De school waar de gemeente zo lang naar heeft uitgekeken gaat
in 1949 van start. Het is de eerste school, die in Castricum na de
tweede wereldoorlog is gebouwd en deze zal in de loop van de vol
gende jaren door talloze andere scholen verspreid over het hele
dorp gevolgd worden.
Vernielingen
Op 22 februari 1950 stuurt het gemeentebestuur een brief aan het
hoofd van de Cuneraschool meester Bodewes. De brief handelt
over vernielingen aan de afrastering van de school, die steeds
maar weer van gemeentewege gerepareerd moeten worden. Ge
zien de nogal pittige briefwisseling mag aangenomen worden dat
de kwestie in de tussentijd ook mondeling besproken zal zijn.
Maar op 20 oktober stuurt Bodewes een nogal geprikkeld rap
port terug, waaruit moet blijken dat de oorzaak van de gewraak
te vernielingen niet gezocht moet worden bij zijn leerlingen,
maar bij derden.
Bodewes'rapport
De tekst van zijn rapport luidt:
'I. Gedurende de zomervacantie heeft Mej. Schoen, schoon
maakster der school, naar schatting 15 maal een groot aan
tal kinderen en zelfs volwassenen die het terrein als openba
re speelplaats beschouwden, moeten wegjagen. Dit bezorg
de haar grote last, vooral daar het niet-leerlingen der school
betrof
'II. Tweemaal heeft zij grotere jongens gelast uit de dakgoot te
gaan. Zij gaven voor een voetbal uit de goot te halen'
'III. Ondergetekende heeft een jongen van ca 15 jaar op Don
derdag 17 Augustus 1.1. betrapt. Deze jongen, Han Verhal
len, wonende te Amsterdam Nieuwe Gieterstraat 1, logeer
de bij de familie Harms aan de Stetweg. Hij had een ladder,
de door het glazenwassersbedrijf Dorresteyn op de grond
gelegd was, bij de hoofdingang op levensgevaarlijke manier
tegen de goot geplaatst, was er tegen op geklommen en is
toen over de hele lengte van het dak naar de Zuidkant gelo
pen. De jongen, die overigens een nette indruk maakte, had
veel spijt, toen hij hoorde, welk gevaar hij opgeleverd had
voor de zo kwetsbare rubberoid dakbedekking:.
'IV. Ondergetekende heeft in de vacantie vier maal personen
van de speelplaats verjaagd'
'V. Vooral tijdens de vacantie, zijn de gladde draden van de af
rastering weer krom en slapgetrokken, speciaal aan de
Noord-Westzijde van het terrein, terzijde van de opening in
de afrastering'
'VI. Aan de Westzijde der school vond ondergetekende een stuk
zinken buis van de afvoerpijp van de goot. Deze pijp was fi
naal afgerukt! Het is absoluut onmogelijk, dat leerlingen
van de school dit gedaan kunnen hebben onder speelkwar
tier of kort voor of na de schooltijden. Vanaf de opening
der school is het namelijk ten strengste verboden daar te
komen'
'Aldus naar waarheid opgemaakt te Castricum, de 20 October
1950, C. Bodewes, Hoofd der school'
Hij doet zijn rapport vergezeld gaan van een brief aan het
'Geacht College' met een waslijst van reparaties, doorspekt met
opmerkingen om op zijn beurt zijn ongenoegen te uiten. Een van
die opmerkingen is: 'Het gebeurt herhaaldelijk, ook tijdens de
lessen, dat volwassenen rustig over de tegels vlak voor de ramen
wandelen'Hij besluit zijn brief met: 'Het Schoolbestuur, de
leerkrachten en de leerlingen zullen Uw College voor deze voor
zieningen zeer dankbaar zijn'en vervolgens: 'Van Uw College
de dienstwillig dienaar, C. Bodewes Hoofd der School.
Afbeelding 4
Meester Bodewes van de Cuneraschool.
Cornelis, Gerardus Bodewes werd geboren op 26 mei 1908 te
Wijk aan Zee. Behaalde zijn onderwijzersakte in 1927aan de Bis
schoppelijke Kweekschool te Beverwijk. In 1931 volgde zijn
hoofdakte. Kwam als 'kwekeling met akte' in 1930 op de Au-
gustinusschool. Toen zijn gezin in 1943 voor een jaar naar Zaan
dam geëvacueerd werd, reisde hij elke dag, eerst met de trein en
later op de fiets met 'antiplofbanden' naar Castricum. Hij werd
in 1949 het eerste hoofd van de Cuneraschool, waar hij tot zijn
pensioen in 1973 is gebleven. Overleed op 7 september 1983 in
zijn geliefde Castricum. Voor zijn vele verdiensten werd hij be
noemd tot Ridder in de orde van Oranje Nassau en ontving de
Pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice.
Een leerplan uit 1948
Op 1 juli 1948 dient het Hoofd der Centrale Openbare Lagere
School te Bakkum -na overleg met de gezamenlijke
onderwijzers- een leerplan in. Goedgekeurd door het College van
B W en de inspecteur van het Lager Onderwijs van de Inspectie
Alkmaar zegt het stuk veel over de onderwijsmethoden uit die
tijd. Zo kort mogelijk samengevat bevat het leerplan de volgende
inhoud: 'Toelating van de leerlingen vindt eenmaal 's-jaars plaats
op de laatste dinsdag van Augustus. Leerlingen die elders als leer
ling staan ingeschreven kunnen ten allen tijde worden ingeschre
ven. Leerlingen kunnen naar een andere klasse verplaatst worden
als aanwezigheid in hun klasse de goede gang van het onderwijs
belemmert'
Schooltijden
De eerste en tweede klassen hebben 's-morgens les van negen tot
elf uur en de hogere klassen tot twaalf uur. 's-Middags zijn de
schooltijden gelijk van 13.45 tot 15.45 uur. Op Woensdag-en Za-
termiddag is men vrij. Gedurende de Zomermaanden kunnen de
aanvangstijden een kwartier vervroegd worden. Meisjes vanaf de
tweede t.m. de zesde klas krijgen les in 'Nuttige handwerken' tij
dens het laatste morgenuur, elke klas twee uur per week.
Vacanties
De 'vacantiën' zijn: Paasvacantie beginnend aan het eind der