II Jan Veldt trof begin 1943 een kooitje met een duif aan hangend in het prikkeldraad, vlakbij de gesloopte boerderij van de familie aan de Brakersweg. Hij bracht het papier met het verzoek om in formatie naar dokter Leenaers. Welke gegevens de dokter heeft verstrekt heeft Jan Veldt nooit geweten, maar die heeft het dunne papiertje weer in het kokertje gestopt dat aan de poot van de duif was bevestigd en het diertje weer vrijgelaten. Het enige wat hij er van wist was dat het bericht was ondertekend met de schuilnaam "Spijker" Na de oorlog werd in de kranten een oproep geplaatst met de vraag wie aan deze vorm van spionage hadden meegewerkt. De zuster van Jan Veldt, Marie, heeft toen haar broer en dokter Lee naers voorgedragen, met het gevolg dat aan beiden een officiële dankbetuiging van de Engelse regering werd aangeboden, (afb 6) Medisch Contact Zoals de meeste artsen was Leenaers aangesloten bij de Neder landse Maatschappij tot Bevordering der Geneeskunst. Handha ving van de medische ethiek en de waardigheid van de medische stand was een belangrijke doelstelling van de organisatie. Het be sef van rechten en plichten heeft tijdens de oorlog onder de art sen sterk geleefd en schiep de bereidheid zich te verzetten tegen ie dere macht, die het de arts zou willen beletten zijn beroep over eenkomstig de beginselen van de organisatie uit te oefenen. Het hoofdbestuur van de maatschappij accepteerde in mei 1941 de aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de NSB, tevens lid van de Nederlandse SS in haar midden. Een officiële mededeling van het hoofdbestuur in het Neder lands Tijdschrift voor geneeskunde van 14 juni 1941 maakte een einde aan alle twijfel die over de bedoelingen van de Duitsers nog kon bestaan. Eisen waren: joden uit de maatschappij, benoemin gen onder controle, beperking van het beroepsgeheim, uitvoe ring van sterilisatie wetten enz. De Nederlandse artsen protesteerden fel en daarmee begon de ge schiedenis van het georganiseerde medisch verzet in Nederland. Akties werden gestart om collectief als lid van de maatschappij te bedanken. Op 24 augustus 1941 kwamen drie artsen in het stationskoffie huis te Zutphen bijeen en maakten een schema van de organisatie van het artsenverzet, dat zij meteen doopten met de naam Me disch Contact, afgekort "Het M.C!' Uitgetreden leden van afdelingen van de Maatschappij vormden een groep. De groepen van elke provincie vormden samen een dis trict. De districten werden in landelijke conferenties vertegen woordigd door districtsvertrouwensmannen. Door middel van groepsvertrouwensmannen, districtsvertrou wensmannen en koeriers (de z.g. estafettes) stond het leidend Centrum in vast kontakt met ruim zesduizend huisartsen en spe cialisten. Voor Noordholland waren tot districtsvertrou wensmannen benoemd dokter Leenaers en dokter Roorda. In een later stadium toen het landelijk kontakt van zoveel perso nen te moeilijk en te gevaarlijk werd, formeerde zich een vrijwel permanent college van verzetsleiders onder de naam Centrum. Dit Centrum bestond voor een belangrijk deel uit de deelnemers van de Noordhollandse districtsbijeenkomsten. Naast dokter Leenaers worden met ere genoemd Noordhoek Hegt, Roorda, Wamsteker en de professoren Heringa en Borst. Nadat dokter Roorda gevangen werd genomen leidde dokter Leenaers de bijeenkomsten. Normaal kwam het Centrum elke zondag bijeen teneinde zich over de situatie te beraden. Vele malen vergaderde men bij dokter Leenaers thuis. Zijn kinderen herinneren zich de vele omes, die in de woning Op 't Sant werden ontvangen. Om het bezoek te ver klaren werd dan maar iets gezegd over een verjaardag die gevierd werd. Het gastvrije onthaal en de bevlogenheid van dokter Leenaers voor zijn idealen maakten deze bijeenkomsten voor de deelne mers onvergetelijk. 28 Afbeelding 7 Dokter Leenaers voor de deur van de abdij van Egmond Vanaf het begin werd strijd gevoerd tegen de door de Duitsers in gestelde Artsenkamer, waarvan medici verplicht lid moesten zijn. Verordeningen van de kamer werden genegeerd en opdrach ten niet opgevolgd. In een brief van 5 december 1941 werd aan Rijkscommissaris 1 Seys Inquart een brief gericht waarin de artsenverordening werd a afgewezen. De brief eindigde met de zin: "Gebonden als wij ons <j weten aan den eed, of plechtige belofte, waarmede wij ons ambt L hebben aanvaard, gevoelen wij ons verplicht u te verklaren, dat p wij trouw zullen blijven aan de hooge normen, waarop sinds g mensenheugenis ons beroep heeft gerust en dat wij in de uitoefe ning van ons beroep nimmer andere overwegingen zullen kun- I nen laten gelden dan zulke, welke gerechtvaardigd zijn door ons f( geweten, ons plichtsbesef en onze wetenschap" b De brief met de handtekeningen van ruim 4000 artsen werd heel moedig, op het kantoor van de Rijkscommissaris overhandigd p door de doktoren Leenaers, Heringa en Noordhoek. Men kreeg h de Rijkscommissaris niet te spreken maar de heren lieten hun visite-kaartjes voor hem achter! L d In september 1942 weigerden de artsen zich door middel van een c toegezonden formulier bij de Artsenkamer aan te melden. Grote V

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Jaarboek Oud Castricum | 1990 | | pagina 28