Het werk van de stoker was heet en zwaar: het stoken van de generator, het laden van de 'kamers' met kolen, het lossteken van de cokes. Hij werkte acht uur: om 06.00 uur, 14.00 uur of 22.00 uur werd hij afgelost. Het kwam wel voor dat hij voor 2 kwartjes per uur een extra wacht moest werken, als de stoker van de volgende wacht ziek was. Stoker Dirk de Graaf vond de zondagmiddag, als andere vaders met hun kinderen naar het duin konden gaan, de meest vervelende dienst. Waarlijk een weinig benijdenswaardig beroep, waarvan een gedeelte in de open lucht moest plaats vinden ook in duisternis en bij noodweer. Ja de stokers waren de echte gasmannen. Als zodanig zijn in de loop der jaren werkzaam geweest: Mattheus Kools, Frans Tromp, Jan Verdwaald, Jan Korsman, Jaap Baltus, Dirk de Graaf, Gerrit, Janus en Nardus Lute. Afbeelding 14 Voor de deur naar de stokerij; v.l.n.r. Jan Korsman, Arie Stet en Jacob Baltus (als stoker en/of terreinwerker), Johanna Grobbe en Pieter Gorter (resp. als werkster en boekhouder op het kantoor). Op de gasfabriek zijn nooit zeer ernstige ongelukken gebeurd. Het bleef beperkt tot het breken van ledematen of dergelijke. Zo brak Dirk de Graaf een arm bij het lossen van kolen. Korsman had vaker een ongeluk gehad; hij was de komiek onder de stokers. Zo probeerde hij eens een drijfriem om een nog draaiende as te leggen, dit kostte hem bijna een hand. Ook had hij een keer een stroomrail vast met 220 volt, wat fataal voor hem had kunnen aflopen, als de directeur niet razendsnel de stroom had uitgeschakeld. Grote hilariteit ontstond toen Korsman in de teer was gevallen en door zijn collega's van boven tot onder moest worden gereinigd. Op de gasfabriek zijn nooit zeer ernstige ongelukken gebeurd. Het bleef beperkt tot het breken van ledematen of dergelijke.Zo brak Dirk de Graaf een arm bij het lossen van kolen. Korsman had vaker een ongeluk gehad; hij was de komiek onder de stokers. Zo probeerde hij eens een drijfriem om een nog draaiende as te leggen, dit kostte hem bijna een hand. Ook had hij een keer een stroomrail vast met 220 volt, wat fataal voor hem had kunnen aflopen, als de directeur niet razendsnel de stroom had uitgeschakeld. Grote hilariteit ontstond toen Korsman in de teer was gevallen en door zijn collega's van boven tot onder moest worden gereinigd. Afbeelding 15 Naast de fabriek met op de achtergrond de kleine gashouder; v.r.n.l. directeur Van Hoeve, Van Amersfoort, onbekend (2x), Jan Verdwaald, Thomas Portegijs, Jan D. Korver, Piet Nijman en onbekend. De stoker werd ook ingeschakeld om met behulp van het gaskastje huisdieren te vergassen. Voor twee kwartjes kon men zijn hond of kat laten vergassen. Vooral direct na de verhoging van de hondenbelasting kwamen veel Castricummers met hun zogenaamd zieke hond om het beest te laten vergassen. De stoker plaatste een kast over het huisdier en liet via een slang onder de kast gas ontsnappen. De dieren waren onmiddellijk dood. Dat het niet altijd naar wens verliep wist Dirk de Graaf te vertellen. Zo ontsnapten eens 3 katten bij het plaatsen van de kast. De katten werden weer met zeer veel moeite in de fabriek opgespoord en gevangen. Ook bleek voor een zeer grote hond de kast te klein. De hond werd agressief en beet een stuk uit de broek van Dirk; het arme dier ontkwam echt niet aan z'n lot. Het fabrieksterrein Voor het lossen van de per spoorwagon aangevoerde steen kolen, het afmeten en afleveren van cokes aan handelaren en particulieren, het verschonen van de zuiverkisten, de afvoer van koolteer en ammoniak, waren overdag enkele terreinwerkers aanwezig. Terreinwerkers waren vaak losse arbeidskrachten maar ook werd wel een nieuwe en vaak nog jonge werkkracht eerst aangesteld als terreinwerker/ hulpstoker, voordat hij stoker kon worden. Als terreinwerker zijn o.a. Jan Verdwaald, Gijs van der Himst, Jacobus Beentjes en Janus Lute werkzaam geweest. De fitterij De fitterswerkplaats op het terrein vormde in feite de uitvals basis van deze afdeling. In deze werkplaats werden aan smidse en werkbank velerlei hulpstukken, gereedschappen en leiding onderdelen voor het bedrijf en het leidingnet gefabriceerd. Veel werk vond echter plaats langs de weg in onze gemeente: waar zag je ze niet in diepe kuilen en sleuven bij de aanleg en het onderhoud van het hoofdbuizennet en de dienstleidingen naar de woningen! Ook moesten de gasmeters worden geplaatst of indien nodig omgewisseld. De storingsdienst kon op zeven dagen van de week worden opgeroepen voor storingen (o.a. 'muntje vast'). Voor het verwijderen van condenswater uit het buizennet moesten regelmatig de sifons worden leeggepompt. 13

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1991 | | pagina 13