenlijk in de hoofd
zaak de aanleg daarvan voor deze gemeente van weinig belang
kan worden geacht, daar hier weinig connectiën met de daarbij
betrokken gemeenten langs de duinstreek bestaan en men voor de
De bevolking
De plaatselijke bevolking zal -behoudens nieuws
gierigheid naar het nieuwe fenomeen- weinig inte
resse voor de aan te leggen spoorlijn hebben gehad.
De agrarische bevolking was te arm en had ook geen
tijd om op reis te gaan. Reizen was in die tijd een
luxe, dat voor slechts enkelen was weggelegd. Ook
in de stad Alkmaar was niet veel interesse te vinden
getuige een artikel in het 'Stads Nieuws' van de
Alkmaarsche Courant van 1865. Er was daar een
openbare bijeenkomst gepland door het plaatselijke
comité 'tot bevordering van het tot stand komen van
den Noorhollandsche Frieschen spoorweg'. Er is
weinig enthousiasme onder de Alkmaarse bevol
king: "De opkomst van belangstellenden moeten wij
helaas gering noemen in verhouding tot het groot
belang onzer gemeente bij deze gewigtige zaak".
Zelfs na het aanhoren van de plannen door twee
sprekers heeft niemand behoefte om vragen te stel
len. "De aanwezigen bleken door al het ditmaal en
reeds vroeger gehoorde en gelezene genoegzaam te
zijn ingelicht, want ook na herhaalde uitnoodiging door den
voorzitter verzocht niemand het woord". Als in een voor
Castricumse begrippen grote stad als Alkmaar zou weinig belang
stelling heeft bestaan, zal het in ons dorp niet veel beter zijn
geweest.
De eerste rit
Gelukkig voor Castricum werd het station hier toch gepland en
kon het traject van de spoorlijn Alkmaar - Haarlem op 1 mei 1867
geopend worden. In de Alkmaarsche Courant staat over de
opening van het traject een voor zo'n belangrijke gebeurtenis
opmerkelijk kort artikel: "Zondag is de thans van het Nieuwe
Diep (Den Helder) tot Haarlem voltooide spoorweg het eerst
bereden door eenen trein waarop zich de minister van
binnenlandsche zaken, de commissaris des konings in Noord
Holland enz. bevonden en Woensdag is de dienst voor het
14